site teller
gran-canaria-actueel.jouwweb.nl

aaaaLOGOMETBANNERGranCanariaActueel-110.jpg

mapa-canarias2-25.jpg


Canarias blijft de tweede Spaanse Deelstaat waar het
het voordeligste is

om werknemers aan te nemen

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 18 september 2018 - De arbeidskosten, of het gemiddelde bruto salaris op de Archipel, volgens de gegevens van het INE van het tweede kwartaal, bedroeg €2.223,20 bijna €400,= minder dan het Spaanse gemiddelde en op een afstand van €830,= euro van het hoogste niveau, dat van Madrid.

De gemiddelde arbeidskosten per persoon/per maand in Spanje (inclusief salarissen en sociale premies, dat wil zeggen het brutosalaris) bereikten €2.602,= in het tweede kwartaal van 2018, wat een stijging betekent van 0,7% ten opzichte van dezelfde periode in 2017, volgens een onderzoek van het Instituto Nacional de Estadística (INE)( Nationaal Statistisch Instituut).
1326_mpleo-1.jpg
In dezelfde officiële statistieken blijven de Canarische Eilanden de tweede Deelstaat, vóór Extremadura (€2.148,20), waar het voordeliger is om werknemers aan te werven voor werkgevers in heel Spanje, met een gemiddelde waarde van €2.223,20 ( bijna €400,=  minder dan het nationale cijfer), zoals weerspiegeld in de gegevens die op 18 september 2018  door de INE zijn vrijgegeven.
a_EDIIMA20180918_0266_19-1.jpg
Die eilandgegevens zijn €829,80 lager dan die van de Deelstaat van Madrid, met het hoogste niveau in het hele land, op €3.053,= per maand/bruto salaris.

Het technische werk van het INE geeft ook aan wat de gemiddelde loonkosten (zonder bijdragen) in het tweede kwartaal van het jaar waren geweest, die per werknemer/ per maand met 0,5% stegen en dus een gemiddelde bereikten van €1.951,81 in Spanje.

Een ander relevant feit is geserveerd op dinsdag 18 september tijdens het tweede kwartaal van 2018, de gemiddelde wekelijkse werktijd in totaal Spanje komt in vol-tijd- en deel-tijd uit op 34,3 uur. Van de verliest men  3,4 uur per week, waarvan 1,8 is voor vakantie en feestdagen, steeds volgens de gemiddelde gegevens voor geheel Spanje.

De arbeidskosten (bruto salaris) per gewerkt uur in Spanje daalde 1,9% op jaarbasis, als gevolg van het groter aantal gewerkte uren en omdat Pasen dit jaar in het eerste kwartaal was, terwijl dat in 2017 in het tweede kwartaal was.De vaste rente in het kwartaal en seizoensinvloeden gecorrigeerde gegevens, zowel de loonkosten per werknemer als de kosten per gewerkt uur, steeg 0,2% ten opzichte van het vorige kwartaal. Met de gecorrigeerde resultaten van de kalender, stegen de kosten per uur met 0,9%, en de loonkosten per werknemer met 0,6%. Seizoengebonden stegen de arbeidskosten per uur 0,9% , terwijl die per werknemer stegen met 0,7%.
000logo-329.jpg


Canarias voert de lijst aan
van de slechtste levenskwaliteit

In 2017 waren in  Spanje de huishoudens van de eilandbewoners die, welke aan het einde van de maand meer moeilijkheden hadden, volgens de 'Encuesta de Condiciones de Vida'  (‘Enquete Leefomstandigheden') van het INE

SPANJE - donderdag 21 juni 2018 - Weer een jaar staat de Canarische Archipel op de lijst met de slechtste percentages van de 'Encuesta de Condiciones de Vida de 2017', (‘Enquete Leefomstandigheden') die is gehouden door het Instituto Nacional de Estadísticas (INE)(Nationaal Bureau van de Statistiek). De eilanden staan op de derde plaats van de armoederisico's in Spanje, van en het laagste jaarlijkse gemiddelde inkomen.

Het leidt ook het hoogste percentage huishoudens dat in 2017 aan het eind van de maand met ‘veel moeite’ rondkomt; degenen die niet het vermogen hadden om onvoorziene uitgaven te doen, noch om op vakantie te gaan, en met betrekking tot de vertraging van betalingen betreffende de hoofdwoning.
fotonoticia20171016190802640-1.jpg
Extremadura met 38,9%, Andalusië met 31,0%, Canarias met 30,5%, en Murcia met 30,1%), evenals de stadstaat stad Ceuta met 32,5%, leiden het risico van armoede in Spanje, in vergelijking met de minder armen van Navarra met 8,3%; Baskenland en La Rioja, in beide gevallen met 9,7%

Volgens gegevens over 2017  van de Encuesta de Condiciones de Vida  van het Instituto Nacional de Estadística (INE) (National Bureau van de Statistiek) bedroeg het percentage van de bevolking met een armoederisico 21,6% (met inkomensgegevens over 2016), vergeleken met 22,3% van het voorgaande jaar (met inkomensgegevens over  2015).

Rond dit gemiddelde waren de Balearen met 21.3%, de Comunidad Valenciana met 25.6%, en de Stadstaat Ceuta met 26.2%.

Spaanse huishoudens verhoogden hun gemiddelde jaarinkomen met 3,1% in 2016 tot €27.558 en het gemiddelde jaarinkomen per persoon bereikte €11.074, met een stijging van 3,4%.

Het hoogste gemiddelde jaarinkomen per persoon (in 2016) was in Baskenland €14.397 per persoon; Navarra €13.583,= en Madrid €13.099,=

En het laagste jaarlijkse gemiddelde inkomen werd geregistreerd in Extremadura €8.250,= per persoon; Murcia €8.702,= en Canarias €8.863,=

Wat de economische situatie van huishoudens betreft, waren de Canarische Eilanden met 20,9%, Murcia met 15,5%; en Andalusië met 13,9%  de deelstaten met de hoogste percentages huishoudens die in 2017 aan het eind van de maand met ‘veel moeite’ rondkwamen.

Degenen met de laagste percentages waren La Rioja met 1,1%; Navarra met1,7%; en Aragón en de Balearen, beide met 4,6%.

52,4% van de huishoudens op de Canarische Eilanden, 49,8%  in de Comunidad Valenciana en 49,1% in Andalusië, hadden in 2017 niet het vermogen onvoorziene uitgaven te dekken.

Daarentegen hebben Cantabrië met 14,5%; Baskenland  met 17,9%; en Navarra met18,8%, meer capaciteit om deze onvoorziene uitgaven te verhelpen.

Andalusië met 47,9%; Canarias met 44,2%; en Extremadura met 42,5;  haalden de hoogste percentages van huishoudens die zich  in 2017 niet konden veroorloven om ten minste één week op vakantie te gaan, weg van huis.

Bij vertragingen in betalingen met betrekking tot de hoofdwoning van huishoudens hadden Canarias met18,7%; Murcia met 13,2%; en DE Comunidad Valenciana met 11,0%, de hoogste percentages.

Navarra met 2,0%%;  Cantabrië , Castillië  en León, ieder  met 2,3%; registreerde het laagst.
zzzzIslas-canariaslogo-kopie-147.jpg


Van 2008 tot 2017 telt Canarias
8.419 gezinnen meer zonder inkomen

CANARISCHE EILANDEN - donderdag 5 april 2018 - De Canarische Regering neemt aan, dat 2017 is geëindigd met 40.479 gezinnen zonder inkomen, vergeleken met de 32.060 in 2008. Sinds 2015 is de trend omgekeerd, maar de gegevens zijn verre van voor de crisisperiode.

De crisis heeft een rechtstreekse uitwerking  gehad op het inkomen van gezinnen, vooral onder de meest kwetsbare. Volgens gegevens van de Canarische Regering registreerde de Archipel in 2017 gemiddeld 40.479 gezinnen zonder inkomen op de eilanden, vergeleken met de 32.060 die in 2008 werden geregistreerd, voordat de crisis uitbrak.
960xNx1522733374524kjpgpagespeedicTdFgL7dDto.jpg
                            Eind
2017 op Canarias 40.479 gezinnen zonder inkomen.
Het verschil van 8.419 bevestigt de verslechtering van eilandhuishoudens. In de afgelopen jaren - met name sinds 2015 - tonen de gegevens echter aan,  dat er een verbetering is in de economie van de eilanden, hoewel het laat is om veel huishoudens te bereiken.

Het bewijs is, dat in 2015 er 46.080 gezinnen zonder inkomen waren, en aan het einde van 2017 in totaal 40.479. Dat wil zeggen, dat ruim 5.000 gezinnen hun situatie in deze periode hebben verbeterd.

Deze gegevens zijn verstrekt naar aanleiding van een schriftelijke reactie op de vraag van parlementslid Patricia Hernández, van de Grupo Socialista Canario (Canarische socialistische fractie), in het Canarische Parlement.

Het slechtste jaar in de reeks, aldus dezelfde gegevens, was 2014, toen 50.130 gezinnen zonder inkomen werden geteld.

Het antwoord aan het parlementslid, en gepubliceerd in het Boletín del Parlamento, geeft een nadere toelichting van het type huishouden dat in deze omstandigheden de boventoon voert.
In 2017 bestond meer dan de helft - 53,66% - uit één lid, terwijl 31,70% werd gevormd door twee, en 14,65% door meer gezinsleden. Dat wil zeggen, dat alleenstaanden meer tekortkomingen en problemen hebben om netwerken voor gezinsondersteuning te vinden; verbindingen, die tijdens de crisis zijn versterkt.

Deze verslechtering van de levensomstandigheden is ook weerspiegeld in de verzoeken om hulp.

Volgens een verslag van de Audiencia de Cuentas de Canarias(Rekenkamer) , dat eind 2017 is gepubliceerd, nam het aantal gezinnen , dat la prestación canaria de inserción (PCI) heeft ontvangen,  toe met 207% tussen 2013 en 2015, toen zij van 5.866 ontvangers in 2013 teruggingen tot 12.136 twee jaar later.

In hetzelfde rapport geeft de Audiencia de Cuentas (Rekenkamer) aan dat, volgens de verkregen resultaten, de financiële crisis een directe weerslag heeft gehad op de werkloosheid, die heeft gezien hoe de indexen van armoede zijn toegenomen op de Archipel, en heeft geplaatst als een van de hoogste in het land.

In deze context is ook gewaarschuwd door deskundigen op het gebied van armoede en ongelijkheid, die de afgelopen jaren hebben gewaarschuwd voor de verslechtering van de kwaliteit van leven van veel Canario’s, vooral degenen die al in 2008 in een precaire situatie verkeerden.

De gegevens: 2014, het slechtste jaar
Het jaar 2014 was het slechtste in het afgelopen decennium wat betreft het aantal gezinnen zonder inkomen; ruim 50.100 bevonden zich in deze situatie.
Meer dan de helft van de huishoudens zonder inkomen op de eilanden,  53,6%  wordt gevormd door een enkel lid, volgens de gegevens die aan het PSOE in het Parlement zijn verstrekt.
00000slas-canariaslogo-308.jpg


De burgemeesters van La Laguna en Arona voeren de ranglijst van de salarissen aan

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 16 januari 2018 - De gegevens die naar het Ministerie zijn gestuurd, weerspiegelen de ongelijkheid van de vergoedingen van de raadsleden van de eilanden; die van de provincie  Santa Cruz staan  op de derde plaats en die van Las Palmas, op de zesde.

De best betaalde burgemeesters van Canaria zijn niet die van de hoofdsteden van de Archipel..

De eerste burger van  La Laguna, José Alberto Díaz, en die van Arona, José Julián Mena, leidden de uitbetalings-tabel op de eilanden, gekenmerkt door een duidelijke ongelijkheid tussen sommige gemeenten en anderen. In feite heeft de burgemeester van de gemeente Aguere een hoger salaris dan de president van de Canarisch Regering - en zijn voorganger in functie - Fernando Clavijo.
960xNx1515914057026kjpgpagespeedicDx5aVU4ltB.jpg

Het Ministerio de Hacienda  (Ministerio van Financiën) heeft op vrijdag, 12 januari 2018, in haar ISPA specifieke ruimte voor de salarisinformatie van overheidsdiensten, de gegevens over het jaar 2016 gepubliceerd, waarmee een vergelijking kan worden gemaakt tussen alle overheden die hun informatie hebben ingediend. Dat zijn ongeveer 4.000 gemeenten, terwijl iets minder dan 1.500 hun cijfers niet hebben verstrekt, waaronder zes Canarische  (Santa Cruz de La Palma, Puntagorda, Vilaflor, Santa Maria de Guía, La Oliva, en Valsequillo);  en bijna 2.700 hebben gemeld dat hun burgemeesters tijdens dat jaar geen inkomen ontvingen, waaronder vijf van de eilanden (Fuencaliente, Garafía, Puntallana, Betancuria, en San Bartolomé).

De burgemeester  van La Laguna (Tenerife) ontving in het boekjaar 2016 bruto  €78.400,= bruto, terwijl die van Arona €70.000,= in rekening bracht. Na hem kwam de burgemeester van Santa Cruz de Tenerife, José Manuel Bermúdez, met €68.700,=

Op zijn beurt, bezette de burgemeester van Las Palmas de Gran Canaria, Augusto Hidalgo, de zesde plaats op de salarislijst, met €59.500,=
Hoger dan van Hidalgo stonden twee andere burgemeesters van de gemeenten in de Oostelijke provincie: die van San Bartolomé de Tirajana, Marco Aurelio Perez, die een salaris van bruto bijna €65.000;=  toegewezen kreeg;  die van en Arrecife, Eva de Anta, die in de buurt kwam van €62.900;=

De meerderheid van de burgemeesters die in de lijst zijn opgenomen, kozen voor exclusieve toewijding. Er zijn er vijf met een gedeeltelijke toewijding, en negen die worden vermeld als: 'zonder toewijding', wat betekent dat ze alleen dagvergoedingen voor overheidsdiensten   ontvangen. Dit zijn degenen die genieten van lagere emolumenten: Ze ontvingen in 2016  allemaal minder dan €10.000 - zelfs minder dan €1.000,=, zoals die van Fasnia, El Pinar en Tazacorte - behalve de burgemeester van Adeje, die bijna €34.000,= ontving.

Onder de burgemeesters die hun positie met volledige toewijding uitoefenen, strekt het salarisbereik zich uit van de €22.237,= die de eerste burger van  Buenavista del Norte heeft ontvangen, voor die van de € 78.000,=  van La Laguna. De enige burgemeester met dit toewijdingsregime die minder dan €30.000,= ontving, was, samen met die van Buenavista, die van Firgas, met €27.800,=
Blue_Diamonds_Shipp-1.pngbilletes_31549_2.jpg

 De bedragen die in het rapport zijn opgenomen, omvatten zowel de salarissen, als de bedragen (emolumenten) die worden aangerekend voor hulp aan de gemeentelijke instanties.

Het volume van Spaanse gemeentebesturen  die geen informatie hebben gezonden over de salarissen van hun burgemeesters aan het Ministerie van Financiën - 1.470, vergeleken met de 3.995 die het wel gedaan hebben; verhindert, om precies te weten welke positie de Canarische raadsleden op nationaal niveau innemen. Met de beschikbare gegevens wordt de burgemeester van La Laguna echter alleen overtroffen door vijf anderen (Madrid, Bilbao, Valencia, Almeria en Getxo), en krijgt hij een hoger salaris dan die van hoofdsteden zoals Sevilla, Valladolid, of Zaragoza.

Onder de gemeenten die niet in het rapport voorkomen, zijn er enkele zoals Barcelona, of San Sebastián, waarvan de burgemeesters hogere salarissen hebben dan de eerste burger van La Laguna. In het bijzonder krijgt de Catalaanse burgemeester een salaris van €100.000,=  per jaar, hoewel hij ervoor heeft gekozen slechts per maand €2.200;= netto te ontvangen in 14 betalingen.
0000Islas-canariaslogo-kopie-kopie-kopie-11.jpg


De verhoging van het minimumloon
komt ten goede aan
28% van de Canarische werknemers

CANARISCHE EILANDEN - zondag 24 december 2017 - De overeenkomst tussen de Spaanse Regering, werkgevers, en vakbonden CCOO en UGT om het minimumloon in  2018 met4 % te verhogen, zal ongeveer 176.800 werknemers op de Canarische Eilanden ten goede komen, 28 % van de werknemers op de Archipel

In een persbericht laat de vakbond CCOO weten, dat in het kader van deze overeenkomst het minimumloon in 2018 zal uitkomen op €735,90 (in 14 betalingen) en toenemende verhoging tot 2020 op €850,=  en Canarische werknemers zijn bijna een derde van de begunstigden op het niveau van Spanje door deze maatregel.

x1513978823325gjpgpagespeedicbaITO27tJa-1.jpg
logo-33.png 801fab28b2141763508567d860b2bd45000001.png

De vakbond CCOO laat weten dat de Archipel een van de deelstaten met het grootste  aantal minimumloners is, en voegt daaraan de onzekerheid toe die zich op de Canarusche  arbeidsmarkt manifesteert, wat tot uiting komt in salarissen die ver afstaan ​​van het Spaanse gemiddelde, met een een hoge seizoensgebondenheid en een hoge werkloosheidsgraad.
Voor de Canarische Eilanden is de CC.OO. essentieel om de koopkracht van het verloren loon in de crisisjaren te herstellen, vooral om de laagste gelijk te stellen aan het welvaartsniveau van Spanje.

Om dit te doen, is het essentieel om collectieve onderhandelingen te versterken en te heroriënteren die een herstel van de lonen bevorderen en de koopkracht vergroten en rijkdom verdelen.
0000Islas-canariaslogo-kopie-1029.jpg


De arbeidskosten stijgen op de Eilanden,
maar Canarias is daarmee - op een na - 
het laagste van de Spaanse Deelstaten

CANARISCHE EILANDEN - zaterdag 23 december 2017 -  De arbeidskosten zijn toegenomen  op de Eilanden, maar Canarias is daarmee - op een na - het laagste van de Spaanse Deelstaten, aldus de gegevens van het Instituto Nacional de Estadística (INE) (Centraal  Bureau voor de Statistiek - CBS). over het derde kwartaal van 2017 bedraagt het cijfer per werknemer/per maand gemiddeld  €2.108,= waarvan €1.533,= overeenstemt met salarissen; en Canarias is aldus, op een na de Deelstaat waar deze kosten het laagste zijn; alleen in Extremadura zijn deze arbeidskosten lager ondanks dat ze in 2016 een procent  zijn toegenomen, en €2.043,80 bedragen per werknemer/per maand; zo is op vrijdag 22 december 20917 gepubliceerd door het INE.

Deze kosten daalden bijgevolg met gemiddeld ruim €300,=, in heel Spanje, namelijk tot €2.454,27 en ook in het derde  kwartaal, zij het in mindere mate, met 0,4 % volgens de  INE-cijfers.
x1513665848269gjpgpagespeedic2IN1Mspggd.jpg
De loonkosten per werknemer/per maand die plaatsvonden in de bovengenoemde periode op de Eilanden, na verdiscontering van de overige arbeidskosten, bedroegen €1.533,47 en dat is  0,9% meer dan in 2016.

De gegevens van de Encuesta Trimestral de Coste Laboral (ETCL) -  die op vrijdag 22 december 2017 zijn vrijgegeven door het Instituto Nacional de Estadística (NIE) - tonen aan,  dat de loonkosten bruto per werknemer/per maand - inclusief basissalaris, toeslagen, betalingen voor overuren, en achterstallige betalingen - in Spanje zijn gestegen gemiddeld 0,3%, tot gemiddeld maximaal €1,809,12

Aldus hebben de lonen de dalende trend van de laatste vier kwartalen doorbroken.

De niet-loonkosten zij gestegen met 0,7% en bedragen €645,15 euro per werknemer/per maand, als gevolg van de stijging van het hoofdbestanddeel, de verplichte bijdragen aan de Seguridad Social (Sociale Zekerheid), die met 1,1% zijn gestegen.

Zo suggereren de gegevens van het INE dat de sociale bijdragen een kosten post zijn  van €595,45 doe wordt gevolgd door niet loonbetalingen, die met 4,8% zijn gedaald als gevolg van de afname van ontslagvergoedingen; en andere, zoals betaald voor het einde van het contract, compensatiebetalingen, kleine gereedschappen, werkkleding, of selectie van persoeel.

Ook daalden de bonussen en subsidies met 9,2%, zijnde maandelijks €12,63.
zzzislas-canariaslogo-1124.jpg


Op Canarias is het aantal
buitenlandse werknemers,
dat vaste lasten afdraagt aan
de Seguridad Social,
in november 2017 toegenomen met 1,5%
tot: 94.375  afdrachtsplichtigen

Op Canarias is in 2017 is het aantal buitenlandse werknemers toegenomen met 7,46%, een ontwikkeling die nagenoeg gelijk is aan die in geheel Spanje (+7,72%)

43% van de buitenlandse werknemers op Canarias werkt in de horeca

CANARISCHE EILANDEN - vrijdag 22 december 2012 - Het aantal buitenlandse werknemers op Canarias is in de maand november 2017 toegrnomen met 1.381 mensen, en dat is 1,49 % meer dan in de maand oktober 2017, dankzij de druk van het toerisme en de dienstensector. Met deze nieuwe aantallen  zijn er 6,550 meer afdrachtsplichtigen aan de Seguridad Social dan in 2016 (+ 7,46% op jaarbasis).

Dit aantal van ruim 94.00 buitenlandse werknemers op Canarias is 5,14% van het totale aantal  van de 1.836.498 buitenlandse werknemers in Spanje dat afdrachtsplichtig is aan de Seguridad Social (Sociale  Dienst).
werken4a-1.jpg
Concreet behoren van deze afdrachtsplichtigen (51.006 mannen en 43.369 vrouwen) op de Archipel er 52.513 tot de Europese Unie en de overige 41.862  behoren tot landen van buiten de EU.

image_content_2778284_20171222082052.jpgDe horeca blijft de sector met de meeste buitenlandse werknemers in dienst op Canarias, deze sector is goed voor 31.900 buitenlandse werknemer die sociale lasten afdragen, dat wil zeggen 43% van het totale aantal buitenlandse werknemers in loondienst op Canarias. Bij dat aantak telt men nog eens 5.115 zelfstandigen op, wat 23,23 % is van de buitenlanders die werken voor eigen rekening op de Archipel.

Per provincie zijn 51.020 buitenlandse afdrachtsplichtigen in Las Palmas; en 43.355 in de provincie  Santa Cruz de Tenerife; dit aantal van 71.805 afdrachtsplichtigen wordt gevormd door: 44.1876 werknemers in loondienst, 22.022 zelfstandigen, 2.714 huishoudelijk personeel,  2.335 werknemers in de landbouw, en 548 in de zeevaart.

Van het totale aantal van 94.375 buitenlandse afdrachtsplichtigen werkzaam op Canarias is: 54% man (51.006) en 46% vrouw (43.369).
Per land, zijn de meeste Italianen,16.741; gevolgd door 9.039 Britten; 7.629 Duitsers; 5.824 Marokkanen; en 5.188 Chinezen, de overige 49.954  komen uit diverse landen.
14719370445396.jpg
Numero-extranjeros-Seguridad-Social-septiembre_TINIMA20141023_1198_20-1.jpg
                   Overzicht per september 2017, per deelstaat en de twee stadstaten,,
            van de aantallen buitenlandse  afdrachtsplichtigen aan de
Seguridad Social.
In de maand november 2017 heeft in geheel Spanje de Seguridad Social in verhouding tot een maand eerder 14.516 (0,8%) buitenlandse afdrachtsplichtigen minder; bij een totaal van 1.836.498 ingeschreven buitenlanders voor de afdracht sociale lasten. Met deze vermindering is het aantal buitenlanders dat afdrachtsplichtig is aan de Seguridad Social  voor de tweede achtereenvolgende  maand op rij afgenomen tot, zoals gezegd: 1.836.498 ingeschreven buitenlandse, afdrachtsplichtigen.
0000Islas-canariaslogo-kopie-1009.jpg


Het minimumloon in Spanje neemt tot 2020 toe
tot: €850,=

De Spaanse Regering is akkoord met het verhogen in 2018
van het SMI met  4%

SPANJE -. donderdag 21 december 2017 - De minister van Werkgelegenheid en Sociale Zekerheid, Fátima Báñez, van de Spaanse Regering, is op dinsdag 19 december 2017 overeengekomen met de  sociale partners, CC OO, UGT, CEOE en  Cepyme, in 2018 het Salario Mínimo Interprofesional (SMI) (Minimumloon) te verhogen met 4%, tot €735,90 (met 14 maandelijkse betalingen = jaarsalaris  €10.302,60) en in 2020 zal het jaarsalaris minimaal €11.900,= zijn (14 x €850,=)

De verhoging van 4% van het SMI in 2018 betreft 533.9778 werknemers in geheel Spanje, 3,5 % van de leden van de Seguridad Social (het algemene Sociale Zekerheid stelsel).

fatima1_f7a7477e.jpg Captura-de-pantalla-2016-12-04-a-las-183423.png                    Fátima Báñez.
SMI.jpg
salarios-foto.jpg
De toelichting van memorie bij het Real Decreto (Koninklijk Besluit) dat het SMI (minimumloon) in 2018 vastlegt op €24,53 per dag (€735.90 per maand = €10.302,60 per jaar) erkent dat de Canarische markt het meest zal profiteren van deze stijging.

CCOO-UGT-CEOE-Cepyme-SMI_EDIIMA20171219_0057_22.jpg                                           Fátima Báñez bij het sluiten van het akkoord
                                        met de  vakbonden en de werkgeversorganisaties.
Voor medewerkers in deeltijd en seizoenarbeiders is het SMI (minimumloon) vastgesteld op €34,85 euro per dag en voor huishoudelijk personeel op €5,76 per uur.
De toename van het SMI zal een positief effect hebben op de inkomsten uit sociale zekerheids- bijdragen van 33,22 miljoen euro.
In dit opzicht betekent dit een stijging van meer dan één miljoen euro in het budget van het Loongarantiefonds, terwijl dat van de Overheidsdienst voor Arbeidsbemiddeling (SEPE) met 12,6 miljoen zal stijgen.

Zowel de algemene vakbondssecretaris van de CC OO op de Canarische Eilanden, Inocencio González, en de algemene secretaris van de UGT de Canarias, Gustavo Santana, zijn het erover eens, dat de verhoging ‘onvoldoende’ is. Beiden hebben  erop gewezen, dat hun vakbondsorganisaties hebben gevraagd dat het SMI (minimumloon) in Spanje gelijk is aan 60% van het gemiddelde salaris van het land, zoals vastgelegd in het Europees Sociaal Handvest, om het historische verschil  ten opzichte van de andere landen van de Europese Unie te corrigeren,

De Spaanse Regering heeft niet gespecificeerd hoeveel werknemers baat kunnen hebben bij de verhoging van het SMI (minimumloon) op de Canarische Eilanden.
dddd-1.jpge7a23e7338b435a236d73ee60f12b515.pngSalario-mnimo.png

salario-minimo-espana-evolucion.jpgSMI.gif

Degenen die die voor het SMI (minimumloon) in aanmerking komen, ontvingen in 2014 een totaal van €9.034,=.
logo_cabecera.png OIT.jpg

Op de Archipel ontvingen ongeveer 147.000 werknemers een salarisinkomen gelijk aan dit SMI (minimumloon) van  ruim €9.000, of lager; aldus de gegevens van het Observatorio Canario de Empleo (Obecan ) (zie: http://www3.gobiernodecanarias.org/empleo/portal/observatorio). Maar dat betekent niet dat deze150.000 bijdragers minder ontvingen dan het SMI (minimumloon), specificeert dezelfde bron, omdat deze berekening de lonen omvat die worden verdiend door werknemers met een deeltijdcontract, per uur, of die niet het gehele jaar hebben gewerkt, en daarom niet die €9.000 bereiken. In feite laten zowel het Obecan als de werkgevers weten, dat werknemers geen lonen kunnen ontvangen die lager zijn dan het vastgestelde minimum.
0000Islas-canariaslogo-kopie-1003.jpg


Mei 2017: Het gemiddelde pensioen in Spanje bedraagt €1.062,=  per maand

SPANJE  - zaterdag 27 mei 2017 - Spanje is aan het vergrijzen en naar gelang stijgen ook  de pensioenuitkeringen, met een stijging van 3% ten opzichte van 2016, naar 8,7 miljard euro in de maand mei 2017, wat neerkomt op  gemiddeld  €1.062,31 en wat 2,03% meer is dan in mei 2016. Gekeken echter naar de verschillende pensioenen die er zijn (ouderdomspensioen, nabestaandenpensioen, arbeidsongeschiktheidspensioen) is het gemiddelde maandbedrag voor een huishouden van twee gepensioneerde persoen samen, in mei €919,55 euro, een stijging van 1,9% ten opzichte van mei 2016.

In totaal zijn er anno 2017 in de maand mei 9.485.660 pensioenen uitbetaald, een kleine stijging van 1,08% ten opzichte van mei 2016. Van dit aantal is meer dan 4,8 miljoen vrouw dat een vorm van pensioen ontvangt, waarbij opvalt dat meer dan 1 miljoen vrouwen ouder zijn dan 85 jaar. Er zijn 4,6 miljoen mannen die een vorm van pensioen ontvangen waarbij het merendeel (900.000) de leeftijd heeft van tussen de 65 en 69 jaar, aldus een verschil van 20 jaar in vergelijking met de vrouwen. Het merendeel van de mannen (78,8%) ontvangt  een ouderdomspensioen terwijl 13,2% een arbeidsongeschiktheidspensioen ontvangt.
pensioen-1.jpg
Deelstaten
We hebben er al vaker over geschreven, maar de pensioenen in Spanje en de hoogte daarvan zijn erg afhankelijk van de Deelstaat waarin men woont. Dat klinkt voor veel niet Spanjaarden raar en onbegrijpelijk maar Spanje zit nu eenmaal complex in elkaar met de autonome deelstaatregeringen die grotendeels  hun eigen regels en wetten kunnen opstellen.

De hoogste pensioenen zijn te vinden in het Baskenland met een gemiddeld maandbedrag in mei 2017 van €1.313,04 euro. Als tweede staat Asturië met €1.292,44 op de lijst, gevolgd door de Deelstaat Madrid  die met €1.255,85 als derde op de lijst staat, gevolgd door Cantabrië met een gemiddeld bedrag van €1.127,52.
In Aragón bedraagt  het gemiddelde pensioen op €1.108,61 ero en in Catalonië bedraagt het pensioen €1.080,29; terwijl dat in La Rioja €1.004,19 is en op de Canarische Eilanden gemiddeld €1.002,17
Op de Balearen is dat bedrag €978,16;  in de Comunidad Valenciana €968,36 en in Andalusië €958,50. In Murcia bedraagt de pensioenuitkering  €937,90; in Galicië €883,34 en in Extremadura met €875,86 het laagste van heel Spanje .

 


Een van elke drie Canario’s
leeft op de grens van armoede

De inkomsten van de eilandbewoners
behoren tot de laagste van Spanje

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 24 april 2017 - Een op de drie Canarische huishoudens, 35% van  de bevolking, leeft op de grens van armoede en moet rond  zien te komen met een jaarinkomen van minder dan €8.209,= ; aldus de Encuesta de Condiciones de Vida (ECV) (Enquête Leefomstandigheden) die betrekking heeft op 2015 en waarvan de resultaten  op vrijdag 21 april 2017  gepubliceerd zijn  door het Instituto Nacional de Estadística (INE) (Nationaal Bureau voor de Statistiek).

De Archipel is, op een na, de Deelstaat met het grootste risico op armoede; alleen voorafgegaan door Andalusië (35,4%) en gevolgd door Castilla-La Mancha.
Het nationale gemiddelde is 22,3%, wat betekent dat een op de vijf Spanjaarden in deze situatie verkeert.
88131.jpg
Bovendien is 60,4% van de huishoudens op de eilanden niet in staat het hoofd te bieden aan onverwachte omstandigheden; kan 56,4% niet met vakantie buitenshuis gaan voor tenminste een week per jaar; en 12,3% heeft problemen met het betalen van de hoofdwoning.

Zo  hebben de eilandbewoners gemiddeld het laagste jaarinkomen van Spanje, met slechts €8.703,=. In dit hoofdstuk wordt Canarias op deze lijst met de laagste inkomens alleen voorafgegaan door Extremadura met €8.674,=;  Andalusië  met €8.398,=  en Murcia met  €8.273,=
Het Spaanse gemiddelde bedraagt  €10.708,= met in Baskenland €14.350,=; Navarra €13.408,= en  Catalonië met €12.660,= als de Deelstaten met in deze zin de hoogste inkomens.

Op nationaal niveau kan men erop rekenen  dat ondertussen het netto-inkomen per persoon en per huishouden in één jaar tijd respectievelijk is toegenomen  met 2,8 en 2,4%, de armoedegrens laat zich dan ook in 2016  gelden: hoewel in mindere mate. Dit is te verklaren omdat dit niveau de ongelijkheid meet, niet de absolute armoede; dit wel zeggen, het aantal personen dat minder inkomsten heeft dan de gehele bevolkingssamenstelling.
000islas-canariaslogo-kopie-198.jpg


155.000 gepensioneerden
ontvangen minder dan het minimumloon

Op Canarias ontvangen in totaal 304.190 personen
een sociale uitkering , en ruim de helft daarvan, 169.225 eilandbewoners, zijn gepensioneerd

SPANJE - Ongeveer de helft van de gepensioneerden, 155.000 personen op Canarias, en bijna 5 miljoen in Spanje, ontvangen aan sociale uitkering minder dan het minimumloon; althans minder dan het in december 2016 door de Spaanse Ministerraad vastgestelde minimumloon voor 2017 van €707,60 Slechts 2,4% van de gepensioneerden ontvangt het maximale pensioen.

Volgens de gegevens van het Ministerie van Werkgelegenheid en Sociale Zaken zijn er van de 4.833.440 gepensioneerden in geheel Spanje, 1,9 miljoen die minder dan het minimumloon ontvangen, met bedragen van tussen de €600,= en €655,20; wat het gedeelte is dat het grootste aantal gepensioneerden ontvangt (een van elke vijf). Op de Eilanden bevinden 6.000 gepensioneerden zich in deze groep en nog eens een miljoen gepensioneerden in Spanje, en ongeveer 30.000 Canario’s (een van elke tien) bevindt zich in de groep die minder dan dit bedrag ontvangen, zij die minder ontvangen dan €350,=
pensio.jpgOp Canarias ontvangen in totaal 3024.199 personen een sociale uitkering, en ruim de helft, 167.225 eilandbewoners, is gepensioneerd.

In geheel Spanje zijn van hen die een pensioenuitkering ontvangen lager dan het minimumloon, een op elke tien vrouwen (3.399.172 in totaal), tegenover de andere - een op tien mannen (1.438.5856) - wat verklaard dat bijna in het geheel vrouwen een weduwepensioen ontvangen.

Als men als verwijzing de gepensioneerden neemt die minder dan €1,000,= ontvangen, stijgt het aantal tot 6.588.325, wat 69,5% vertegenwoordigd van het totale aantal gepensioneerden; wat neerkomt op: een van elke tien Spanjaarden die geen mileuristas zijn (degenen die moeten rondkomen met een maandinkomen van minder dan €1.000,=).

Aan het uiterste einde van het inkomensoverzicht stat in 2016 de groep van 232.643 gepensioneerden - ongeveer 7.500 op de Archipel - die een maximaal vast maandelijks pensioen heeft van €2.566,=; het bedrag waarboven slechts 33.044 personen in Spanje zich bevinden.

Van het totale aantal personen in Spanje dat het maximale pensioen, of meer ontvangt, zijn 228.388 mannen en 37.294 vrouwen. Boven de €2.000,= zijn 754.316 gepensioneerden - 2.400 in de Deelstaat Canarias - 8% van het totaal; en met een pensioenuitkering van tussen de €1.000,= en €2.000,= bevinden zich 2.117.725 anderen, wat neerkomt op 22,4% van het totaal.

Deze gegevens, verkregen van de internetpagina van het Ministerie, met datum 1 november 2016, geven het totaal van de sociale uitkeringen weer, waaronder die voor blijvende invaliditeit, pensionering, weduwe- en wezen uitkering, en gezinsuitkeringen.
zzzislas-canariaslogo-kopie-21.jpg


Minimumloon Spanje
omhoog naar €707,= bruto per maand

SPANJE - zondag 4 december 2016 - Het is voor het eerst in 30 jaar dat het minimumsalaris in Spanje zoveel omhoog gaat, en dat is mede te danken aan een overeenkomst tussen de PP en de PSOE. Het minimumsalaris in Spanje stijgt met 8% ofwel €52,40 per maand, waardoor dit maandsalaris uitkomt op bruto €707,60. Tot nu toe bedroeg het minimumsalaris €655,20 euro bruto per maang maar dat gaat zoals gezegd - met ingang van 1 januari 2017 - omhoog.

De verhoging van het minimumloon van €655,20 naar €707,60 euro bruto per maand is niet wat de vakbonden en diverse politieke partijen wilden zien; zij wilden dit verhoogt zien tot tenminste €800,= bruto per maand, om in het jaar 2020 uit te komen op €1.000,= bruto per maand. Dat is momenteel niet gelukt, maar er is in ieder geval wel een verhoging van €52,40 euro per maand vastgesteld. Dit maandsalaris wordt 14 keer per jaar uitbetaald, wat overigens vrij normaal is in Spanje voor iemand die acht uur per dag werkt.
minimumloon.jpgHet is goed nieuws dat het Salario Mínimo interprofesional (minimumloon) omhoog gaat voor ongeveer 230.000 Spanjaarden die dit minimumloon daadwerkelijk verdienen, Veel werknemers ontvangen meer, maar ook velen ontvangen dat niet, omdat ze minder uren werken.
Minimumsalarissen in Europa
Het is uiteraard goed nieuws dat het minimumloon in Spanje is toegenomen, maar het land staat - nog - niet op een goede positie op de lijst van andere Europese landen. Het minimum maandsalaris van €707,= euro is echter wel meer dan dat van - €684,= in Griekenland, of €589,= in Portugal; maar veel minder dan dat van:
- €1.923,= in Luxemburg,
- €1.510,= in Groot Brittannië,
- €1.508,= in Nederland,
- €1502,= in België,
- €1.473,= in Duitsland,
- €1.462,= in Ierland,
- €1.458,= in Frankrijk.
000islas-canariaslogo-301.jpg


1/3 van de Canarische bevolking
ouder dan 16 jaar leeft van overheidsgeld

 CANARISCHE EILANDEN - zaterdag 10 september 2016 - De overheden doen ongeveer 600.000 overmakingen aan ambtenaren, werklozen, en gepensioneerden.

Daarmee leeft 25% van de Canarische bevolking van de schatkist, wat erop neerkomt. dat een van de drie Canario’s ouder dan 16 jaar, voor zijn/haar inkomen afhankelijk is van de overheid.
bev.jpgSlechts 40% van de actieve beroepsbevolking draagt Sociale Lasten af.
zzzislas-canariaslogo-293.jpg


De pensioenuitkering op Canarias bedraagt in juli 2016
gemiddeld €835,81 per maand

SPANJE - woensdag 27 juli 2016 - In juli 2016 heeft de Spaanse Seguridad Social (Sociale Dienst) 8.514,94 miljard euro uitbetaald aan uitkeringen, wat op jaarbasis neerkomt op een verhoging van 1,3%, aldus de gegevens die zijn gepubliceerd door het Ministerie van Arbeid, en dat brengt de gemiddelde AOW-uitkering op Canarias op €835,81.

In juli 2016 bedroeg in Spanje de gemiddelde AOW-uitkering €1.1043,48, wat 2,8% meer is dan in 2015.
223968.jpg

Het gemiddelde pensioen van het Sistema, dat diverse soorten pensioenen/uitkeringen kent (AOW, blijvende invaliditeit, weduwepensioen, wezenpensioen en gezinssteun) is in juli 2016 uitgekomen op €904,14, wat op jaarbasis een toename is van 1,88%

Het in juli 2016 aantal uitbetaalde pensioenen was 9.417.724, dat is 1,18 % meer dan in 2015:
- 5.735.483 aan AOW (5,985 miljard euro),
- 2.359.858 aan weduwe pensioen (1,506 miljard euro),
-   940.193 aan blijvende arbeidsongeschiktheid (€874.609,=),
-  342.338 wezen uitkering (€128.275,=),
-    39.852 aan gezinssteun (€20.945,=),

Per Deelstaat is de gemiddeld uitkering het hoogst met:
- €1.121,35 in Baskenland,
- €1.069,23 in Madrid,
- €1.067,46 in Asturië.
en het laagst met:
- €  753,44 in Extremadura,
- €   763,22 in Galicië,
- €  794,86 in Murcia.

De gemiddelde uitkering in juli 2016 bedraagt per Deelstaat:
- €1.121,35 in Baskenland,
- €1.069,23 in Madrid,
- €1.067,46 in Asturië,
- €1.036,28 in Navarra,
- €   948,34 in Aragón,
- €   947,11 in Cantabrië,
- €   937,55 in Catalonië,
- €   919,46 in Ceuta,
- €   887,92 in Castilla y León,
- €   877,00 in La Rioja,
- €   849,54 in Melilla,
- €   835,81 op Canarias,
- €   835,41 in Castilla La Mancha,   
- €   834,24 op de Balearen,
- €   832,82 in de Comunidad Valenciana,
- €   813,45 in Andalusië,
- €   794,86 in Murcia.,
-  €   763,22 in Galicië, 
  €   904,14 TOTAAL
000islas-canariaslogo-64.jpg


Tenerife telt de meest rijke gemeenten

CANARISCHE EILANDEN  -zaterdag 23 juli 2016 -  Het ‘picuda’-eiland (zo genoemd naar de Pico de Teide) telt zeven van de tien gemeenten waar de inwoners het hoogte inkomen van Canarias hebben, dat zijn: El Rosario, Santa Cruz, Candelaria, Tegueste, Tacoronte, El Sauzal en La Laguna. Zo zijn Santa Brígida en Las Palmas de Gran Canaria de enige twee gemeenten op Gran Canaria die in deze ‘Top Tien’ voorkomen. En Teguise op Lanzarote completeert de lijst.

De gemeente Santa Brígida kan zich erop beroepen de rijkste van Canarias te ziin, met een gemiddeld bruto-jaarinkomen van de inwoners van €33,236,=
stbrgidasatautea.jpg
                              La villa satauteña (= Stª Brígida) op Gran Canaria,
                                 is op de Archipel de gemeente waar de inwoners
                                     gemiddeld het hoogste bruto inkomen hebben
Bovendien is la villa satauteña de enige plaats op de Archipel die behoort tot de 50 gemeenten in Spanje met de hoogste inkomens; en staat in die lijst op plaats 45.

In het onderzoek op de Eilanden, is het alleen de gemeente Las Palmas de Gran Canaria die la Villa de Santa Brígida vergezelt op de ranglijst.

De Grancanarische hoofdstad staat op de derde regionale plaats, met gemiddeld €26.159,= aldus de Estadística de Declarantes de IRPF (Statistiek van Aangiften Inkomstenbelasting) per gemeente in het jaar 2013, zoals die is opgesteld door het Agencia Tributaria (de Fiscus) en waarmee men de niveaus van bruto-inkomens kan vergelijken van de ruim 8.000 gemeenten die er zijn in Spanje, evenals van het gemiddelde besteedbare inkomen na het betalen van belastingen.

De lijst van de zeven Tinerfense gemeenten in de Canarische ‘Top-Tien’ ziet er als volgt uit: - € 28.664,= El Rosario (op plaats 2), - € 26.020,= Santa Cruz de Tenerife (op plaats 5), - € 24.719,= Candelaria, - € 24.313,= Tegueste, - € 23.812,= Tacoronte, - € 23.661,= El Sauzal, - €23.263,= La Laguna (plaats 10)

Van de niet hoofdstedelijke eilanden is er slechts één gemeente met de hoogste inkomens: - €23.263,= Teguise (Lanzarote) en staat daarmee in deze lijst op de tiende plaats.

De statistieken stellen ook vast, dat in de provincie Santa Cruz de Tenerife - en dan vooral op het eiland La Palma - zich de armste gemeenten bevinden: Van de tien met de laagste inkomens, bevinden zich er negen op de meest westelijk gelegen eilanden; en vijf van die gemeenten, uitgerekend op la isla bonita (het mooie eiland = La Palma).

Op het laatstgenoemde eiland, bezet Garafía de laatste plaats op de regionale lijst: nr. 87; met een gemiddeld bruto jaarinkomen van slechts €13.061,=

De ander vier gemeenten op La Palma van deze tien op de Archipel waar de inwoners het minste inkomen aangeven zijn, met:

- €14.083,= Puntagorda (plaats 85), - €14.700,= Tazacorte  (plaats 82), - €14.948,= Tijarafe      (plaats 82), - €15.208,= Barlovento (plaats 78).

Ook springt - op de Archipel - La Gomera in het oog met de laagste inkomens met: - € 14.194,= Hermiguera (plaats 84), - € 14.317,= Vallehermoso (plaats 83).

De andere twee gemeenten met de laagste inkomens in de westelijke provincie, zijn die op Tenerife met: - €13.619,= El Tanque (plaats 86). - €14.747,= Buenavista del Norte (plaats 81).

Derhalve is er op El Hierro geen plaats die voorkomt op de ‘Top Tien’-lijst met de laagste inkomens, en slechts een in de provincie is als zodanig op La Palma met: - €14.961,= La Aldea (plaats 79 op de regionale schaal).
ZZZZislas-canariaslogo-kopie-104.jpg


Een op de drie Canarische huishoudens heeft geen geld om  het eind van de maand te halen

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 24 mei 2016 - Het armoedeniveau is toegenomen tot 28,5% van de bevolking, aldus de gegevens uit de Enquête over de Leefomstandigheden die zijn gepubliceerd door het Instituto Nacional de Estadística (INE)(Nationaal Bureau voor de Statistiek).

Canarias heeft het jaar 2015 afgesloten met een risico op armoede van 28,5%, bijna 1% meer dan in 2014, waardoor het op drie  de deelstaat is met de grootste problemen op dit vlak, na Andalusië, Murcia en Extremadura, aldus het NIE.
hqdefault-29.jpg
                                            VIDEO: https://youtu.be/bk4K5XoV_Fw

In 2015 is het gemiddelde jaarinkomen per eilandbewoner toegenomen van €8.302,= tot €8.640,= wat daarmee het op vier na laagste inkomen in Spanje is en €800,= onder het landelijke gemiddelde jaarinkomen - van €10.149,= per inwoner – ligt.
ef29f2298287d60cfbd8c81b40631900.jpgOndanks de stijging van het inkomen per persoon, is het percentage huishoudens dat erkent veel moeilijkheden te hebben, om rond te komen tot het einde van de maand, bijna verdubbeld op de Canarische Eilanden met een stijging van 19,5% naar 34,5% is dit de hoogste in Spanje.

Canarias is ook de deelstaat waar de meeste huishoudens toegeven, dat ze niet in staat zijn het hoofd te bieden aan onvoorziene kosten: 67,6% (28 procentpunten minder dan het landelijke gemiddelde van 39,4%), hoewel dit percentage in de loop van 2015 iets minder is geworden (minus 3%).

Zo gaan de Canarische huishoudens ook aan kop met moeilijkheden in het betalen van kosten die te maken hebben met de woning, zoals huur, hypotheek en de energierekening: 18,1% verkeert in deze situatie, het dubbele van het Spaanse gemiddelde (9,4%).

Hetzelfde is het geval met huishoudens die toegeven dat ze per jaar een week vakantie buitenshuis niet kunnen veroorloven: 57,8% heeft te maken met dit probleem, 17procentuten boven  het landelijke gemiddelde (40,6%).

De gegevens van het INE tonen aan dat - momenteel- een op de tien  huishoudens geen financiële middelen heeft voor minstens om de twee dagen eten van vlees, kip of vis en dat 7,8% van de Canarische gezinnen het zich niet kan veroorloven het huis op een geschikte temperatuur warm te houden.

Het gemiddelde armoede-niveau in Spanje ligt op 22,1%, en er zijn zes deelstaten die uitkomen boven het landelijke gemiddelde, de deelstaten waar de armoede het meest waarneembaar is zijn, met:
- 35,7% Andalusië
- 31,8 % Murcia
- 29 % Extremadura
- 28,5 % Castilla-La Mancha
- 28,5% Canarias
- 25,3% de Comunidad Valenciana,

Daarentegen zijn deze percentages als volgt:
-   9,6 % in Navarra,
- 10,9% in Baskenland,
- 13,9% in Catalonië,
-14,4 % Aragón,
- 14,9 % Cantabrië,
- 15,1 %, Madrid,
- 16,7 % Asturias,
- 17,1 % La Rioja.

De Encuesta de Condiciones de Vida (Enquête over de Leefomstandigheden) van het INE geeft aan, dat het op hun beurt Canarische gezinnen zijn die de grootste moeite hebben om het eind van de maand te halen (bijna 35% van de huishoudens), die voor het grootste gedeelte zich geen vakantie buitenshuis kunnen permitteren (bijna 58%) en die de grootste moeite hebben het hoofd te bieden aan onvoorziene kosten (67,7%)

Het zijn ook de Canarische huishoudens die de meeste achterstand oplopen in de betalingen voor het wonen: bijna 18% bevindt zich in deze situatie.
zzzzzzzislas-canariaslogo-519.jpg


Het Canarische salaris ligt
29,7% onder
het Europese gemiddelde

CANARISCHE EILANDEN - donderdag 19 mei 2016 - Het gewone, gemiddelde bruto maandsalaris in de 28 landen van de Europese Unie is €1.995,= Dus de Canarische betaling  (€1402,=) is 29,7% lager, wat neerkomt op een verschil van €593,= per maand, volgens het Vijfde Jaarverslag van Adecco over Salarissen.

Ondanks het nadeel ten opzichte van de Europese lonen, bevindt Canarias zich  - net als Spanje -  in een tussengebied: er zijn vijftien landen waarvan de gemiddelde maandlonen lager zijn dan de Canarische, terwijl de resterende twaalf hogere salarissen hebben.
adecco_ps_ps.jpg

2016051809420620902.jpg
De 28 EU-landen kunnen worden ingedeeld in drie groepen, afhankelijk van het niveau van hun gemiddelde maandsalaris.

Ten eerste, elf landen met een lager gemiddeld loon, tot €1.000,= per maand.
Behalve Portugal (€986,=/per maand) zijn het allemaal Oost-Europese landen:
- €357,= Bulgarije,
- €453,= Roemenië,
- €527,= Litouwen,
- €543.= Hongarije,
- €601,= Letland,
- €686,= Polen,
- €758,= Tsjechische Republiek,
- €774,= Slowakije,
- €782,= Kroatië
- €798,= Estland.
Hoewel opgenomen in dezelfde groep, zijn de onderlinge verschillen opmerkelijk, bijvoorbeeld omdat het salaris in Kroatië meer dan het dubbele is van dat in Bulgarije.

Er zijn acht andere landen met een gemiddelde maandvergoeding van meer dan €1.000,= maar minder dan €2.500,= die deel uitmaken van de middengroep.
Daaronder de  Canarische Eilanden en Spanje met respectievelijk €1.402,= en €1.640,=
In deze groep staan ook opgenomen:
- €1.011,= Griekenland,
- €1.142,= Slovenië,
- €1.168,= Malta,
- €1.256,= Cyprus,
- €2.017,= Italië,
- €2.255,= Frankrijk,
- €2.382,= Oostenrijk.
Ook hier zijn  de verschillen aanzienlijk, want de gemiddelde maandsalarissen in Oostenrijk en Frankrijk zijn twee keer zo hoog als die in Griekenland.

Als laatste is er de groep van negen landen die maandsalarissen genieten van meer dan €2.500,=
- €2.515,= Duitsland,
- €2.541,= Zweden,
- €2.255,= Finland,
- €2.258,= Nederland,
- €2.592,= Ierland,
- €2.619,= België,
- €2.724,= Verenigd Koninkrijk,
- €2.994,= Luxemburg,
- €3.553,= Denemarken.
Deze groep is homogener dan de vorige twee. Laat men Luxemburg en Denemarken buiten beschouwing, dan bedraagt  het verschil tussen de diverse landen 9%.

De bovenstaande gegevens geven aan dat er binnen de EU landen zijn waar  het gemiddelde maand salaris tien keer meer is  dan gemiddelde beloning van andere lidstaten . Het extreme geval is de vergelijking van de gemiddelde beloning van Denemarken (€3.553,=  per maand) en Bulgarije (€357,=/ per maand), die worden gescheiden door een verschil van maar liefst €3,192,= per maand. In één maand ontvangt  een gemiddelde Deense werknemer hetzelfde als een Bulgaarse collega in tien maanden.

Als men zich beperkt tot de 19 landen die de euro als munteenheid hebben, zijn de verchillen minder groot, maar liggen de bedragen toch nog ver uiteen. Het gemiddelde maandsalaris in Luxemburg (€2.994,=) - het hoogste in het Eurogebied - is zes keer hoger dan dat in Litouwen (€527,=) dat het laagte is in het Eurogebied.

estudio_adecco01.png

download-50.jpg
Canarias
Kijkt men naar  de situatie van de Canarische Eilanden, dan is de positie duidelijk in het voordeel ten opzichte van de Oost-Europese landen, maar minder gunstig met betrekking tot de meer vooraanstaande landen van de EU.

De salariskloof tussen  Canarias en Duitsland is €1.113,= per maand, dit wil zeggen, dat het maandsalaris op Canarias 44,3% lager is dan het Duitse. Dit verschil houdt in, dat bijvoorbeeld een gemiddelde werknemer op Canarias  21 maanden moet werken om eenzelfde inkomen te hebben als dat van een Duitser in een jaar.

Voor het overige mogen de bovenstaande cijfers voor de grote in verschillen tussen de diverse landen voor zich spreken.
zzzzzzzislas-canariaslogo-501.jpg


Canarias steeds meer afhankelijk  van het toerisme

Na de crisis is Canarias veel meer afhankelijk
van de komst van bezoekers

CANARISCHE EILANDEN - zaterdag 23 januari 2016 - De analyse van de huidige macro-economie laat duidelijk zien dat Canarias na ten minste vijf achtereenvolgende jaren van diepe recessie (2009-2013) nu de crisis achter zich heeft gelaten. Althans officieel, wat klopt als men afgaat op de officieel gepubliceerde gegevens over het gedrag van het Bruto Binnenlands  Product (BB)  van de deelstaat en de rest van Spanje, plus de stadstaten Ceuta en Melilla.

De crisis is voorbij, maar dat is alleen zo als men het gedrag bekijkt van de grote cijfers in de regionale economie,  zonder  de werkloosheid in ogenschouw te nemen en zonder andere factoren mee te rekenen. Bij het afsluiten van het boekjaar 2014, volgens de op woensdag 23 december 2015 gepubliceerde  gegevens van het Instituto Nacional de Estadística (INE) (Nationaal Bureau Voor de Statistiek), heeft volgens de Spaanse balanscijfers, Canarias een groei doorgemaakt van haar BBP van 1,7%, en dat is 0,3% boven het Nationale gemiddelde van 1,4%  en wel  met een snelheid van het verlaten van de recessie die de Regio aan kop plaatst van de Deelstaten (op de vierde plaats),  samen drie deelstaten  die het best hebben gepresenteerd: La Rioja, de Comunidad Valenciana en Murcia, met respectievelijk 2%, 1,9% en 1,8%.
M300x180s300x800_b219c895427912d7da232f74a041c377-1317200274.jpg
IMG_33273.jpg

                                   ↑Zij zorgen o.a. voor zijn↓ maandinkomen...
bouw.jpgTot hier toe, alles goed en wel, maar men weet dat deze crisis een grote is geweest en,  zodoende stevige sporen heeft achtergelaten in het economische model van de Archipel.
download-22.jpgOm te beginnen kan men vaststellen, dat het een algemeen economisch systeem heeft veranderd - waarin de voornaamste welvaart is gegenereerd door de samenhang: toerisme-bouwvak (het schema tot 2008) - naar een ander model dat tegenwoordig weinig lijkt op wat er verdwenen is, en dat van dit tweetal nu alleen het toerisme  de omvang behouden heeft, of beter gezegd, de dienstensector,  die in bredere zin, bijvoorbeeld, ook de handel omvat
DF3FB860-A928-2AE6-23F73A066FBBAE35-1.jpg                                                               Wereldranglijst:
                                        Inkomen uit het toerisme in procenten van het BBP
De crisis, zo kan men gerust vaststellen, heeft ervoor gezorgd dat Canarias - na de twee-eenheid  toerisme/bouwvak van voor 2009 - van hoog tot laag extreem afhankelijk geworden is van de toeristische  monocultuur; een exercitie, die heeft gediend  als echt keerpunt in het economische model.
Het overige wat op economisch vlak op de Archipel plaatsvindt, is niet erg relevant en is vooral van weinig invloed op het geheel. Dus van economische diversificatie - een afgezaagde uitdrukking bij de lokale politici onderling - is helemaal geen sprake, maar ... nog slechter dan verbetering, en dit is alleen gezegd in het geval dat de wil er was om vooruitgang te krijgen; en dit, om minder gebonden  te zijn  aan externe beslissingen.
download-21.jpgBouwvakkers
Wat is er op Canarias gebeurd in de afgelopen vijf  jaar, in 2010-2014? Wel heel duidelijk:
 - enerzijds, het uiteenspatten van de enorme vastgoedzeepbel die, net als in de rest van Sopanje, langzamerhand minimaal de helft van het aantal  bouwakkers in rook heeft doen opgaan, op de eilanden minstens  de helft van het aantal dat er in 2008 was.
- anderzijds, de reddende en broodnodige triomf van het toerisme, dat nagenoeg tijdens alle jaren van deze aanhoudende crisis de ene positieve verrassing na de andere te zien heeft gegeven, en waaraan ongetwijfeld diverse externe factoren hebben bijgedragen: de politieke en militaire problemen  op concurrerende bestemmingen rond de Middellandse Zee; de lagere olieprijzen; en de versterking van het Britse pond sterling ten opzichte van euro, om maar een paar relevante zaken te noemen.

In de periode 2010-2014 - steeds volgens de recente statistieken van de Contabilidad Regional (Regionale Boekhouding)  (de reeks 2000-2014) van Spanje, gepubliceerd door het INE, is het BBP tegen marktprijzen en in afwisseling met het volume van de Deelstaat Canarias op de navolgende wijze gaan veranderen sinds 2000 (basis 100) tot 2014:
- in 2011 tot 99,00% van de welvaart in het jaar daarvoor,
- in 2012 tot 97,10% van de welvaart in het jaar daarvoor,
- in 2013 tot 96,30% van de welvaart in het jaar daarvoor
- in 2014 tot 97,9 % van de welvaart in het jaar daarvoor  (2,1 punten minder dan de gegevens van 2008, voor het begin van de crisis, volgens de in 2010 vastgestelde basis van 100).

In 2015 heeft het absolute BBP van de Archipel het bedrag bereikt van 40,7533 miljard euro, tegenover de 41,2487 miljard van hey boekjaar 2010 en de 42,5823 miljard euro van 2008.

In deze periode van vijf jaar, zijn er slechts twee takken van activiteit of productieve sectoren die - op basis van wat het INE heeft waargenomen - op progressieve wijze gegroeid zijn van 2010 tot en met het boekjaar 2015.

Dat zijn de dienstverlening, vooral dankzij de stimulering van het toerisme; de handel (in 2015 was dit al 9,1 punten hoger in het genereren van welvaart dan die welke verkregen was op basis 100 in 2010), en de vastgoedactiviteiten - met 110,7 - hoewel in dit geval met een zwakke invloed van de regionale economie.

De eerste van deze blokken is goed voor 29% van het regionale BBP in 2008, terwijl nu die drempel - gekoppeld aan het toeristisch potentieel - hoog is, met 32% (12,919 miljard euro in tegen de huidige  prijzen), wat rechtvaardigt wat wordt beweerd, dat de crisis de eilanden meer afhankelijk heeft gemaakt van de komst van bezoekers, voornamelijk buitenlanders.

In het andere blok bevinden zich de  sectoren die het hardst getroffen zijn door de recessie, met inbegrip van de hiervoor genoemde constructie, wat een aparte analyse verdient, evanals de landbouw, visserij en industriële activiteiten.
images-95.jpgimages2-5.jpgimages1-18.jpg

De bouwsector is vanaf 2008 niet gestopt met het verliezen van gewicht op de regionale economie, deze vertegenwoordigde in 2014 slechts 67,2% van wat deze had in 2010 (basis 100). Iets dergelijks,  maar niet met een dergelijke scherpe daling, wordt vastgesteld voor de primaire en secundaire sector, met 82,5% in 2014 voor de primaire sector, ten opzichte van de basis 100 van 2010; en 76,3 % voor de secundaire sector, eveneens volgens dezelfde modelvergelijking.

Een optater voor de bouw op de Eilanden
Wat zich heeft voorgedaan op Canarias met de  verdwijningen in de bouwsector is geen struikelblok of iets dergelijks; het is erger, veel slechter, en ten minste moet men  spreken van een complete dreun. In 2008, toen alle plaatselijke  ondernemers heel gelukkig waren met het feit dat de bouw  voor 3,8424 miljard euro heeft bijgedragen aan de regionale economie. Een cijfer dat slecht zes boekjaren later (in 2014) het belachelijke gegeven van 1,735 miljard euro heeft laten zien (minder dan de helft).

Het  belanden van wat een van de motoren was van de economie op eilanden, gaat sinds 2008 door tot op de dag van tot vandaag, en het lijkt zelfs erop dat dit nog steeds  niet ophoudt.

In de onderzoeksperiode 2008-2014, is het verlies aan werkgelegenheid in deze sector wreed, want in 2008 was de bouwsector goed voor de  lonen van 102.000 Canario’s, terwijl in 2014 slechts 36.800 Canario’s een boterham in de bouw verdienden, wat neerkomt op een verlies van 62.500 banen in zes jaar tijd, dat wordt even snel gezegd maar het geeft aan dat langs deze weg 80% van de bestaande banen van voor de crisis is verdwenen in deze tak van activiteiten.

Maar dat is niet het enige slechte wat zich heeft voorgedaan. Er is meer: omdat de bouw een intensieve handwerkactiviteit is die voorheen heel relevant was op de Eilanden, vertegenwoordigen de 65.200 verloren gegane banen 50% van de bouwvakkers die daardoor niet bijdragen aan de Canarische economie; wat, anders gezegd, eind 2014 de helft is van de werklozen die op  zoek zijn naar werk door deze ramp

Op Canarias was in 2008 (voor de crisis) het aantal werkenden  873.100 personen, tegenover de 744.200 in 2014 (128.900 minder). Van dit aantal moet opgemerkt worden dat er 65.200 bouwvakkers zijn. Dit gegeven toont op zich al aan,  dat men tegenwoordig spreekt van een moeilijke plaatsing op de arbeidsbeurs, die zoveel werkloosheid heeft geregenereerd met het uiteenspatten van de vastgoedzeepbel en van de bouw op Canarias.

Dat is ook de oorzaak waarom men zeggen kan, dat er op de Eilanden werklozen zijn - vooral uit de bouwsector - die ouder zijn dan  50 jaar, zonder opleiding en met weinig mogelijkheden om opnieuw te worden ingezet, en die nooit meer aan het werk zullen gaan. Triest, ja, maar het is de realiteit.
23wwwwww.jpg                                           Oficina de Empleo (Het Arbeidsbureau)
Het regionale BBP en het inkomen per hoofd van de bevolking
De Regionale Boekhouding in Spanje (201-2014), gepubliceerd door het INE op woensdag 23 december 2015, laat ook gegevens zien per Deelstaat over het nominale  BBP per hoofd van de bevolking in 2014. Deze officiële variabelen bekijkend, ziet men dat Madrid met €30.755,= de hoogste waarde heeft geregistreerd, per hoofd van de bevolking, gevolgd met
- €29.277,= in Baskenland,
- €27.709,= in Navarra,
- €19.238,= op Canarias,
- €18.325,= in Murcia,
- €17.636,= in Castilla-La Mancha,
- €16.577,= in Andalusië,
- €15.457,= in Extremadura.
Het nationale gemiddelde was €22.412,=, en dat in de EU €27.400,=
Zeven deelstaten kwamen uit boven het nationale gemiddelde, en drie daarvan  boven dat van het EU-gemiddelde (Madrid, Baskenland en Navarra). Het gegeven van de Archipel bedoeg slechts 68% van het nationale gemiddelde, en 70% van het deelstaatgemiddelde, op grote afstand van de hoogste inkomens.
hhhhhhh-1.jpg                                       ↑   BBP marktprijzen - Reeks 2012-2914   ↑ 
Ook in relatieve termen was het BBP per hoofd van de bevolking in de deelstaat Madrid met 37,2% hoger dan het nationale gemiddelde in 2014, in het Baskenland 30,6% en in Navarra, 23,6 % hoger.

Liquide middelen van de huishoudens
Dezelfde statistiek  vertoont - in dit geval gegevens over 2013-  het bruto besteedbare inkomen per huishouden (de rechtstreekse belastingen de Sociale Lasten, en andere vaste lasten zijn dan al afgedragen) met als hoogste:
- €18.626,= in Baskenland (32,5% boven het Spaanse gemiddelde),
- €17.548,= in Madrid,
- €17.354,= in Navarra,
- €11.075,= in Andalusië,
- €10.802,= in Melilla,
- €10.717,= in Extremadura.

In 2013 was het bruto beschikbare inkomen per huishouden in Spanje €14.059,=
Acht van de Deelstaten kwamen uit boven het genoemde nationale gemiddelde, Canarias echter niet, de Deelstaat bungelde weer eens onderaan de lijst van het peloton en bereikte met €11.992,= per huishouden, slechts 85,3% van het Spaanse gemiddelde.
zzzzzzzislas-canariaslogo-73.jpg


Minimumloon Spanje met 1% omhoog
in 2016 naar bruto €655,08 per maand


SPANJE - dinsdag 29 december 2015 - De Regering in functie met aan het hoofd Mariano Rajoy als premier in functie, heeft op dinsdag 29 december 2015 op de agenda van de Spaanse Ministerraad de goedkeuring staan van een verhoging van het minimumloon voor het komende jaar. In 2016 zal het minimumloon in Spanje met 1% verhoogd worden van €648,60 naar €655,08 per maand.

Deze verhoging van het bruto minimumloon is veel lager dan wat de vakbonden UGT en CCOO eisen. Zij hebben eerder al een verhoging van 11% voorgesteld tot €720,= in 2016 en met nog eens 11% in 2017 naar €800,= 
Daarmee  zou  Spanje dan wat dichter in de buurt van het Europese gemiddelde komen.
Salario-mnimo-1.jpg
1419336460_103657_1419361457_sumario_normal-1.pngDe statistieken van Eurostat laten zien, dat de minimumlonen in de 28 EU-lidstaten varieren van €184= in Bulgarije tot €1.923,= in Luxemburg.
Kende men in Spanje in 2015 een minimumloon van  648,60, zo genoot men in Nederland een minimumloon van €1.501,80 en in België van €1.501,82 terwijl het minimumloon in Duitsland op €1.473,= en in Frankrijk op €1.487,52 uit is gekomen.
Er zijn echter landen zoals Zwitserland, Zweden en Denemarken die hun gegevens niet hebben doorgegeven en nooit in het Eurostat overzicht verschijnen.De lonen in deze landen zijn doorgaans hoger. (Zie voor de periode 2004- 2015:
http://ec.europa.eu/eurostat/tgm/table.do?tab=table&init=1&language=en&pcode=tps00155&plugin=1).

Door de jaren heen
Het Spaanse Salario Mínimo Interprofesional (SMI) is ingesteld in 1963 maar is toen al meteen gedurende drie jaar bevroren
In 1980 bedraagt het minimumloon in Spanje slechts 1.452 pesetas (omgerekend €136,85 per maand) en is dat jaarlijks toegenomen.

In 2004 bedraagt het minimumloon voor de verkiezingen (onder leiding van de PP) €460,50 maar is dat direct na de verkiezingen, door de winnende PSOE, verhoogd naar €490,80 maar liefst  twee verhogingen in een jaar tijd dus.

Vanaf 2004 stijgt het minimumloon jaarlijks, aanvankelijk met 6,6% en vervolgens met 4%; maar tijdens de laatste jaren van de PP is het minimumloon slechts  toegenomen met: 3% in 2011; 0% in 2012; 0,6% in 2013; 0% in 2014 en 0,5% in 2015. Voor 2016 stelt de PP dus een stijging voor  van 1%, weliswaar een stijging maar bij lange na niet overeenkomstig de prijsstijgingen in Spanje.
00000AAAAAAAAAslas-canariaslogo-119.jpg 


30 % van de Spanjaarden verdient
minder dan 
€1.000,=  per maand

SPANJE  - zaterdag 7 november 2015 - Dat het niet al te best gesteld is met de salariëring in Spanje, mag wellicht bekend zijn; ondanks het feit, dat in 2014 het gemiddelde maandsalaris in Spanje €1.881,30 bedraagt, verdient 30% van de Spanjaarden minder dan €1.000,= per maand. Dit wil zeggen, dat ongeveer 4 miljoen Spanjaarden, bruto gemiddeld €1.221,10  (netto €1.000,=) per maand verdienen.

40% daarentegen, verdient bruto gemiddeld tussen de €1.221,10  en € 2.173,50 per maand. Dit zijn de cijfers van de EPA-enquête, het onderzoek onder de beroepsbevolking in Spanje dat is uitgevoerd door het INE (Bureau voor de statistiek)
naamloos-183.png

Om tot deze conclusies te komen, zijn de salarissen van 14.232.800 werkende Spanjaarden bij elkaar opgeteld en aan de hand daarvan heeft men 10 verschillende groepen kunnen samenstellen. Hieruit blijkt, dat in 2014 het gemiddelde maandsalaris in Spanje is uitgekomen op €1.881,30 bruto per maand.
salario-medio1.jpg
Ondanks de crisis is dit gemiddelde maandsalaris sinds 2006 toch met 19,7% gestegen.
ZZZZZZAislas-canarias-84-99-kopie-144.jpg 


 

Gemiddeld maandsalaris Spanje
gestegen naar €1.941,=

Spanje - vrijdag 18 september 2015 -  Als men het aan de meeste Spanjaarden vraagt, zal men zeggen dat het bovenstaande maandSALARIS dan misschien wel waar mag zijn, maar dat het gemiddelde jaarINKOMEN uitkomt op €15.500,= wat neerkomt op gemiddeld €1.107,= per maand in 14 betalingen.

Volgens de gegevens van het Nationaal Bureau voor de Statistiek INE, is het gemiddelde maandsalaris in het tweede kwartaal van 2015 met 0,6% gestegen naar €1.941,74
salario2.jpg
Of dit ook daadwerkelijk de realiteit is in Spanje is nog maar de vraag. Er zijn steeds vaker meer deeltijdcontracten die minder goed betalen dan de voltijdbanen waarvan er steeds minder zijn in Spanje.

Daarnaast treft men een maandinkomen van rond de €1.100,= vaker aan in  Spanje dan een salaris van boven de €1.900,=
Dit laat zich staven door het feit, dat het gemiddelde jaarsalaris rond de €15.500,= ligt wat neerkomt op een maandinkomen van €1.107,= in 14 betalingen, wat een normale praktijk is in Spanje.

Ook de gemiddelde kosten per werknemer zijn het tweede kwartaal van 2015 gestegen in totaal naar €2.591,50  wat 0,4% meer is, dan in het tweede kwartaal van 2014; dit bedrag omvat het salaris, belastingen en sociale lasten.
ZZZZZZAislas-canarias-84-99-77.jpg 


 

2014: Gemiddeld bruto jaarsalaris
op  Canarias  €18.811,=

CANARISCHE EILANDEN - woensdag 29 juli 2015 - In 2014 heeft het gemiddelde bruto jaarsalaris op Canarias €18.811,01 bedragen (ofwel gemiddeld bruto per maand €1567,58) en daarmee is de Archipel op een na de deelstaat waar dit het laagst is; alleen in Extremadura heeft men in 2014 minder aan bruto jaarsalaris met gemiddeld €18.658,41. Het nationale gemiddelde in Spanje komt uit op bruto per jaar €22.605,79 (0,2% minder dan in 2013),

Volgens de Encuesta Anual de Coste Laboral (Jaarlijkse Enquête Arbeidskosten) welke is uitgevoerd door het Instituto Nacional de Estadística (INE) (Nationaal Bureau voor de Statistiek) kenden de Canarische Eilanden in 2014 ook op een na, gemiddeld de laagste arbeidskosten van Spanje met €245.502,17 per werknemer/per jaar, wat 1% meer is dan in 2013. In Spanje was dit €€30.489,89, wat 0,65 lager is dan in 2013.
images-68.jpg cifrasine_logo.gif
Rekening houdend met de subsidies van, en de inhoudingen door de overheid (een bedrag van gemiddeld €163,19), hebben in 2014 de bruto kosten per werknemer/per jaar € 30.653,= bedragen; een daling van 0,6% ten opzichte van 2013.
imagesR06W396R.jpg naamloos-123.pngsueldos.jpg 1418807296_409608_1418809235_noticia_normal.jpg 
Van de bruto arbeidskosten bestond 73% uit lonen uit salarissen, terwijl aan Sociale Lasten gemiddeld op jaarbasis in 2014 per werknemer €7.005,30 is afgedragen (22,8% van de totale arbeidskosten). Zodoende maken de salarissen en inhoudingen voor 96,6% deel uit van het gemiddelde bruto jaarsalaris.

Naast  die bedragen is €380,79 per jaar per werknemer besteed aan sociale doeleinden (vrijwillige bijdrage aan verzekeringen en pensioenplannen, extra dienstverlening door de Sociale Dienst, enz.) en gemiddeld €234,60 per werknemer/per jaar aan andere arbeidskosten (ontslagvergoedingen, werkkleding vervoer enz.); en gemiddeld per jaar/per werknemer €327,69 aan schadeloosstelling wegens ontslag; plus €99,88 voor beroepsopleiding.
Van alle in deze INE enquête ondervraagde werkgevers heeft 94,5% geantwoord (een vertegenwoordiging van 87,8% van de werknemers) de arbeidsvoorwaarden te hebben geregeld via een CAO.

                         imagesEM06FQYH.jpg

Wij zullen onze lezers hier verder niet vermoeien met de vele vergelijkingen die het INE (Bureau voor de Statistiek) heeft getrokken over de arbeidskosten in 2014 per deelstaat en landelijk (per kostenpost, inkomstenpost, post ontslagvergoedingen en -schadeloossteligen, bedrijfsgrootte en wat dies meer zij). Wel opmerkelijk is, dat er een ‘aanzienlijk’ verschil is geconstateerd in arbeidskosten per sector: van gemiddeld €18.500,= bruto per jaar/per werknemer in de horeca, en ruim €78.676,= per werknemer in de energievoorziening (elektriciteit, gas, stoom en lucht).
1-AAAAislas-canarias-kopie-293.jpg 


Het meest voorkomende jaarsalaris
in Spanje is  €15.500,=

SPANJE - donderdag 25 juni 2015 - Het gemiddelde jaarsalaris voor een Spaanse werknemer kwam in 2013  uit op €22.697,86 en wat dus 0,1% minder is dan in 2012, aldus de gegevens van het INE (Nationaal Bureau voor de Statistiek) Het meest concreet voorkomende jaarsalaris is Spanje-wijd echter €15.500,= wat dus €7.200,= euro minder is dan het landelijke gemiddelde. Daarbij valt in het onderzoek op, dat vrouwen gemiddeld 24% minder verdienen dan mannen.

De gegevens die het Spaanse bureau voor de statistiek (INE) bekend heeft gemaakt, hebben betrekking op het jaar 2013 toen het gemiddelde jaarsalaris €22.697,86 euro bedroeg, iets minder dan in 2012. Dit wil echter niet zeggen, dat de meeste werknemers in Spanje dat jaarsalaris ook daadwerkelijk hebben ontvangen, gezien het feit, dat het meest voorkomende jaarsalaris €15.500,= heeft bedragen, dus zoals gezegd €7.200,= minder dan het gemiddelde loon.
f05bff0cd05e5c39.jpgsalario3.jpg

Tijdelijke werknemers verdienen over het algemeen ongeveer 36% minder dan medewerkers die een vast contract hebben. Het aantal tijdelijke werknemers in Spanje is steeds stijgend en er worden niet veel vaste contracten meer afgesloten vanwege het vervolgens eventueel moeilijk en duur ontslaan van medewerkers.
logo3.png

Het verschil tussen vrouwen en mannen is wat betreft lonen nog steeds (te) groot in Spanje waar vrouwen gemiddeld 24% minder verdienen voor hetzelfde werk dan de mannelijke collega’s.
Daar waar mannen gemiddeld €25.675,17 per jaar verdienen, gaan de vrouwen met €19.514,58 naar huis. Dat verschil van 24% is nog steeds te groot maar volgens het INE was dat verschil in 2012 - met 76% - nog veel groter.

De hoogste lonen verdient men in Spanje als werknemer in de energie- en in de bankensector, terwijl werknemers in de administratie, horeca en dienstverlening, zoals in het toerisme of de medische diensten, aanzienlijk minder verdienden.
1-AAAAislas-canarias-144.jpg


Canarische werknemers de minst betaalden van Spanje met een jaarsalaris van gemiddeld €19.277,=

CANARISCHE EILANDEN - woensdag 25 juni 2014 - Canarische werknemers zijn met een jaarsalaris  van gemiddeld €19.277,=  de slechtst betaalden van Spanje, aldus de gegevens over 2012 van de ‘Encuesta Anual de Estructural Salarial’ (Jaarlijkse Enquête Salarisstructuur) van het Instituto Nacional de Estadística (INE).

Daarmee is Canarias de hekkensluiter op de lijst, voorafgegaan door Galicië met €19.389,20; en Extremadura met €19.721,35
Daarentegen worden de hoogste jaarsalarissen betaald in Baskenland met €26.535,60; in Madrid met €26.044,39 en in Catalonië met €24.436,39

Wat betreft de verschillen in salariëring tussen man en vrouw, is Canarias - op de Balearen na - de deelstaat waar het grootste verschil bestaat, hoewel ten gunste van de man.

Tegenover het nationale Spaanse gemiddelde, waar het salarisverschil 76,1% bedraagt met dat van de man, is dit op Canarias 82,9%, waarbij het jaarsalaris van de vrouw €17.498,71 is en dat van de man €21.089,85.

Tijdelijke werknemers ontvangen 34,5% minder dan werknemers in vaste dienst
In heel Spanje was in 2012 het gemiddelde jaarsalaris van werknemers met een tijdelijk arbeidscontract 34,5% lager, dan dat van werknemers in vaste dienst; terwijl in 2012, dat van directeuren en managers - met 133,5% - boven het gemiddelde salaris lag.

Concreet verdienden in 2012 de tijdelijke werknemers een jaarsalaris van gemiddeld €15.893,55 tegenover de €24.277,06 van de werknemers met een vast arbeidscontract. In vergelijking met de gegevens van 2011, is de salariskloof tussen tijdelijke werknemers en die in vaste dienst toegenomen met ruim een procentpunt, van 33% naar 34,5%.

Volgens het INE is het gemiddelde jaarsalaris per werknemer in 2012 gedaald met 0,8%, en komt daarmee uit op €22.726,44

Het Bureau voor de Statistiek geeft echter aan, dat het meest voorkomende jaarsalaris €15.500,= is, met een verschil tussen beiden van iets meer dan €7.200,= Ten opzichte van 2011 is dit verschil licht afgenomen, toen het meest voorkomende jaarloon ook rond de €15.500,= lag, vanwege de daling van het gemiddelde salaris.

Het INE legt uit, dat dit verschil tussen het gemiddeld salaris en het meest voorkomende komt, omdat er meer werknemers zijn met lage salarissen dan met hoge. Het INE maakt aldus een indeling in hen die een hoger salaris genieten en hen die een lager salaris hebben, om te komen tot een gemiddeld salaris, dat meer overeenkomt met de werkelijkheid, en wat in 2012 is uitgekomen op €19.040,98

De salarisverschillen tussen man en vrouw zijn in 2012 afgenomen ten opzichte van 2011. Over het algemeen was de gemiddelde verdienste van mannen €25.682,50 per jaar, terwijl dat van vrouwen 76,71 van dit bedrag was (€19.537,33). In 2011 was de salariskloof tussen beide seksen 77% (+0,9%).

De INE heeft benadrukt dat, hoewel deze loonkloof duidelijker wordt als men kijkt naar vergelijkbare situaties (soort contract, werktijden, beroep), waarbij de loonkloof tussen de seksen "significant" is. Zo had (in 2012) 17,36% van de vrouwen een lager inkomen, of gelijk aan het salario mínimo interprofesional (SMI) (minimumloon), tegenover 7,52% van de mannen. Rekening houdend met de hoogste salarissen, heeft 10,4% van de mannen salarissen die vijf keer hoger zijn dan het SMI, in tegenstelling tot 4,72% van de vrouwen.

Daling van het salaris in deeltijd en stijging van het salaris in voltijd
Ook is het verschil aanzienlijk tussen de jaarlijkse verdiensten van werknemers in vaste dienst (€26.095,51) en van die in tijdelijke dienst (10.321,63); hoewel deze loonkloof te verklaren is, door het verschil in het aantal gewerkte uren. Het gemiddelde salaris van werknemers in vaste dienst is ten opzichte van 2011 gestegen met 0,5%, terwijl dat van de werknemers in tijdelijke dienst is gedaald met 1,2%.

De gemiddelde verdienste van vrouwen met een deeltijdcontract, wat typisch is voor vrouwen, is in 2012 met 0,9% gedaald, tot €9.988,41; terwijl, dat van de mannen in dezelfde situatie, met het dubbele is afgenomen, ofwel met 1,8% tot €11.032,10

Gelet op het uurloon, wat het INE als meer relevant beschouwt, is dat van de vrouwen in vaste dienst in 2013 gedaald met 0,3% tot €13,79; terwijl dat van mannen is gestegen met 1,1% tot €16,05.
In het geval van deeltijd is het uurloon met 1,5% gestegen voor vrouwen tot €10,27 en gestegen voor mannen met 0,7% tot €12,89

Wat betreft het bestaande gemiddelde uurloon per jaar tussen de beide seksen, is dat van vrouwen in deeltijd 29,5% lager. In vaste dienst is het uurloon voor mannen 10% hoger dan het gemiddelde; terwijl, dat van vrouwen 5,4% lager is.

De horeca-sector is de laagstbetaalde
De statistieken laten zien dat de hoogste, gemiddelde jaarsalarissen worden uitbetaald in de energiesector met €52.324, 67 per werknemer, een bedrag dat 30,2% hoger ligt dan het gemiddelde en 3,9% boven dat van 2011. Vervolgens zijn de werknemers in de financiële- en verzekeringssector de best betaalden met €41.095,60 - wat 3,5% meer is dan in 2011.

De gemiddelde jaarsalarissen in de horeca zijn echter de laagste, met €13.867,02 (4,9% minder dan in 2011) en voor kantoorpersoneel en ondersteunende diensten met €16.139,55 (- 3,7%); bedragen, die 39% en 29% lager liggen dan het gemiddelde jaarsalaris.

Per deelstaat zijn de salarissen het hoogst in Baskenland met €26.535,61; in Madrid (met €26.044,39 en in Catalonië met €24.436,39; tegenover de laagste salarissen op Canarias met 19.277,62; in Galicië met €19.389,20 en in Extremadura met €19.721,35.

Jongeren en Latino’s zijn degenen die het laagste salaris ontvangen
Volgens het  INE, zijn werknemers met de Spaanse nationaliteit en EU-ingezetenen degenen die in 2012 de hoogste salarissen ontvingen, met respectievelijk 23.232,42 en €17.442,86. Alle groepen werknemers met andere nationaliteiten dan de Spaanse hebben lagere salarissen ontvangen, vooral Latino's, die het laagste salaris kregen (€14.280,32)

Naar leeftijd, benadrukt het INE, dat er in 2012 een positief verband is tussen de leeftijd van de werknemers en het salarisniveau; zodanig, dat de oudsten- degenen die het langst in dienst zijn en de meeste ervaring hebben- de hoogste salarissen krijgen.

In 2012 was het gemiddelde jaarsalaris voor werknemers jonger dan 25 jaar €11.077,39 (7,3% minder dan in 2011), terwijl dat voor hen van tussen de 25 en 29 jaar €16.244,38 was (-4,1%), tegenover dat van de €25.723,51 voor werknemers van 65 jaar en ouder, ondanks dat dit een vermindering is van 8,3% ten opzichte van 2011 door de toename van gedeeltelijke pensionering.
kleurlogoCanarias.png 


Canarias:  laagste salarissen van Spanje
15% minder dan het gemiddelde

MADRID / CANARISCHE EILANDEN - donderdag 25 oktober 29012 - Canarias heeft de laagste brutosalarissen van Spanje; 15% minder, dan wat men gemiddeld in het land betaalt, dit blijkt uit de definitieve cijfers over 2010 die op woensdag 24 oktober 2012 zijn gepubliceerd door het Instituto Nacional de Estadística (INE) (Bureau voor de Statistiek).

Overeenkomstig dit rapport hebben de jaarsalarissen die werknemers op de Archipel  in 2010 ontvangen hebben, gemiddeld €19.315,56 euro bruto bedragen (gemiddeld €1.609,53 bruto per maand), dat is gemiddeld €3.476,= minder, dan het gemiddelde aan salarissen in de andere Deelstaten.
(In 2009 heeft het gemiddelde bruto jaarsalaris op de Archipel €18.120,= bedragen, ofwel gemiddeld €1.510,= bruto er maand).
salaris_large.jpg images296_large.jpg
De gegevens van het INE laten zien, dat in Spanje de horeca de laagste salarissen kent, 35% lager dan het gemiddelde; een feit, dat vooral zijn terugslag vindt op de Canarische Eilanden, vanwege het hoge gewicht van de toeristische sector in hun  economie.

De statistieken laten bovendien zien, dat vrouwen gemiddeld €17.601,79 euro hebben ontvangen; 16% minder, dan wat hun mannelijke collega’s hebben ontvangen (€20.986,94) in 2010.

In Spanje heeft in 2010 het gemiddelde bruto jaarsalaris € 22.790,20 bedragen, aldus de studie van het INE, die ook aantoont, dat vrouwen  gemiddeld €6.000,= minder hebben ontvangen, dan de mannen

Over geheel Spanje genomen, hebben de mannen €25.479,74 ontvangen en de vrouwen €19.735,22

In Baskenland heeft in 2010 het gemiddelde bruto jaarsalaris €26.593,70 bedragen en was daarmee het hoogste, en Canarias met  een gemiddeld bruto jaarsalaris van €19.315,56 was het laagste.

De economische activiteit met het hoogste gemiddelde bruto jaarsalaris was die van de leveranciers van elektriciteit, gas en stroom en airconditioning (€48.893,35), tegenover het bruto jaarsalaris in de horeca, dat met gemiddeld bruto €14.629,55 het laagste was in  2010.

De directeuren en het hogere kaderpersoneel hebben bovenop hun  gemiddelde jaarsalaris148,4% aan emolumenten ontvangen, terwijl dit bij de overheid nog eens 30,8% hoger was.

Universitair afgestudeerden hebben 57,4% meer ontvangen dan het gemiddelde salaris, terwijl werknemers zonder titel 21,5% minder hebben ontvangen.

Bovendien  heeft tijdelijk personeel 32% minder aan salaris ontvangen, dan personeel in vaste dienst, aldus het INE.
kleurlogoCanarias.png 


Canarias de  Deelstaat
met de laagste salarissen van Spanje

CANARISCHE EILANDEN  - woensdag 27 juni 2012 - In Spanje was Canarias in 2010 de Autonome Deelstaat waar men het laagste bruto jaarsalarissen heeft ontvangen, met de registratie van een gemiddeld jaarsalaris van €19.315,56, zo heeft het Instituto Nacional de Estadística (INE) nader voorlopig laten weten op dinsdag 26 juni 2012, terwijl dat van vrouwen €17.601,79 was.

In geheel Spanje heeft de meerderheid van de werknemers in 2010 ongeveer €16.489,= bruto  per jaar verdiend en waren er weinig werknemers met heel hoge salarissen, wat ervoor gezorgd heeft, dat het gemiddelde bruto jaarsalaris is uitgekomen op  €22.790,20.
pay-a-teacher_large.jpg

Dit kan men afleiden uit de Encuesta Anual de Estructura Salarial (Jaarlijkse Enquête naar de Salarisstructuur) die op dinsdag 28 juni 2012  is gepubliceerd door het (INE) (Nationaal Bureau voor de Statistiek), die bovendien  aangeeft, dat de salariskloof tussen mannen en vrouwen 13,7% is.

Terwijl de mannen op jaarbasis gemiddeld bruto € 25.479,74 aan salaris hebben ontvangen, was dat voor vrouwen gemiddeld 77,5% van wat een mannelijke collega verdiende.

Het INE benadrukt, dat het aantal vrouwen, dat minder dan €14.500,= per jaar verdiende, groter was, dan het aantal mannen. De vrouwen verdienden gemiddeld €1.477,92 bruto per maand tegenover de  € 1.989,56  die de mannen verdienden.

Volgens de enquête is echter de salariskloof tussen de seksen kleiner geworden, omdat in  2009 de vrouwen 88% verdienden van, dat wat de mannen aan salaris hebebn ontvangen.

Ook is in 2010 het gemiddelde bruto jaarsalaris met 1,23% gestegen ten opzichte van, dat in 2009

Per autonome deelstaat bedroegen in 2010 de hoogste gemiddelde bruto jaarsalarissen in Spanje :
- €26.593,70 in Baskenland
- €25.988,95 in Madrid
- €24.449,19 in Catalonië

Per autonome deelstaat bedroegen in 2010 de laagste gemiddelde bruto jaarsalarissen in Spanje :
- €20.241,99 in Galicië
- €19.480,55 in Extremadura
- €19.315,56 op Canarias

De Enquête naar de Loonstructuur is een een onderzoek naar de structuur en de spreiding van de salarissen en wordt om de vier jaar op geharmoniseerde wijze uitgevoerd in alle EU-lidstaten.
kleurlogoCanarias.png


Ruim 50% van de Canario’s heeft een maandinkomen van minder dan €1.000,=

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - vrijdag 27 januari 2012 - Van de werkende Canario’s heeft 50,10% een inkomen van minder dan €1.000,= per maand, terwijl dit op nationaal Spaans niveau 43,5% is. Dit is een van de gegevens die de werknemersvakbond CC.OO. heeft verkregen via een rapport over de salarisstructuur, dat is opgesteld in 2010 op grond van gegevens die zijn verstrekt door het Agencia Tributaria (het kantoor wat de belastingen int) en die op donderdag 26 januari 2012 tijdens een persconferentie bekend gemaakt zijn door de algemeen secretaris van de CC.OO. Canarias en José Miguel González, directeur van het technisch kabinet.

González heeft  uitgelegd, dat het rapport ook  benadrukt, dat de 25,40% van de werknemers op de eilanden die een gemiddeld inkomen heeft van tussen de €1.000,= en € 2,000,=, terwijl dit op nationaal Spaans niveau 25,36% is.
poscionamiento-web-grafico-ascendente-300x217_large.jpg

In het salarisbereik van €2.000,= tot €3.000,= zijn de percentages voor Canarias 4,95 en voor Spanje  6.09. terwijl de salarisschaal van €4.000 tot 10.000,= percentages laat zien van 4,21 voor Canarias en 6,03 op nationaal niveau.

De directeur van het technisch kabinet van de CC.OO voegt hieraan toe, dat de studie  de verkregen salarissen aangeeft  naar leeftijd en sekse; jongeren onder de 18 jaar ontvangen op de Canarische Eilanden een hoger salaris, dan die in de rest van Spanje, hetzelfde is het geval met mannen van tussen de 18 en 25 jaar en met vrouwen ouder dan 65 jaar; tegelijkertijd benadrukt hij, “dat in alle salariscategorieën, de vrouw een lager salaris ontvangt, dan een man.”

Hij geeft aan, dat in de primaire sector de verkregen salarissen op de Canarisch Eilanden hoger zijn, dan het nationale gemiddelde, terwijl in de ander sectoren het tegendeel het geval is.

“De sectoren op de Canarische Eilanden waarin het grootste aantal personen een salaris ontvangt, zijn de handel, reparatie, transport en in  de sociale- en andere persoonlijke dienstverlening, waarbij in Spanje de classificatie hetzelfde is, behalve in de tertiaire sector, waarin de meeste mensen werkzaam zijn in de industrie,” aldus González.

"De economisch sector die het minste aantal werknemers in dienst heeft, zowel in Canarias als in de rest van Spanje, is de mijnbouw, energie en water, “ zo voegt González toe

Tegelijkertijd laat hij weten, dat het rapport onthult, dat de sector met de hoogste salarissen die van de financiële instellingen en het verzekeringswezen is.

Na de afname van de private consumptie in Canarias benadrukt te hebben en te hebben  bevestigd, dat als men de werknemer armer maakt, men de vraag vermindert, kritiseerde González de Overheid, “omdat die buiten de werkelijkheid staat.”

 "De Overheid gebruikt het tekort als een ziekte terwijl dit een element zou moeten zijn, om te versterken,” zo gaf hij aan.

1-AAAAislas-canarias-kopie-294.jpg  


Canario’s verliezen €1.000,= aan jaarinkomen
door de crisis

De zwaarste jaren van de crisis teisteren Canarische gezinnen met een groter verlies aan koopkracht

CANARIAS - 3 januari 2012 - Men heeft het zien aankomen. Maar de klap doet niet minder pijn. Sommige van de anni horribili van de Spaanse economie, van 2008 tot 2010, hebben een kwade uitwerking gehad op de Canarische Eilanden, waar het effect van de crisis in die periode is bevestigd, met een daling van 4,5% van het Bruto Binnenlands product (BBP); 0,7% hoger dan het nationale Spaanse gemiddelde van 3,8%, aldus de gegevens die  door het Instituto Nacional de Estadistica (INE) (Nationaal Bureau voor de Statistiek)  zijn gepubliceerd op vrijdag 30 december 2011. Op hun beurt, hebben de Canario’s tussen 2008 en 2010, jaarlijks €1.000,= aan salaris ingeboet.

De vertraging in de bouw en de daling van de toeristische vraag heeft in die jaren geleid tot krimp van de economie op de Canarische Archipel, “waardoor men ‘een toontje lager’ is moeten gaan zingen,” zo geeft de econoom Óscar Bergasa toe. Voor hem, is het probleem in wezen, “dat er geen sectoren bestaan die in staat zijn deze terugval te absorberen, waardoor de teruggang  op de Canarische Eilanden “sterker” is geweest, dan in de rest van Spanje.

Het Canarische BBP bereikte in 2008 een stijging van 1.3% en daalde in  2009 met 4,2% in vergelijking met een jaar eerder, terwijl het in 2010 met 0,8% achteruit ging.
De historische ontwikkeling van het BBP per inwoner laat zien, dat in 2008 het inkomen per hoofd van de bevolking op Canarias lag op jaarlijks €20.827,= en in 2009 op €19.746,= , waarbij het in 2010, aldus het INE, is afgenomen tot €19.746,=

De verslechtering van het inkomensniveau per hoofd van de bevolking heeft er flink ingehakt, wat betekent, dat Canarische gezinnen een  zwaar verlies te verwerken hebben gekregen in hun  koopkracht. In procenten uitgedrukt, bereikte in 2008 het BBP per inwoner op Canarias 88,8% en is dit in 2009 afgenomen tot 87,4%, om in 2010 terug te zakken tot 84,8%.

Deze gegevens zijn gekoppeld aan de stijgende prijzen en dalende consumptie.
En, dat alles in een context waarin 2008 op de Canarische Eilanden is afgesloten met 248.783 werklozen en de telling in december 2010 is opgelopen tot 254.620.

Momenteel, anno januari 2012 ligt dit werkloosheidcijfer op 28,8% van de beroepsbevolking.
In de loop  van 2008 begon de toeristische sector weer hoop te krijgen in de Canrische economie, met recordaantallen toeristen en inkomsten. Echter, voor de econoom Antonio González Viéitez, “is het niet redelijk, dat deze toeristische opleving geen toename van de werkgelegenheid te zien heeft gegeven.” De deskundige waarschuwt, “dat het nodig is de economie te diversifiëren, te beginnen met  kwaliteit van de toeristische sector en niet ‘terug te vallen’ in de huizenbubbel.”
kleurlogoCanarias.png


 

kaart_canaria-5-8.jpg

aaaaLOGOMETBANNERGranCanariaActueel-2--187.jpg

Maak jouw eigen website met JouwWeb