site teller
gran-canaria-actueel.jouwweb.nl

aaaaLOGOMETBANNERGranCanariaActueel-84.jpg

aaaaaamapa-canarias2-3-7.jpg


De toestemmingstermijn is verstreken
- voor het doen van proefboringen naar aardolie
bij Canarias -

CANARISCHE EILANDEN -  donderdag  31 maar 2016 - De president van de Canarische Regering, Fernando Clavijo, heeft het bericht als ‘magnifiek’ betiteld, dat  de door het Ministerie van Industrie verstrekte  toestemmingstermijn is verstreken voor het doen van onderzoek in de Canarische wateren voor de boring naar aardolie door Repsol.

“Het is geweldig nieuws, omdat het klaarblijkelijk iets is wat verdeeldheid, problemen en moeilijkheden veroorzaakt op Canarias, we weten nu dat de bal is kwijtgespeeld en dat het zwaard van Damocles is verdwenen; ik denk, dat dit groot nieuws is voor de Canarische bevolking,  zo heeft Clavijo bevestigd in zijn verklaringen voor de radiozender Cope.

36cb658418a21c22d1b24965c39251b8_XL.jpg untitled-9-1-2.png Gevraagd, of hij verwacht dat Repsol zal terugkomen om te pogen te peilen in Canarische wateren, heeft Clavijo gezegd: “Nee; omdat het niet rendabel is bij een prijs die lager is dan 50 dollar voor een vat ruwe aardolie; maar, dat dit niet zo zal zijn als de economische omstandigheden veranderen en de prijs weer boven de 100 dollar gaat uitkomen per vat ruwe aardolie, want dan zal men, wederom, onderworpen zijn aan weinig democratische acties.”

Daarom heeft Clavijo benadrukt, “dat dit geval niet alleen vergezeld is gegaan van de verlaging van de prijs voor een vat ruwe aardolie, maar ook met het verstrijken van de geldigheid van de vergunningen.” Hoe dan ook, zo heeft hij gewaarschuwd, zullen bij elk ander initiatief van overheidsvergunningen de Canarische Regering en de Canarische overheden ‘hierop attent’ zijn.

Voor Clavijo is de vraag ‘niet’, te zoeken naar een juridisch instrument dat proefboringen voorkomt; maar wel, “dat het de Canarios zijn die kunnen besluiten, niet dat men vanuit een ander plaats besluit voor de eilandbevolking,  “Wij zijn van mening dat wij als Canario’s de capaciteit hebben te besluiten; vooral, omdat we dat hier pal voor de deur gaan krijgen,” zo heeft hij opgemerkt.

In die zin, komt Clavijo er in dergelijke situaties voor op, “dat zoiets niet kan worden toegestaan zonder de toestemming van beide Kamers van de Volksvertegenwoordiging en van de Canarische overheden. Ik ben er voorstander van, dit te beschermen.”
zzzzzzzislas-canariaslogo-361.jpg


Het Grondwettelijke Hof wijst het
Canarische reglement van ‘Volksraadpleging’ af,
en ‘begraaft’ dit

MADRID - woensdag 24 juni 2015 - De rechters waarschuwen, dat het Referendum niet anders genoemd mag worden. De Canarische Regering noemde het, in haar campagne tegen de proefboringen naar aardolie, een: ‘Volksraadpleging.

Het volledige Grondwettelijke Hof heeft unaniem voor ongrondwettelijk verklaard: de diverse bepalingen van het reglement van de Canarische volksraadpleging; de wijze, welke de Canarisch Regering hanteerde, om burgers naar hun mening te vragen over de proefboringen naar aardolie.
fachada-tribunal-constitucional--644x362.jpg         De vestiging van het Tribunal Constitional (Grondwettelijke Hof) in Madrid.
Het Hof is van mening, dat de raadplegingen van het reglement een “referenda’-karakter hebben, dit wil zeggen, dat het een Referendum is, waardoor de autonome wetgeving ‘ongrondwettelijk’ is, door in te treden in bevoegdheden die exclusief aan de Spaanse Staat toebehoren.

Het vonnis - van 11 juni 2015, dat op woensdag 24 juni 2015 is gepubliceerd - merkt op, dat het systeem voor het verdelen van de verantwoordelijkheden inzake volksraadplegingen nu gedefinieerd is door een “heel gevestigde” grondwettelijke jurisprudentie. Zo komt het oproepen tot een referendum uitsluitend aan de Staat toe, dit is te verstaan, “als een instrument van rechtstreekse burgerparticipatie in openbare zaken,” uiteindelijk, als een instrument voor het uitoefenen van het fundamentele recht, zoals is gedefinieerd in Artikel 23.1 van de Grondwet.
imagesI8EPH10E.jpg              De voormalige president van de Canarische Regering, Paulino Rivero,
                   dacht slim te zijn, door met het houden van een 'volksraadpleging'
                                            - in plaats van een referendum -
                   zijn weerstand tegen de proefboringen naar aardolie door te drijven,
                                        om niet te zeggen: deze te dwarsbomen.
imagesLMU2ETH8.jpg
De volksraadplegingen die geen referendum zijn en die, daarom door de Deelstaten gehouden kunnen worden, “zijn geen uitdrukking van het fundamentele recht op beleidsdeelname zoals vermeld in Artikel 23.1; maar, integendeel , een manifestatie van participatieve democratie.”

Samengevat, gaat het aldus de genoemde doctrine om een referendum wanneer de openbare macht alle burgers van een bepaald gebied oproept, hun fundamentele recht uit te oefenen in de deelname van openbare zaken door hun mening te geven, verbonden of niet, door over een bepaalde kwestie te stemmen, met garanties die eigen zijn aan die van een verkiezingsproces.”

De uitspraak waarschuwt, dat het referendum niet zijn voorwaarde zal verliezen door het feit, dat de regels die dir regelen het identificeren onder een ander naam, of een proces regelen voor het houden ervan, met wat afwijkt in hetgeen is voorzien in de Ley Orgánica del Régimen Electoral General (Loreg) (Organieke Wet van het Algemene Kiessysteem).

“Dat is zo, omdat de eventuele verminking door deelstaatwetgeving - van regels die ‘referendum-overleg”’ reguleren - zouden toestaan, met onaanvaardbare schade de grondwettelijke orde te schenden; bevoegdheden, die - wat fundamentele wetgeving betreft - in handen van de Staat zijn gelegd.”

De rechters concluderen, zonder enige twijfel, “dat de wet in kwestie toestaat, ‘ondubbelzinnige’ oproepen tot doen voor volksraadplegingen met een ‘referendum-karakter’, wat ertoe leidt het ongrondwettig te verklaren. En men voegt toe: "In niets verhindert een dergelijke, eenduidige karakterisering, dat de aanwijzing van dit overleg geen referendum is, of dat deze reglementaire regeling zich, duidelijk, afscheidt van de voor dit doel in de Loreg opgenomen regelgeving," zo vervat de Rechtbank in haar argumentering.
1-AAAAislas-canarias-118.jpg 


Het Ministerie van Industrie beboet Repsol als de aardoliemaatschappij niet de letterlijke tekst naleeft
van de toestemming voor de proefboringen
naar aardolie

MADRID - maandag 26 januari 2015 - De minister van Industrie, José Manuel Soria, heeft op maandag 26 januari 2015 verzekerd, dat de Spaanse Regering Repsol zal beboeten als de aardoliemaatschappij niet  ‘letterlijk’ naleeft wat is bepaald in de vergunningen die zijn verstrekt voor het zoeken naar koolwaterstoffen in de wateren nabij de Canarische Eilanden.

“Als men niet doorgaat met wat is overeengekomen in de teksten van de toestemmingen, mag dat duidelijk zijn,” heeft Soria geantwoord op de vraag, of men Repsol zal beboeten voor het stopzetten van de proefboringen en voorts afziet van het realiseren van een van de toegekende peilingen.
untitled-38.png
imagesF4C5KW4Q.jpg

“Het is waar, dat zij beargumenteren, dat ze in de eerste peiling 190 miljoen dollar hebben geïnvesteerd en, dat vervolgens de mogelijkheid is afgenomen, dat er iets (aardolie) is bij de tweede proefboring, “maar dat is wat uitsluitend voor risico is van de exploitant, zo heeft Soria op televisie verklaard voor TVE.

Het slechte nieuws, zo betreurt hij, is dat men geen koolwaterstoffen heeft aangetroffen die commercieel zijn te exploiteren,” waaraan hij heeft toegevoegd, “dat het ‘goede nieuws’ is, dat men de proefboring heeft uitgevoerd en dat er geen enkele catastrofe is geweest voor het milieu zoals men ons vanuit enkel Canarische overheden van meet af aan heeft aangekondigd.”

De toestemming voor de proefboringen aan Repsol omvat te verplichting voor het realiseren van, minimaal, twee peilingen, en bij het niet nakomen van deze eis, veroorzaakt men een ernstige nalatigheid en kan er een boete volgen.

Op 16 januari 2015 heeft Repsol aangekondigd, af te zien van verdere proefboring, na het project van de eerste - en enige - peiling; omdat men gas heeft aangetroffen in onvoldoende hoeveelheid en van slechte kwaliteit, om de commerciële exploitatie ervan aantrekkelijk te maken.

Nu Repsol officieel afziet van het verrichten van een tweede proefboring, zal het Ministerie van Industrie een dossier openen waarin men het bereik van dit afzien zal nagaan, en men - in voorkomend geval - het bedrag van de boete zal vaststellen.

Anderzijds omvat de regelgeving ook de verplichting om, minimaal 20 miljoen euro te investeren.
000logo-kopie-71.jpg


Repsol treft geen aardolie aan nabij Canarias

De Spaanse Regering is niet verrast
door de mededelingen van Repsol
Ministerie van Industrie:
“een heel slecht bericht, voor Spanje en voor Canarias
Rivero:
‘Met het vertrek van Repsol wint het algemeen belang en verliest het eigen gewin

CANARISCHE EILANDEN - zaterdag 17 januari 2015 - Zoals ‘Gran Canaria actueel’ al eerder heeft gemeld, is de peiling naar aardolie bij de Canarische Eilanden beëindigd door Repsol en heeft de aardoliemaatschappij in een communiqué aangegeven, dat men de in het gebied aangetroffen hulpgrondstoffen zowel gas, als aardolie - niet zal gaan opboren vanwege de geringe hoeveelheid en de kwaliteit.

“De verkregen resultaten van de proefboringen in het zogenoemde Sandía-veld bevestigen de aanwezigheid van een beperkte hoeveelheid, slechte kwaliteit gas, waarbij men van mening is, dat het niet rendabel is, om een toekomstige winning ervan te overwegen,” zo heeft Repsol opgemerkt en heeft haar vertrek bij de proefboring aangekondigd.
repsolcanarias.jpg                       Een technicus op het boorschip ´Rowan Renaissance´
                         in het proef boorgebied nabij de Canarische Eilanden.
De peiling heeft aangetoond, dat in de bodem van deze kom zich aardolie en gas heeft gevormd, hoewel de aangetroffen voorraden verzadigd zijn met water en, dat de daar aanwezige koolwaterstoffen zich in smalle, niet exploiteerbare lagen bevinden, zo voegt men toe. Zodoende sluit men een onderzoeksproject af, dat een grote confrontatie heeft veroorzaakt tussen de Canarische Regering, onder aanvoering van Paulino Rivero, en de Spaanse Regering, met de minister van Industrie, José Manuel Soria, aan de leiding in de verdediging van de proefboringen.

De aardoliemaatschappij is op 18 november 2014 begonnen met de peiling in de Atlantische Oceaan, op 60 kilometer van Lanzarote en Fuerteventura, om de mogelijke aanwezigheid van koolwaterstoffen na te gaan. Volgens dezelfde informatie bron zal men geen vervolgonderzoek plegen in dit gebied en het boorschip ‘Rowan Renaissance’ zal terugkeren naar Angola, om het onderzoeksprogramma naar koolwaterstoffen voort te zetten, dat Repsol uitvoert in dat land.

Sinds het begin van de werkzaamheden heeft Repsol geschat, dat er een mogelijke succes van de proefboring kon zijn van 15 tot 29%, zo laat de aardoliemaatschappij weten in een communiqué, waarin men verzekert, “dat men de peiling heeft uitgevoerd in de overweging van het mogelijk aantreffen van aanzienlijke bijdragen aan de Spaanse economie.” De aardoliemaatschappij legt uit, dat men op 11 januari 2015 een diepte heeft bereikt van in totaal 3.093 meter bereikt ( een water bovenlaag van 882 meter; en 2.211 meter in de zeebodem)en , dat men het verzamelen van gegevens heeft voltooid van de doorboorde, geologische formaties.

Gedurende de derde week van januari 2015 zal men de werkzaamheden verrichten voor het afsluiten van de boorput, met voortzetting van het in acht nemen van de meest stringente veiligheidsprotocollen, waarmee men dan de gehele peiling heeft uitgevoerd.

In het onderzoeksproject zijn 750 medewerkers van ruim 50 bedrijven actief geweest en heeft men de maximale standaarden van veiligheid toegepast met betrekking tot het milieu.
ggggg-Copy.jpg         De Spaanse viceminister-president, Soraya Sáenz de Santamaría.
De Spaanse Regering niet verrast door de resultaten die Repsol heeft meegedeeld
“De Regering is van mening, dat het goed is, te weten of er wel, of geen aardolie is voor Spanje, met een ‘aanzienlijk’ energietekort, dat in het geval van de koolwaterstoffen een import betekent van ruim 99,5% van de Spaanse consumptie.

De Spaanse viceminister-president, Soraya Sáenz de Santamaría, heeft op vrijdag 16 januari 2015 op bovenstaande wijze geantwoord op een vraag die gesteld is tijdens de persconferentie na afloop van de Minsterraad, over de beslissing van Repsol, om haar proefboringen in de wateren nabij Canarias niet voort te zetten.

Sáenz de Santamaría heeft bevestigd, dat het aan getroffene, “commercieel gezien niet haalbaar is,” maar heeft zich niet verrast getoond, want Spaanse viceminister-president, heeft eraan herinnerd, dat de aardoliemaatschappij zich baseerde op een slagingskans, “van tussen de 16 en 19%”.

Bovendien heeft ze benadrukt, dat het niet de Overheid is die besluit waar geboord wordt; maar, “dat het de geïnteresseerde onderneming is die de betreffende vergunning aanvraagt; welke men uitsluitend, als men aan de milieuvoorwaarden voldoet,” zoals in deze zaak het geval is geweest.

"In 2001 is de vergunning verleend die - vervolgens gebukt is gegaan onder een vrij zwaar drukkende juridische kwestie; en eenmaal opgelost - het onderzoek mogelijk maakte, dat uiteindelijk  heeft uitgewezen, dat er geen aardolie is;” zo heeft de viceminister-president samengevat.
industria-prospecciones-canarias--644x362.jpg             De staatssecretaris van Industrie, Enrique Hernández Bento,
                                        van de Spaanse Regering.
Het
Ministerie van Industrie kwalificeert de mededeling van Repsol als, “Een heel slecht bericht voor Spanje en voor Canarias”
De staatssecretaris van Industrie, Enrique Hernández Bento, heeft op vrijdag 16 januari 2015, tegenover de persmedia, de mededeling van Repsol gekwalificeerd als, “een heel slecht bericht voor Spanje en voor Canarias;” voor de energiebelangen van Spanje; en wat voor Canarias het verlies betekent van een kans haar economie te diversifiëren. Reden, waarom Hernández Bento van mening is, dat Rivero, Cabrera en Pedro San Ginés nu hun ‘leugencampagne’ over deze zaak uiteen zullen moeten zetten.”

De staatssecretaris van Industrie, Energie en Toerisme is van mening, dat de Canarische Regering in de publieke opinie het idee heeft overgebracht, “dat we aardolie zouden gaan oppompen”, en “dat men alle stranden op geheel Canarias te gronde zou richten, “tot aan het punt,” zo ging hij verder, “dat men brieven met deze waarschuwing verstuurd heeft aan de voornaamste Europese reisorganisatoren.”

Hernández Bento heeft bevestigd, dat men in die brieven heeft gewaarschuwd, “dat de toeristen dode walvissen en dolfijnen aan zouden gaan treffen op de Canarische stranden; die vol onder de aardolie zouden zitten,” wat hij heeft gekwalificeerd als, “de meest onverantwoordelijke daad in de geschiedenis van de Deelstaatregering.”

“De Canarische Regering en de genoemde Cabildos (Eilandbesturen) zullen een antwoord moeten geven, “op al deze leugens,” en, “op het ‘oorlogje”, dat zijn Ministerie ontketend zou hebben, “ voor het gaan aanwenden van overheidsgelden voor de bestrijding van aardolie, in plaats van dit te besteden aan de grote problemen van de eilanden, zoals werkloosheid en de gezondheidszorg,” zo heeft Bento toegevoegd.

Hernández Bento vraagt zich af, waarover de Canarische president (Paulino Rivero) gaat praten tot aan de verkiezingen in mei 2015; want naar zijn mening heeft Rivero geen politieke agenda, “en heeft men een einde gemaakt aan het speelgoedje,” wat hem achterlaat,·” men een ernstig probleem van geloofwaardigheid in de publieke opinie.”

De staatssecretaris van Industrie heeft ook uitgelegd, dat hij van mening is, “dat het stoppen met de proefboringen door Repsol, definitief is, “want men heeft de peiling verricht in het ‘Sandía’-veld, wat meer mogelijkheden zou hebben, dan de overige velden.”

Op de vraag, of deze aankondiging van Repsol een verandering in de verhouding tussen de Spaanse en de Canarische regering zou kunnen betekenen, heeft Hernández Bento gezegd, dat het Ministerie van Industrie altijd bereid is, ‘om in veel zaken’, met de Deelstaatregering samen te werken.”

Bewijs daarvan is, dat Hernández Bento op maandag 19 januari 2015 een ontmoeting zal hebben met de Canarische minister op dit vlak, Francisca Luengo, om te proberen, dingen recht te zetten.

"Het zijn Paulino Rivero, Mario Cabrera en Pedro San Ginés die dit geschiedenisje met de aardolie hebben opgeworpen; wat met dit meest pessimistische regeringsmandaat, drie jaar verlies heeft opgeleverd voor Canarias,” zo heeft Enrique Hernández Bento benadrukt.
imagesI8EPH10E.jpg
De president van de Canarische Regering heeft op vrijdag 16 januari 2015 laten weten, dat hij gelooft, “dat de terugtrekking van Repsol een succes is voor Canarias en een garantie voor de toekomstige generaties,” nu de aardoliemaatschappij besloten heeft, de proefboringen in de wateren nabij de Canarische Archipel stop te zetten.

Rivero heeft deze verklaringen afgelegd tijdens een persconferentie die bijeen is geroepen naar aanleiding van de aankondiging van de aardoliemaatschappij, die de peilingen naar aardolie en gas nabij Canaria voor gezien houdt; gegeven het feit, dat men uitsluitend gas in kleine hoeveelheden en van slechte kwaliteit heeft aangetroffen.

De Canarische president beschouwt het terugtrekken van Repsol, “als een ‘fantastisch’ bericht,” en heeft beweerd, “dat Canarias ‘wint’ met deze beslissing.”

“Het algemene belang heeft gewonnen en het eigenbelang heeft het verloren,” heeft Rivero gezegd, die van mening is, “dat Canarias rust heeft gevonden voor het ontwikkelen van een economische activiteit die gebaseerd is op het toerisme.”

 1-AAAAislas-canarias-kopie-337.jpg


Repsol zal de boorput naar aardolie
op 20 januari 2015 afsluiten

CANARISCHE EILANDEN - woensdag, 7 januari 2015 - Repsol heeft laten weten, dat men op woensdag 7 januari 2015 een diepte heeft bereikt van 3.100 meter in de Sandía-put, bij de proefboringen in de zoektocht naar aardolie in de wateren nabij de Canarische Eilanden, deze proefboring zal op 20 januari 2015 voltooid zijn; men zal dan de boorput afsluiten, en de bevindingen eind januari 2015 bekend maken.

Het boorschip ‘Rowan Renaissance’ heeft, 52 dagen na het begin van het werk in het Sándía veld, op 60 kilometer voor de kusten van Lanzarote en Fuerteventura, de geplande diepte bereikt van 3.100 meter, zo hebben bronnen binnen Repsol laten weten, waar men vanaf 12 januari de laatste grondmonsters neemt en men de boorput zal afsluiten met verzegelingen op diverse diepten en de maximale veiligheidsmaatregelen, zo heeft de aardoliemaatschappij laten weten.
untitled-9.png

Op 20 januari 2015, overeenkomstig de kalender welke de aardoliemaatschappij heeft vastgesteld, is de operatie compleet in het Sandía veld; en, al naar gelang de resultaten, zal men besluiten, of de proefboringen naar aardolie doorgaan in het olieboor veld met de naam ‘Chirimoya’, op gelijke afstand van de eilandkust, iets meer zuidelijk.

Eind januari/begin februari 2015 zal men de resultaten - van de eerste Spaanse boringen naar aardolie die men verricht nabij Canarias - bekend maken.
imagesLMU2ETH8.jpg

schipolie.png
Drie opties
In geval de onderzoeksresultaten in het Sandía veld positief zijn, heeft de maatschappij laten weten, dat men twee opties heeft: - of het boorschip ‘Rowan Renaissance’, door Repsol gehuurd voor een periode van twee jaar, blijft in het gebied, om door te gaan met de proefboringen in het Chirimoya veld; of: - dat men eerst ’ naar Angola gaat voor andere proefboringen en, dat de maatschappij over enkele maanden terugkomt naar Canarias.

De derde optie, ingeval de resultaten van de boringen in het Sandía veld negatief zijn, zal het einde betekenen van de proefboringen in de wateren nabij Canarias.
3333.pngDe binnen Repsol geraadpleegde bronnen geven aan, dat hun werkzaamheden voor de proefboring niet bepaald worden door de aanwezigheid van aardolie, want het gaat om een onderzoek, terwijl - in het positieve geval men pas - op zijn vroegst - over vijf of, of zes jaar, met de exploitatie zal beginnen.
untitled-10.png untitled22.png“We staan aan de beginfase, we onderzoeken de aanwezigheid van aardolie, onder maximale veiligheidsmaatregelen, een bewijs daarvan is, dat er in 52 dagen helemaal niets is voorgevallen, er is geen enkel incident geweest, van geen enkele soort,” zo benadrukken de bronnen binnen Repsol.

Of er aanwijzingen zijn over een mogelijk resultaat van deze eerste proefboring, heeft de maatschappij benadrukt, da het nog vroeg is, om te weten, of dat er is; volgens de aanvankelijke verwachting gaat men uit van een mogelijk succes van 15 á 20%,

Eind januari/begin februari 2015 zal Repsol de conclusies publiceren over de proefboring in het Sandía veld en de maatschap, die vergunning heeft voor het verrichten van drie peilingen, zal de geëigende beslissen nemen, zo geven de bronnen binnen Repsol aan.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Het boorschip van Repsol keert terug naar Guinea zonder aardolie te hebben aangetroffen bij Canarias

CANARISCHE EILANDEN- zaterdag 3 januari 2015 - De ‘Rowan Renaissance’; het schip, dat Repsol heeft gecontracteerd voor de proefboringen naar aardolie in de wateren bij Fuerteventura en Lanzarote, op de velden ‘Sandía’ en ‘Chirimoya’, zal binnen tien dagen koers zetten naar Guinea, om te voldoen aan andere verplichtingen, aldus onofficiële bronnen binnen de aardoliemaatschappij, die daarnaar gevraagd zijn door het internet-magazine ‘Canaryports’   (zie: http://canaryports.es/2015/01/02/la-plataforma-de-repsol-vuelve-guinea-sin-haber-encontrado-petroleo-en-canarias).
Rowan-Rennaisance-Felipe-CruzDiario-Lanzarote_EDIIMA20141117_1037_4.jpg
                  De 'Rowan Renaissance'; het schip, dat Repsol heeft ingehuurd
                    voor de proefboring naar aardolie in de wateren bij Canarias..
Het schip - dat haar werkzaamheden begonnen is op 14 november 2014 op de boorput Sandía (diepte 3.710 meter) - zal niet beginnen aan de tweede proefboring waarvoor men toestemming heeft op het veld ‘Chirimoya’ nadat men bij de eerste proefboring niet de verwachte resultaten heeft behaald. Feit is, dat een van de begeleidende schepen van de ‘Rowan Renaissance’, het Deense schip ‘Trom Lyra’, zich momenteel bevindt in Het Kanaal een koers zet naar Aberdeen, nadat Repsol het contract met de rederijen heeft uitgediend.
logo_canaryports_481x90.jpgOndanks de voorziene terugtrekking van Repsol uit de Canarische wateren, heeft het Oficina de Acción Global (Kantoor voor Algemene Actie) van het Cabildo (Eilandbestuur) van Lanzarote, laten weten, dat men in geen geval de aangiften intrekt die aanhangig gemaakt en lopende zijn bij de diverse Rechtbanken, bij de Europese Unie, evenals bij andere sociale, politieke , zakelijke en wetenschappelijke instanties.

Ondertussen is Repsol, na gestopt te zijn met het aanleveren van haar dagelijkse rapporten over haar werkzaamheden op vrijdag 19 december 2014, toen men aankondigde, dat de boorwerkzaamheden - na veertien dagen ononderbroken te hebben geboord, op die vrijdag een diepte hadden bereikt van 2.756 meter, heeft men op 29 december 2014 aangekondigd 2.740 bereikt te hebben, minder dan in de voorbije decembermaand.

Niet waarheidsgetrouw
Voor het Cabildo (Eilandbestuur) van Lanzarote is deze informatie “niet waarheidsgetrouw” en toont deze, “de verwarring waarvan men de aardoliemaatschappij beschuldigt sinds het begin van haar campagne bij Canarias in deze zaak.” Bovendien herinnert men eraan, dat de in het BOE (de Staatscourant) van 23 augustus 2014, het Ministerie van Industrie voor de proefboring goedkeuring heeft verleend voor 3.179 meter, en niet dieper,” zoals naar verwachting de aardoliemaatschappij zou kunnen aankondigen, om haar veronderstelde vergissing te rechtvaardigen.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De proefboringen naar aardolie bij Canarias
gaan door

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 9 december 2014 - Het Canarische Hooggerechtshof verwerpt het door de Canarische Regering verlangde voorzorgsbeginsel voor opschorting van de Repsol proefboringen naar aardolie.

De proefboringen naar aardolie bij Canarias zullen niet worden stopgezet. Het verwachte oordeel van het Tribunal Superior de Justicia de Canarias (TSJC) Canarische Hooggerechtshof betreffende het door de Canarische Regering ingestelde hoger beroep, tegen de goedkeuring van het Ministerie van Industrie voor de Repsol-proefboringen naar aardolie. is uiteindelijk uitgedraaid op het zegenen van de handelwijze van het Ministerie en, bijgevolg, staart men Repsol toe door te gaan met de proefboringen, slechts een rechter van de Kamer voor Overheidsgeschillen van het TSJC heeft een stem tegen de peilingen gegeven en voor het voorzorgsbeginsel voor opschorting daarvan.

auto_prospecciones1.jpgGeïnteresseerden in de uitspraak van het TSJC kunnen deze (in het Spaans) nalezen op:
http://www.laprovincia.es/media/documentos/2015-12-09_DOC_2014-12-09_14_43_17_autoprospecciones.pdf

Het TSJC heeft de ambitie van de Regering van Paulino Rivero ontkracht, die het voorzorgsbeginsel voor opschorting had gevraagd van de proefboringen zoals men die sinds 4 november 2014 verricht op 50 tot 60 kilometer uit de kust van Lanzarote en Fuerteventura.

Het oordeel verhevigt de verhitte relatie Spaanse Staat en Repsol met de Canarische Regering. en intervenieert steeds meer de wettelijke strijd en de strafzaak welke Paulino Rivero in de eerste week van december 2014 heeft aangekondigd te zullen aanspannen.

Die strafzaak zal zich gaan richten tegen diegenen die rapporten en toestemmingen hebben opgesteld, zodat de aardoliemaatschappij heeft kunnen beginnen met de proefboringen.

Volgens Rivero, heeft men geen gebruik gemaakt van dezelfde maatstaven in het geval van de volksraadplegingen in Málaga, op de Balearen en in Valencia. En de Canarische president is van mening, dat de regering van Rajoy willekeurig handelt.
8965341groot.jpgOp zijn beurt verdedigt de minister van Industrie, José Manuel Soria, de rechtmatigheid van zijn rapporten en bevestigt, dat de juridische uitspraken welke men tot nu toe gedaan heeft tegengesteld zijn aan de eisen van de Canarische Regering.

Gegeven het oordeel van het TSJC op dinsdag 9 december 2014 is voor Soria de poging van Rivero om nu naar de strafrechtelijke kant te grijpen “pathetisch” (“zielig”) , een uitdrukking die toevalligerwijze ook de hoogste baas van Repsol, Antonio Brufau heeft gebruikt tegen de Canarische president.
Bryfau heeft zijn uitspraak gedaan toen hij op donderdag 4 december in New York de prijs voor ‘Beste Leider in 2014’ in ontvangst heeft genomen en daarbij een groep demonstranten tegen het lijf liep, die tegen de peilingen in Canarische wateren is.

“Het lijkt me zielig, dat 20 heren een beeld van Spanje aanmoedigen, dat Spanje nuiet verdiend,” zo heeft Brufau verzekerd die Paulino Rivero ervan beschuldigd de demonstranten aan te moedigen.

De uitspraak van dinsdag 9decmeber 2014 is cruciaal, omdat de TSJC de proefboringen kan stoppen als voorzorgsmaatregel tijdens het proces. Als dit gebeurt was, had Repsol moeten vertrekken en bij de Spaanse Staat,  als schadeloosstelling, compensatie moeten zoeken voor de proefboringen.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De 'Arctic Sunrise’ heeft op woensdag 26 november 2014 Arrecife verlaten, op weg naar Valencia

ARRECIFE - woensdag  26 november 2014 - Greenpeace heeft de verlangde €50.000,= gestort en heeft 60.000 handtekeningen ontvangen  voor de bevrijding van het schip. Het schip heeft toestemming van de Minister van Fomento (Ontwikkeling) gekregen, om de haven van Arrecife te verlaten.

Het Greenpeace-schip de ‘Arctic Sunrise’ is op woensdag 26 november 2014 de haven van Arrecife (Lanzarote) uitgevaren, waar het acht dagen aan de ketting heeft gelegen in opdracht van het Ministerie van Fomento (Ontwikkeling) na deelgenomen te hebben aan een protestactie tegen de aardolieproefboringen welk Repsol aan het verrichten is ten oosten van de Canarische Eilanden.
Arctic-Sunrise-Puerto-Arrecife-greenpeaceesp_EDIIMA20141126_0765_4.jpg           De 'Arctic Sunrise' vaart de haven van Arrecife uit. Foto: @greenpeace_esp
De ‘Artic Sunrise’, die onder Nederlandse vlag vaart - heeft op woensdagochtend 26 november 2014 van het Ministerie van Fomento (Ontwikkeling) toestemming gekregen, om de haven in de hoofdstad van Lanzarote te verlaten, een dag nadat de milieubeweging de geëiste borgsom heeft gestort na haar protest tegen de peilingen naar aardolie; een actie, die is afgeremd door het Spaanse leger en waarbij een activiste gewond is geraakt.
Het Greenpeace-schip is op weg gegaan naar Valencia voor het ondersteunen van 16 activisten en een onafhankelijke fotojournalist die daar, vanaf vier december, “voor de zwartste strijd zullen staan gedurende de 30 jaar van het vreedzame activisme in Spanje.””!

In hun strijd kunnen de milieuactivisten gevangenisstraffen van ruim twee jaar tegemoet zien voor het aanbrengen op de koeltoren van de atoom kerncentrale van Cofrente Valencia zo heeft men binnen de organisatie laten weten.

Greenpeace heeft gemeld, dat de organisatie meer dan 60.000 handtekeningen heeft verzameld voor de vrijlating van het schip en men heeft herhaald, dat men juridische stappen zal ondernemen  tegen de, volgens hun mening, ‘buitensporige’ acties van de Spaanse Marine op 15 november 2014, “tijdens het vreedzame  protest wat men heeft gevoerd tegen de Repsol proefboringen nabij de Canarische Eilanden.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg  


Greenpeace-activiste gewond afgevoerd
naar het Dr. Negrín-hospitaal

CANARISCHE EILANDEN- zaterdag 15 november 2014 - De Spaanse Marine heeft op zaterdag 15 november 2914 verhinderd, dat men vanaf het Greenpeace-schip ‘Arctic Sunrise’ protestacties heeft kunnen uitvoeren bij de aankomst in de wateren ten oosten van de Canarische Eilanden van het Repsol-schip ‘Rowan Renaissance’, dat olie-exploratie zal uitvoeren in het gebied.

Een Greenpeace-activiste, een 23 jarige Italiaanse, is per helikopter afgevoerd moeten worden naar het Dr. Negrín-hospitaal in Las Palmas de Gran Canaria, nadat zij gewond is geraakt aan haar voet. Volgens de versie van het Ministerie van Defensie, is de vrouw gewond geraakt nadat zij in het water is gevallen en in contact is gekomen met de propeller van een rubberboot van Greenpeace zelf.
1040157476189679721721042791675n-copia.jpgHet schip van Repsol gezien vanaf de ‘Artic Sunrise’ (Foto: Greenpeace Spanje - Instagram).
VIDEO:
https://www.youtube.com/watch?v=D5DE6UmzSOA
en:
https://www.youtube.com/watch?v=JPgqSxCT3M8

Een marine-medewerker is in het water gesprongen om de Italiaanse activiste te redden, waarna de drenkelinge is overgebracht naar het patrouilleschip ‘Relámpago’, waar zij is gestabiliseerd alvorens haar overbrenging met de helikopter van de SAR (Marine reddingsdienst) van de Spaanse Luchtmacht.

De ‘Rowan Renaissance’; het schip, dat door aardoliemaatschappij Repsol is gecontracteerd voor het verrichten van de proefboring naar aardolie - is in de nacht van vrijdag 14 op zaterdag 15 november 2014 aangekomen op de locatie, genoemd ‘Sandia’, ten oosten van Fuerteventura en Lanzarote, wat een van de olievelden is waar Spanje naar aardolie kan zoeken.

De milieuorganisatie ‘Greenpeace’ heeft op zaterdag 15 november 2014 op haar internetpagina laten weten, drie rubberboten te water hebben gelaten richting boorschip, “om een vreedzaam protest te verrichten;” maar, die zijn onderschept door twee rubberboten van de Marine.

 Bij deze actie heeft Greenpeace aangegeven, dat twee van haar rubberboten “ernstig beschadigd zijn geraakt,” door de aanval van de Marinevaartuigen.

Hierbij de versie die het Leger heeft gegeven in een communiqué: "Kort voor 07.00 uur lokale tijd heeft het Greenpeace-schip ‘Arctic Sunrise’ drie boten te water gelaten richting ‘Rowan Renaissance’, met de bedoeling daar aan boord te gaan. Twee vaartuigen van het Marineschip ‘Relámpago’ die in het gebied aanwezig zijn voor het garanderen van de vrijheid van scheepvaart, hebben ingegrepen, om een dergelijke aanpak te voorkomen. Bij de daaropvolgende manoeuvres is de activiste van de milieuorganisatie in het water gevallen en gewond geraakt als gevolg van aanraking met de propellers van een van de Greenpeace boten. De gewonde is uit het water gered door een bemanningslid van de ‘Relámpago’, en overgebracht naar het patrouilleschip van de Marine, waar ze gestabiliseerd is, en vervolgens per helikopter van de SAR, de Marine-reddingsdienst van de Luchtmacht, is overgebracht naar het ziekenhuis.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg
 


Vier schepen assisteren de ‘Rowan Renaissance
bij de proefboringen naar aardolie
welke Repsol uitvoert nabij de Archipel

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 11 november 2014 - Drie schepen zijn verantwoordelijk voor logistiek en bevoorrading; een vierde schip, met drie wetenschappers en sonar aan boord, zal waarschuwen voor - binnen een cirkel van 1 mijl waargenomen - walvissen.

Repsol plant de aankomst van het olieboorschip ‘Rowan Renaissance’ tussen 15 en 20 november 2014.

Nog niet bekend is, of het olieboor schip eerst naar Puerto de La Luz y de Las Palmas gaat, waar Repsol haar logistieke basis heeft; of, dat het rechtstreeks naar het zogenoemde gebied ‘Sandía’ vaart - op 50 tot 60 km voor de kust van Fuerteventura en Lanzarote, waar men de enige proefboring zal doen en men - alleen bij succes - zal bepalen, of er een twee proefboring komt op de boorlocatie ‘Chirimoya’.

De ‘Rowan Renaissance’ komt vanuit Angola, waar het proefboringen heeft gedaan, om te zien, of er aardolie aanwezig is in de territoriale wateren van dat land in zuidwest Afrika. Die proefboringen hebben tot nu toe een resultaat opgeleverd, dat door Repsol als positief wordt beoordeeld. Dit wil zeggen dat men aardolie heeft aangetroffen, maar men kan momenteel niet zeggen, of deze geschikt is voor commerciële exploitatie.

Daartoe is het “meest waarschijnlijke”, zo merken bronnen binnen Repsol op, dat na het beëindigen van het project nabij Canarias, het olie boorschip terugkeert naar Angola, om aanvullende proefnemingen te doen, die dienen, om vast te stellen in welke mate men de aangetroffen aardolie kan benutten en hoeveel er aanwezig is.

De proefboring bij de Eilanden is de derde die de Rowan Renaissance verricht, na de genoemde boring bij Angola; en een eerdere, die in de wateren van Namibië geen positief resultaat heeft opgeleverd.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Het Grondwettelijke Hof schorst de volksraadpleging over olie-exploratie bij de Canarische eilanden

MADRID - dinsdag 4 november 2014 - Het voltallige Grondwettelijke Hof heeft op dinsdag 4 november 2014 unaniem het door de Canarische Regering aangekondigde op 23 november 2014 te houden referendum over de proefboringen naar aardolie geschorst, dit in de overweging, dat een referendum intervenieert in de bevoegdheden van de Spaanse Staat.

Op 24 oktober 2014 heeft de Spaanse Regering beroep aangetekend bij het Constitutionele Hof tegen de door Canarias aangekondigde volksraadpleging over de proefboringen naar aardolie nabij de Archipel, in afwachting van de beslissing van het Grondwettelijke Hof, had de Canarische Regering al besloten het referendum op te schorten.
                    
Het Tribunal Constitucional (Grondwettelijke Hof) in Madrid.
De schorsing is tijdelijk en veronderstelt geen enkele uitspraak te zijn over de grond van de zaak en het Hof zal binnen een termijn van vijf maanden moeten beslissen, of men deze tijdelijke schorsing verlengt of, in voorkomend geval, opheft. 

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Rivero schort de volksraadpleging op als antwoord op de beroepszaak wegens ongrondwettelijkheid

De Spaanse Staat stelt,
dat de volksraadpleging een referendum verbergt 

De Hoge Raad moet binnen vijf maanden beslissen,
of Canarias daarmee door kan gaan

CANARISCHE EILANDEN - zondag 26 oktober 2014 - De Canarische Regering heeft op donderdag 23 oktober 2014 beslist, om alle procedures met betrekking tot de op 24 november 2014 geplande volksraadpleging over de proefboringen naar aardolie, op te schorten en te wachten tot het Grondwettelijke Hof zich uitspreekt over de wettelijkheid daarvan.

Het stilleggen van de volksraadpleging is aangekondigd binnen enkele uren nadat de Spaanse Ministerraad goedkeuring heeft verleend aan het - wegens ongrondwettelijkheid - indienen van beroepszaken, die de volksraadpleging beschermen tegen de twee decreten van de Canarische Regering.
 
De Spaanse viceminister-president, Sáenz de Santamaría, na afloop van de Minsterraad  op donderdag 23 okotober 2014: 
"Voorlopig geen volksraadpleging(en) in de Deelstaten."
De reden - zoals is aangegeven door de viceminister-president na afloop van de Ministerraad - is, dat men de volksraadpleging houdt onder voorwaarden die voor de Spaanse Staat onacceptabel zijn, zowel naar de vorm als naar de inhoud ervan.

Volgens de zienswijze  die heerst bij de juridische dienst van de Spaanse Staat, verbergt  de vraag, “¿Cree usted que Canarias debe cambiar su modelo medioambiental y turístico por las prospecciones de gas o petróleo?” (“Denkt u, dat Canarias haar toeristische en milieubeleid moet wijzigen door de proefboringen naar gas en aardolie?”) , een referendum; en verwijst deze naar zaken die niet tot de bevoegdheid behoren van de deelstaat. Uitsluitend de Spaanse Staat heeft beslissingsbevoegdheid over het zoeken naar koolwaterstoffen.

De Landsadvocaat zal, zeer waarschijnlijk, op maandag 27 oktober 2014 twee beroepszaken indienen - tegen het decreet, dat de regelgeving voor de volksraadpleging ontwikkelt; en tegen de raadpleging van 23-N.
Met de ontvankelijkheid de volksraadpleging te behandelen, wordt deze automatisch opgeschort en heeft de Hoge Raad heeft een termijn van vijf maanden - tot eind maart 2015 – om te besluiten, of men deze opschorting herroept, of verlengd.
 
 
                                                                      "Inbinden..." is nu de boodschap.
In maart
De Canarische Regering is ervan overtuigd, dat de Hoge Raad de procedure onderschrijft welke men op 2 oktober 2014 heeft ingezet, toen Rivero het decreet voor de volksraadpleging heeft ondertekend, waarin de Canarios zich dan kunnen uitspreken over hun mening betreffende de werkzaamheden die de Regering van Mariano Rajoy in 2012 heeft toegekend aan Repsol.

Nu dat zo is, zal de aardoliemaatschappij zeer waarschijnlijk de proefboringen al hebben verricht, waarvan men voorziet, dat die voor eind 2014 beginnen. Heeft het dan nog zin, om door te gaan met de volksraadpleging?
De Canarische Regering denkt van wel; en met haar voornemen verdedigt men het recht van de Canario’s zich uit te spreken over een zaak die van bijzonder belang is voor de toekomst van de Archipel.

Men stelt, dat de beslissing van de Spaanse Regering uitsluitend de bedoeling heeft, de Canario’s het zwijgen op te leggen. “Dat wij Canario’s in ons kooitje blijven en niet zingen,” zo heeft de Canarische president plastisch laten weten op donderdag 23 oktober 2014, “we zullen door moeten blijven strijden op politiek, sociaal en juridisch vlak. We gaan ons met hand en tand verdedigen, dat men bij Canarias geen boringen gaat verrichten.”

Ondanks het optimisme van  de Canarische Regering, heeft Sáenz de Santamaría zich er op donderdag 23 oktober 2o14  toe geroepen gezien,  om op impliciete wijze aan te geven, dat de Canario’s niet geraadpleegd kunnen worden op een rechtstreekse manier en uitsluitend door de Canarische Regering over een zaak die geen bevoegdheid is van de Deelstaat, en dat als deze zich zou voordoen, in elk geval gedaan zou moeten worden door de Spaanse Staat, en deze bovendien uit te breiden naar het gehele nationale electoraat.

De viceminister-president heeft benadrukt, “dat de bevoegdheden niet onderhandelbaar zijn.,” en ze heeft verdedigd, dat elk van de partijen, de Spaanse Staat en de Deelstaat Canarias,  hun bevoegdheden zelfstandig uitvoeren.

“We hebben het over bevoegdheden die niet van de Canarische Regering zijn, maar van de Staat. De deelstaat heeft haar bevoegdheden, wij respecteren haar zelfbestuur en in het kader van haar bevoegdheden kan men de beslissingen nemen die men opportuun acht,” zo heeft de minister-president bevestigd.

Het is dan ook, dat de viceminister-president er niet aan twijfelt, om het door de Canarische Regering voorziene proces, ‘referendum’ te noemen en ze heeft benadrukt, dat dit soort raadpleging, “goedgekeurd moet zijn door de Spaanse Staat,” en herinnert eraan, dat de rechtstreekse vraag refereert aan een zaak die tot de bevoegdheid van de Spaanse Staat behoort, wat het onderzoek naar koolwaterstoffen in zee is, en daarom iets is, wat de capaciteit van de Canarische Regering te boven gaat, om naar een mening te vragen.”

“Het gaat om een bevoegdheid die de Constitución (Grondwet) toekent aan de Spaanse Staat; en over die bevoegdheden is er geen mogelijkheid tot onderhandelen, iemand doet wat hem is toegekend.
Een andere kwestie is het niet voldoen aan, en het niet respecteren van het bevoegdheidskader. Wij willen die van de Canarische Regering respecteren en de Canarische Regering moet dat doen met die van de Spaanse Staat, aan wie het toekomt, te besluiten over de zaak van de proefboringen,” zo heeft de viceminister-president gezegd na afloop van de Minsterraadsvergadering.

Sáenz de Santamaría heeft bevestigd, dat de twee gevraagde overeenkomsten ondertekend zijn door de minister-president, Mariano Rajoy. En ze heeft benadrukt, dat men met de Canarische volksraadpleging  hetzelfde zal doen, als met de Catalaanse voor wat betreft het karakter van de soevereiniteit; dit wil zeggen: automatische tussentijdse schorsing vanaf het moment, dat bij het Grondwettelijk Hof binnenkomt.

In die zin heeft de Spaanse Regering op donderdag 23 oktober 2014 elke soort van onderhandeling met de Canarische Regering afgewezen over enigerlei, alternatieve formule, om de Eilandbevolking te ondervragen.

De minister van Industrie, Energie en Toerisme, José Manuel Soria, was het eens met het op donderdag 23 oktober 2014 door de Raad van State genomen besluit, dat ‘duidelijk’ zegt, dat het door Rivero aangekondigde, “misleidend en duister is.”

Soria heeft op donderdag 23 oktober 2013 over het akkoord van de argumenten van de Raad van State opgemerkt, “dat het door de Canarische Regering opgestelde decreet voor het houden van de volksraadpleging, ‘duidelijk illegaal’ is;” en, “dat de volksraadpleging op zich ‘duidelijk illegaal’ is.


Werken volgens planning
De praktische uitwerking van de voorzorgsmaatregel van opschorting van de volksraadpleging is, dat men de boringen in de komende weken zal verrichten, in elk geval voor eind 2014, aldus de planning van Repsol; en dat er daarna, binnen een aantal jaren, geen nieuwe initiatieven zijn wat dat betreft.

Op deze wijze - hoewel het politieke debat intens kan zijn tijdens de campagne voor de  deelstaat - en gemeenteraadsverkiezingen in mei 2015 - is de feitelijke realiteit, dat deze fase van het project aan zijn eind gekomen blijkt te zijn; zonder, dat de Spaanse Regering ook maar een krimp gegeven heeft van haar aanpak en doelstellingen sinds men de toekenningen in maart 2012 heeft goedgekeurd.”

De Canarische Regering denkt echter, dat er nog steeds enigerlei basis is, om te acteren op zowel juridisch, als op politiek vlak.  “Er is nog steeds kruit,” zo heeft de afgevaardigde voor Ontwikkeling van Zelfbestuur en de Overheidshervorming, Fernando Ríos, laten weten op vrijdag 24 oktober 2014.

Ríos heeft opgemerkt, “dat men nog maar moet zien, wat het bereik zal zijn van de voorzichtigheidshalve opschorting waarmee de Hoge Raad heeft ingestemd,” en vooral over het hoger beroep, dat Nationale Hof en de het Hooggerechtshof van Madrid zullen moeten oplossen over de eigen goedkeuring van de boringen aan Repsol.
Dat zou kunnen leiden tot een preventieve opschorting van de boringen, nog voordat de operator die gaat verrichten.
Bovendien rekent de Canarische Regering op het positieve resultaat van de EU-onderzoekingen die nog steeds gaande zijn, met het opnemen van nieuwe wetenschappelijke rapporten over de uitwerking op het milieu. En het is in deze sfeer, dat men zich zal richten op haar komende acties.

Hoewel de Canarische Regering ervan uitgaat, dat men de volksraadpleging kan houden na de periode van  vijf maanden reflectie welke men aan de Hoge Raad heeft  toegekend, bestaan er  twijfels over de haalbaarheid ervan als de proefnemingen eenmaal hebben plaatsgevonden en, dat op twee maanden voor de verkiezingen; waar geen enkele van twee voornaamste verantwoordelijken in de huidige Regering zal deelnemen, haar president Paulino Rivero en zijn vicepresident, de socialist José Miguel Pérez.

De Partido Popular (PP), heeft met de huidige beroepszaak voor het Constitutionele Hof het politieke proces uitgeput waarin Rivero de hoofdrol speelt in zijn poging deze zaak te gebruiken als springplank, om zich meester te maken van de CC-kandidatuur voor de verkiezingen in mei 2015. Het feit, dat zijn mislukking voor deze kandidatuur tegenover Fernando Clavijo samenvalt met het einde van de juridische overheidsbehandeling van de proefboringen, betekent een eind te zijn aan het debat; tenminste, totdat men weet, wat de resultaten van de proefnemingen zullen zijn.
              
                  Guillermo Mariscal (PP).                  Sebastián Franquis (PSOE).
Voor de gedeputeerde van de Partido Popular van Las Palmas en woordvoerder in het Congreso (de Tweede Kamer in de Commissie van Industrie), Guillermo Mariscal, maakt de huidige situatie een eind aan, wat hij beschouwt als “een steriel beleid” door Paulino Rivero, evenals aan de, “tekortschietende, juridische planning,” waarmee de Canarische CC Regering heeft geprobeerd, het initiatief van de Spaanse Staat af te remmen over deze zaak.

Mariscal is van mening, “dat niemand in de Coalitie de vlag van Rivero heeft opgenomen voor een rechtstreekse, diepgewortelde confrontatie met de Regering van Spanje, “na het verlies van de strijd in zijn poging de proefboringen stil te leggen.”

Wat de PSOE betreft, heeft de afgevaardigde Sebastián Franquis gezegd, “dat de Spaanse Regering het hare doet en, “dat de ‘onomkeerbare weg’ waartoe men gekomen is”(-  volgens hem, onder toezicht van Rajoy en José Miguel Soria) de bevestiging is, “van de overheidsblokkering, ”en hoewel hij denkt, dat er niet meer opzit, dan vanuit dit punt politiek gezien, de juridische weg te bewandelen, wat als argument zal kunnen dienen tijdens de komende verkiezingscampagne.

Maar hoe dan ook, gelooft niemand, dat men het resultaat van de poefnemingen gaat kennen voor de verkiezingen in mei 2015.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Hernández Bento:
´Er zijn aanwijzingen,
dat de vraag illegaal is, maar er moet gewacht worden”

CANARISCHE EILANDEN - maandag 13 oktober 2014 - De gedelegeerde van de Spaanse Regering op Canarias, María del Carmen Hernández Bento, heeft op vrijdag 10  oktober 2014 gezegd,  “dat er aanwijzingen zijn, dat het referendum over de proefboringen, wat de Canarische Regering wil houden, ‘illegaal’ is; maar, dat er gewacht moet worden, om te zien, wat de Consejo de Estado (Raad van State) daarover zegt.”

Na afloop van een plechtigheid van de Guardia Civil ter gelegenheid van de Dag van de Virgen del Pilar (12 oktober), heeft de gedelegeerde van de Spaanse Regering op Canarias tegenover de persmedia gezegd, dat  deze verklaringen zijn gedaan, nadat de Ministerraad is overeengekomen, om - met urgent karakter- de Raad van State om een rapport te verzoeken, voorafgaand aan het presenteren van een zaak in hoger beroep bij het Grondwettelijke Hof, tegen de volksraadpleging welke wordt uitgeschreven door de Canarische Regering over de proefboringen naar aardolie.

                     De gedelegeerde van de Spaanse Regering op Canarias,
     María del Carmen Hernández Bento, tijdens de plechtigheid bij de Guardia Civil,
                          ter gelegenheid van de Dag van de
Virgen del Pilar.
“Steeds hebben we volgehouden, dat dit geen wettelijk referendum is, omdat de materie waaraan men refereert, niet de competentie is van de Deelstaatregering en, dat dit de stelling is die de Spaanse Regering aanhangt,” zo heeft Hernández Bento benadrukt.
 
Naar haar mening, is de door de Canarische Regering voorgestelde vraag een erkenning van het gebrek aan bevoegdheid, omdat het een vraag is die eromheen draait en waarvan bovendien de beantwoording, ons absoluut niets zegt.”

“Als iemand mij vraagt, of het milieu-model gewijzigd moet worden, en ik nee zeg, ik dan duidelijk ervoor ben, dat men de proefboringen kan houden,” zo heeft zij toegevoegd.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De Spaanse Regering tekent beroep aan
bij het Grondwettelijke Hof,
tegen de volksraadpleging over de aardolie

MADRID - vrijdag 3 oktober 2014 - Hernández Bento erkent, dat de Regering Rajoy naar het Constitutionele Hof stapt wegens frauduleuze wetgeving.
Op zijn beurt heeft Soria laten weten “ te dienovereenkomstig te zullen handelen,” na bekendmaking van de kwestie op donderdag 2 oktober 2014.

De Spaanse Regering zal het referendum over de aardolie voorleggen aan het Grondwettelijke Hof, wegens fraude met de wet, zo heeft de staatssecretaris van Industrie, Energie en Toerisme, Enrique Hernández Bento, laten weten aan de persmedia. De Spaanse Regering wacht, totdat men het houden van het referendum zal publiceren in het Boletín Oficial de Canarias (Canarische Staatsblad), om ertegen in beroep te gaan en te vragen om de tussentijdse opschorting ervan.
 
 José Manuel Soria, de minister van Industrie, Energie en Toerisme, in de Spaanse Regering;
                                 en diens staatssecretaris Hernández Bento ↓ 

 
Deze informatie komt samen met de waarschuwing van minister José Manuel die al heeft laten weten, “dat de Spaanse Staat dienovereenkomstig zal handelen,” ondanks, dat toen hij deze uitspraken deed, hij niet wist, welke vraag er voorgelegd zou worden en, of men het referendum wel zou houden.

“Het enige wat is goedgekeurd, is een referendum wet en een reglement,” zo becommentarieert Soria na deelname aan de jaarvergadering van de Federación Empresarial de la Industria Química Española (Feique) (Federatie van Spaanse Chemische Industriebedrijven) in het kader van de Salon van Expoquimia, Eurosurfas en Equiplast op de tentoonstellingslocatie aan de Gran Via de Fira in Barcelona.
 
“Elke deelstaat kan, binnen het kader van haar bevoegdheden, volksraadplegingen houden, maar kan geen raadpleging houden over iets waarover men geen bevoegdheid heeft. Als het zal gaan om een raadpleging over een kwestie die niet tot de bevoegdheid van de deelstaat Canarias behoort, zal dit niet rechtsgeldig zijn, en daarom zal het illegaal zijn en zal de Spaanse Regering dienovereenkomstig handelen,” zo heeft de minister aangegeven.

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De PP eist terugtrekking van de campagne
van de Canarische Regering
tegen de proefboringen naar aardolie

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 9 september 2014 - De woordvoerster van de PP-fractie in het Canarische Parlement, Australia Navarro, heeft op dinsdag 9 september 2014 de onmiddellijke terugtrekking van de publiciteitscampagne geëist welke de Canarische Regering financiert met belastinggeld - tegen de proefboringen naar aardolie.

‘Als Paulino Rivero campagne wil voeren tegen de proefboringen, dat hij die dan maar uit eigen zak betaalt,  niet uit de onze, niet uit de zak van de Canarische burgers,’ zo heeft Navarro bevestigd in een communiqué.
 
De parlementaire woordvoerster vindt het ‘beschamend ‘, dat de Regering van een deelstaat waarvan een derde deel van de bevolking in armoede leeft en werkloos is, ‘duizenden euro’s ‘ besteedt aan het blijven bestrijden van proefboringen die voldoen aan de wet, die maximale veiligheid bieden, die opkomen voor het algemeen belang van de economie en van de Spaanse en Canarische samenleving.

Ze heeft erop aangedrongen, dat geen enkele publiciteitscampagne deze wettelijkheid zal doorbreken, deze voorwaarden voor maximale veiligheid, “en de verdediging van het rechtmatige belang, om te weten, of er wel of niet natuurlijke hulpbronnen aanwezig zijn in de Spaanse wateren nabij Canarias.”

Navarra is van mening, dat president Paulino River de Canari@’s  ‘in verlegenheid’ brengt, als hij zegt , dat het geld goed is geïnvesteerd, “geld, dat hij ruim twee jaar lang heeft verspild in zijn oorlogje tegen de aardolie en het gas.”
 
Volgens Australia Navarro moet Paulino Rivero zich schamen voor de partijdige besteding van publieke middelen, "zoals," volgens haar blijkt, “dat hij niet durft zeggen, hoeveel Canarisch belastinggeld hij al heeft gestoken in deze verloren zaak waarbij hij verslagen is door de Justitie".

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De Círculo de Empresarios beschuldigt Rivero ervan, spanning te veroorzaken

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - zaterdag 30 augustus 2014 - De Círculo de Empresarios de Gran Canaria (Ondernemerskring van Gran Canaria) heeft de regering van Paulino Rivero ervan beschuldigd, “de Canarische samenleving te onderwerpen aan een staat van spanning wegens partijbelangen en die zich laat leiden door een afglijden naar populistisch beleid, waarmee men het traject van Catalonië kopieert.”

Deze groep van ondernemers maakt deze verwijten  aan de Canarische Regering in een manifest, waarin men Rivero ’s  besluit om een referendum te houden over de proefboringen naar aardolie, betwijfelt en kritiseert zijn uitingen over deze zaak die kan eindigen met een breuk in de betrekkingen met de Spaanse overheid.



Deze ondernemersgroep op Gran Canaria herinnert de Regering van Rivero eraan, dat hij met zijn bewind in het gebruik van zijn bevoegdheden, “beslissingen heeft genomen die tegengesteld zijn aan de meerderheidsstandpunten,, zoals die getoond zijn door sommige Cabildos (Eilandbesturen) en waarbij geen enkel Cabildo (Eilandbestuur) heeft bepaald, te breken met de betrekkingen met de Canarische Regering.

“Daarom zien we ons onder geen beding vertegenwoordigd door deze daden van ongehoorzaamheid, of onvrede tegen de Spaanse Regering,” zo voegt men toe.

De Ondernemerskring beschuldigt de Canarische Regering ervan, “een confronterend klimaat tussen de eilanden onderling te scheppen en in sectoren van de Canarische samenleving,” en men veroordeelt“ zijn voortdurende botsingen met de Spaanse Staat.”

Wat betreft de beslissing van Coalición Canaria (CC) en de PSOE, een volksraadpleging te houden over de proefboringen naar aardolie, geeft het ondernemerscollectief aan, dat de Regering van Rivero wat dit onderwerp betreft, “een politiek bedrijft die eigen is aan totalitaire regimes,” inclusief, “bedreigingen aan hoge Canarische ambtenaren en private ondernemingen die niet voldoen aan zijn verlangens.”

“Men kan geen volksraadplegingen houden nadat de Regering voortdurend de publieke opinie vervuild heeft met belastinggeld, daarmee het traject va Catalonië kopiërend, wat gezinnen en vrienden heeft verdeeld en schrik heeft veroorzaakt in de Catalaanse samenleving die niet deelt, wat de Catalaanse regering voor heeft,” zo zegt men.

In dezelfde context vraagt men zich af, waarom men geen referendum heeft gehouden voor rondere zaken, zoals voor het Canarische kiessysteem, voor de moratoria op de bouw van hotels, voor de mogelijkheid het mandaat voor ambtenaren te bepreken tot twee legislaturen, of, voor wat Canarias wil:“ minder Canarische Regering en meer Cabildo (Eilandbestuur).

De Ondernemerskring van Gran Canaria vraagt de overheden, dat zij begrip zoeken en kweken, “zonder verdenkingen op elk economisch- en ondernemersinitiatief in de private sector.”

“En daaronder rekent men ook het onderzoek naar de aanwezigheid van gas, of aardolie in de bodem van onze omgeving, evenals de bouw van moderne hotels die de voornaamste industrie van Canarias zo concurrerend mogelijk maakt;” zo beargumenteert men.

Uiteindelijk verlangt de ondernemersbond, dat men een eind maakt aan de overlappingen in het overheidsbeleid en, dat men dringend en radicaal de overheidsbelemmeringen wegneemt waaronder het bedrijfsleven en de economie van Canarias lijdt.”

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De PP is van mening,
“dat Rivero zijn verstand heeft verloren”

Australia Navarro vindt,
“dat hij een bedreiging is voor Canarias,
deze wanhopige, zonder uitweg
en op het randje van legaliteit en ambtsmisdrijf”

CANARISCHE EILANDEN - maandag 25 augustus 2014 - De woordvoerster van de PP-fractie in het Canarische Parlement, Australia Navarro, heeft op maandag 25 augustus 2014 verzekerd, “dat Paulino Rivero,” de president van de Canarische Regering, “definitief zijn verstand heeft verloren; hij is een bedreiging voor Canarias, deze wanhopige, zonder uitweg en op het randje van legaliteit en ambtsmisdrijf.”

“Met zijn ‘onzinnige beleid’, zich te verzetten tegen de proefboringen naar aardolie, is Paulino Rivero nu een president die als een zombie de samenleving bedreigt met catastrofes, die angst kweekt en de sociale alarmbel doet afgaan en die zonder de minste scrupules private ondernemingen chanteert, zo heeft Navarro in een communiqué laten weten.

                 De fractiewoordvoerster van de
Partido Popular (PP)
                       in het Canarische Parlement, Australia Navarra.

Voor de PP vertegenwoordigster, “is het onhoudbaar, dat een deelstaatpresident het zich veroorlooft private ondernemingen te bedreigen en te chanteren die in overeenstemming met de wet handelen, die aanwezig zijn in de Canarische economie en die werkgelegenheid voor de Canarische samenleving genereren.”


                                          Paulino Rivero Baute.
Paulino Rivero Baute.“Met zijn bedreigingen tegen de bedrijven, bevindt Paulino Rivero zich op het randje van de legaliteit en onder verdenking van ambtsmisdrijf, indien - zoals is voorgesteld – de Canarische overheid de economische activiteit van deze instellingen wil straffen,” zo voegt zij toe.

Australia Navarro is van mening, “ dat het enige wat momenteel op het spel staat, de politieke carrière van Paulino Rivero is, waarmee hij een eind wil maken aan zijn eigen partij, Coalición Canaria (CC), in september 2014.”

En zij voegt toe,” Paulino Rivero heeft definitief zijn verstand verloren. Dit  - met de proefboringen naar aardolie, met het volksreferendum en zijn eigen formatie Coalición Canaria - is een doodlopende weg. Hij is wanhopig.”

Navarro stelt, “dat de groeiende wanhoop van Rivero om aan de macht te blijven, samen met de gedienstige hulp van de PSOE vanwege de absurde zaak tegen de proefboringen naar aardolie, hebben de Canarische Regering tot een bedreiging voor Canarias gemaakt.”

“Canarias verdient geen Regering die de overheidsbetrekkingen van de Deelstaat op het spel zetten; die bedrijven welke legaal handelen, bedreigen, chanteren en die, uit onoplettendheid, het herstel van de economie en de werkgelegenheid in gevaar brengen,” zo heeft Navarra laten weten aan de persmedia.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Rivero vraagt Rajoy
de proefboringen naar aardolie stil te leggen:
“ter voorkoming van een breuk
de overheidsbetrekkingen”

CANARISCHE EILANDEN - donderdag 14 augustus 2014 - De proefboringen naar aardolie door Repsol zijn definitief goedgekeurd en gaan in 2014 van start op minimaal 55 kilometer afstand van Fuerteventura en Lanzarote.
De Canarische president, Paulino Rivero (CC), heeft echter op donderdag 14 augustus 2014 de Spaanse minister-president Mariano Rajoy (PP) erop gewezen te interveniëren in de ontstane controverse wegens de proefboringen naar aardolie, "om te voorkomen, dat de ‘zaak met de meeste diepgang’ in vijf Eeuwen gedeelde geschiedens met Spanje, leidt tot een ‘breuk’ in de overheidsbetrekkingen.”

Rivero heeft benadrukt, “dat hij ‘bewijs heeft, dat de zoektocht naar aardolie bij Canarias, ‘geen strategische zaak’ voor Repsol is en, dat het bedrijf doorgaat met dit project ‘onder druk’ van de toezichthouder, het Ministerie van Industrie.”


                   Rivero (midden) met zijn handlangers van Fuerteventura en Lanzarote.

In een gezamenlijk optreden met de presidenten van de Cabildos (Eilandbesturen) van Fuerteventura en Lanzarote, Mario Cabrera (CC) en Pedro San Ginés (CC), heeft Rivero (CC) de minister van Industrie, de Canario José Manuel Soria (PP) ervan beschuldigd, “de ‘aanstichter ‘te zijn van de proefboringen naar aardolie en, dat deze ‘wind’ aan het zaaien is voor het krijgen van ‘storm’ in de relaties van de Canarische samenleving en haar instanties met de regering van Spanje.”

                                          Binnenkort in dit theater?

De Canarische president heeft erop aangedrongen, “dat ‘de Staatsaangelegenheid’, een zeer ingewikkelde kwestie is die maximale aandacht vereist, en directe interventie van Rajoy, die - naar zijn mening - ‘verward zou kunnen zijn ’ over de situatie en ‘zich er niet van bewust is’, dat hij de ‘scheiding’ aan het veroorzaken is van een groot deel van de Canarische samenleving en haar instanties met de regering van Spanje.”

In die zin heeft Rivero uitgelegd, dat hij ontmoetingen heeft aangevraagd met zowel de Spaanse minister-president, evenals met de Koning, omdat hij van mening is dat Don Felipe (Filips VI) geïnformeerd moet zijn over deze zaak.

Rivero heeft ook aangevoerd, dat het niet iets is, dat opgelost kan worden door het Ministerie van Industrie, in de overtuiging, “dat dit departement heeft gehandeld met ‘ontrouw’ en ‘gebrek aan respect voor de overheden’ en ‘minachting’ en ‘koloniale behandeling’ heeft laten zien richting de eilanden.

In dezelfde geest,heeft Rivero de aandacht gevestigd op de verschillen in behandeling van de proefboringen voor de Balearen en voor de Canarische Eilanden, terwijl in geval van de Balearen, Rajoy heeft verzekerd, dat die niet zullen worden uitgevoerd, “als ook maar een greintje milieurisico zou bestaan," en in geval van Canarias, “men geen rekening heeft gehouden met deze voorzorgsmaatregelen, of mogelijke negatieve gevolgen voor het toerisme.”

“Als de Spaanse Regering een verschil in behandeling toekent tussen de Balearen en Canarias over de proefboringen naar aardolie, heeft men ‘alle kaarten in handen’ voor een breuk in de betrekkingen met de Canario’s; want, ‘dat zou de laatste druppel’ zijn,” zo heeft Paulino Rivero laten weten.

Bovendien heeft Rivero laten weten, dat hij niet van mening zal veranderen ten aanzien van de proefboringen, vanwege het feit, dat men financieel en fiscale compensatie heeft aangeboden aan de deelstaat, “want Canarias verkoopt men niet, dat verdedigt men, dit is geen markt.”

Rivero heeft aangekondigd, dat de Canarische overheden hun strijd zullen voortzetten zowel wettelijk als beleidsmatig, “om te proberen ‘de waanzin en dwaasheid’  van de proefboringen   te stoppen en hij  heeft gewaarschuwd, dat: wie wind zaait, storm zal oogsten."

De Canarische Regering zal hoger beroep indienen tegen de toestemming vam het Ministerie van Industrie voor het geven van toestemming tot de proefboringen en, in het geval dat men dit niet toelaat, zal men om voorzorgsmaatregelen vragen aan de Hoge Raad, zo heeft de Canarische president aangegeven.

Chantage
Als onderdeel van het beleid de proefboringen af te houden, zullen de Canarische overheden gaan proberen, dat de partners van Repsol, Sacyr en La Caixa - die financiële belangen hebben op de Canarische Archipel -, druk uitoefenen op de directie van Repsol, dat men het project stop zet, zo heeft de president van het Cabildo (Eilandbestuur) van Fuerteventura, Mario Cabrera (CC), aangegeven.

“Men moet ophouden zich te laten leiden door hun eigen, zakelijke belang;” heeft Cabrera gezegd, die opmerkt, dat zijn Eilandbestuur werkt met La Caixa, “maar dat men dit kan stoppen.”

“Hetzelfde kan ik zeggen tegen Sacyr, moeten we jullie nog bouwopdrachten geven?’” Nou, ik weet het niet, want die zijn toegevoegd; maar, als Sacyr zich niet beweegt, zullen we enorm blij zijn, dat men uiteraard geen werk heeft op Fuerteventura,” zo heeft hij toegevoegd in verklaringen tegenover de persmedia.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De Partido Popular (PP) bevestigt,
dat Rivero de enige bedreiging is
voor de economie en werkgelegenheid op Canarias

María Australia Navarro verzekert, “dat alle aanwijzingen onbetwistbaar en zorgwekkend aantonen, dat het toerisme niet voldoende is voor het doen herleven van de Canarische economie"

CANARISCHE EILANDEN - donderdag 14 augustus 2014 - De woordvoerster van de PP-fractie in het Canarische Parlement, Australia Navarro, heeft op woensdag 13 augustus 2014 verzekerd, “ dat de enge bedreiging voor de toekomst van de economie en de werkgelegenheid op de eilanden, president Rivero is, en niet de proefboringen naar aardolie.

Volgens Australia Navarro, “ wordt het verschil tussen beiden met de dag duidelijker, want terwijl aardolie energie en welvaart creëert, creëert Rivero verlamming en armoede.”

                                            María Australia Navarro
Navarro verwijst in een communiqué naar de toeristische gegevens die zij geregistreerd op de Archipel in juli 2014 en verzekert, “dat alle aanwijzingen onbetwistbaar en zorgwekkend aantonen, dat het toerisme niet voldoende is voor het doen herleven van de Canarische economie.

Daarom beschouwt de vertegenwoordigster van de PP, “het in deze omstandigheden weigeren van het aanboren van nieuwe inkomstenbronnen, het weigeren van het verstreken van de industriële sector en dus weigeren van het creëren van nieuwe arbeidsplaatsen,” als een absolute onverantwoordelijkheid.

 Ze voegt hier bovendien aan toe, “Het verdraaien van de woorden van minister president Rajoy, zoals Coalición Canaria (CC) doet, een overbodige lage streek is in dit interessante debat.”

Navarro kwalificeert het als "hilarisch", dat Rivero zich beledigt voelt zonder, dat daar reden toe is en ze ontkent, dat er verschil zou bestaan voor enigerlei deelstaat bij de behandeling van de proefboringen naar aardolie.

“Het zou niet alleen onzin zijn, maar onrechtmatig, poefboringen op Canarias en de Balearen toe te staan, of waar dan ook, als er een reëel risico zou bestaan, dat het milieu bedreigt,” zo verzekert Navarro.

De PP-woordvoerster laat weten, dat men in Spanje 260 boringen heeft verricht zonder ongelukken, en “dat de strikte nationale en Europese regelgeving die wordt toegepast, exact dezelfde is in elk land, hoewel Rivero luidkeels het tegendeel beweerd.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Repsol kiest Hamilton en Grosa
voor haar logistieke basis op Gran Canaria

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - donderdag 31 juli 2014 - De aardoliemaatschappij Repsol heeft op woensdag 30 juli 2014 aangekondigd, dat Canarische bedrijven haar geallieerden zijn in de logistieke basis in de Haven van La Luz en van las Palmas. Het gaat om de maatschappijen Hamilton en Grosa.

In het communiqué van Repsol staat:
“Repsol heeft gekozen voor het voorstel, dat is gedaan door de Joint Venture welke is gevormd door de Canarische maatschappijen Hamilton en Grosa, dit onder de tien bedrijven die offertes hebben ingediend bij de aanbesteding met het doel logistieke diensten te verlenen welke nodig zijn voor het verrichten van proefboringen bij Canarias, welke voorzien zijn in het laatste kwartaal van 2014. Deze fase van het onderzoeksproject zal gaan bepalen of er brandstoffen aanwezig zijn op 60 kilometer afstand van Lanzarote en Fuerteventura.”

                   Havenlogistiek en olieboor platforms in
La Luz.

 
De basis, die een oppervlakte zal gaan beslaan van minimaal 17.000 m², zal worden aangelegd op de La Luz terminal, in de haven van Las Palmas de Gran Canaria, na de afwijzing door Lanzarote en Fuerteventura, om dit logistiek centrum te herbergen in respectievelijk de havens van Arrecife en Puerto del Rosario. Wat betreft de haven van Santa Cruz de Tenerife, was het de afstand tot de boringen die heeft afgeraden de basis op Tenerife te vestigen.

In deze fase van het project schat Repsol in, totaal in de logistiek 30 miljoen dollar te investeren, inclusief het contract dat is gegund voor het installeren van de basis. Als onderdeel van de overeenkomst zal Repsol het contracteren van Canarisch personeel bevorderen, om te voldoen aan de vraag naar arbeidskrachten, zowel op land als, nadien, op het vaartuig met een dynamische positionering, wat de proefboringen gaat uitvoeren, evenals op de ondersteunende vaartuigen, voor o.a. het aanleveren van materiaal voor mechanica, opslag, beveiliging, schoonmaak, zee- en luchttransport, kraanmachinisten en brugmedewerkers.

De werkzaamheden voor het aanleggen van de basis zullen aanvangen op vrijdag 1 augustus 2014, met het doel, dat de installaties operatief zijn in de loop van september 2014. De logistieke activiteit zal zich ontwikkelen gedurende de vier maanden die men denkt, dat de proefboringen in beslag gaan nemen, waarvan het begin gepland staat in het laatste kwartaal van 2014. Als de proefboringen eenmaal zijn gedaan, zal men nog eens twee maanden nodig hebben om de logistieke basis te sluiten en te ontmantelen.

In de afgelopen jaren heeft Repsol zich bewezen als wereldwijd een van de meest concurrerende maatschappijen en met de meeste ervaring in de exploratie en productie in diepe wateren. Bij al haar operaties past Repsol de beste praktijken en aanbevelingen toe binnen de meest veeleisende standaarden van de industrie en voldoet men strikt aan alle regelgeving.

Repsol heeft een grote capaciteit aan personeel en techniek voor het ontwikkelen van dit soort operaties en kan rekenen op eigen techniek van de laatste generatie, zoals het project ‘Caleidoscopio’, dat het mogelijk maakt, beelden van de ondergrondse zeebodem te verkrijgen met de grootse snelheid en precisie, waarbij men de natuurlijke omgeving respecteert.

Het gebruik van top-technologie en de uitbreiding van haar personeelsbestand aan boordeskundigen hebben het Repsol in de afgelopen jaren mogelijk gemaakt interessante ontdekkingen te doen aan aardolie en gas in de wateren bij o.a. Brazilië en de Verenigde Staten.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De Canarische Regering voorziet,
in 2020 gas gebruikt zal worden
in 37% van de opwekking van elektriciteit

CANARISCHE EILANDEN - zondag 27 juli 2014 - Het Ministerie van Industrie, van de Canarische Regering, gaat ervan uit, dat in 2020 in de opwekking van elektriciteit op de Eilanden 38% afkomstig zal zijn van gas; het doel is de penetratie van hernieuwbare energie te verhogen van de huidige 6% naar 36% in de komende zes jaar en, in hetzelfde tijdsbestek, de afhankelijkheid van aardolie te verminderen van 94% naar 275%. Zodoende zal gas een sleutelrol gaan vervullen in de mix voor de elektriciteitsproductie op de Archipel.

De Directrices de Ordenación Sectorial de la Energía (Richtlijnen voor Indeling van Energie-sector ) die het Plan Energético de Canarias (Pecan) vervangen, is het document, dat is opgesteld door de Canarische Regering en dat al ter openbare inzage heeft gelegen en waarvan de inspraakprocedure al is afgerond, men beschouwt gas als een ‘onmisbaar’ element voor de diversifiëring van de toeleveringsbronnen, om de afhankelijk van aardolie te verifiëren.

Een windmolen en een aardolie boorplatform in de haven van Arinaga.

De Deelstaat beschouwt de her vergassing installaties in Arinaga (Gran Canaria) en in Granadilla (Tenerife) als infrastructuur die van algemeen belang is, waardoor ze prioriteit hebben in de regionale planning.

Feit is, dat de Richtlijnen een serie bepalingen bevatten, opdat de bouwverordeningen het gebruik van het gebied garanderen voor energie die beschouwd wordt als strategisch.
In die zin worden de her vergassing installaties voor aardgas en de geplande gasleidingen in de richtlijnen beschouwd als hoog relevant, als tweede na de aardolieraffinaderijen.

De vertraging die de ingebruikname van gas op Gran Canaria heeft, levert de vraag op, wat de termijn is die nu door zowel het Ministerie van Industrie, evenals door de Canarische Regering is vastgesteld. Het Departement van José Manuel Soria noemt 2018 voor de ingebruikname van de infrastructuur in Arinaga, terwijl het Ministerie van Francisca Luengo de doelstelling nastreeft, dat 37% van de energieopwekking in 2020 plaatsvindt. Deze verwachtingen bemoeilijken het naleven van de doelstelling.

"Onzin"
De burgemeester van Agüimes, Antonio Morales,  stelt, dat de inspanningen van de Spaanse Regering en van  de Canarische, om gas te introduceren pp Canarias,” een blokkering veronderstelt te zijn van  de ontwikkeling van hernieuwbare energie,” en dat het gaat om “ware onzin”; dat men niet alleen probeert aardolie te winnen nabij de eilanden maar, dat men - ook ´- een andere, fossiele brandstof wil gaan gebruiken.

Morales laat weten, dat zowel zijn Gemeentebestuur, evenals de Zuidoostelijke Agglomeratie van Gran Canaria in afwachting zijn: “We zullen ze zien komen, natuurlijk zullen we dit onder ogen zien en we wachten af.”

De burgemeester van Agüimes toont zich ervan overtuigd, dat men de nieuwe termijnen niet zal halen, noch het Ministerie, noch de Canarische Regering en, dat men het gas uiteindelijk niet zal installeren op Canarias, omdat herwinbare energie veel voordeliger is. Morales herinnert eraan, dat men op het Península (Schiereiland = vasteland van Spanje) om een ‘winterslaap’ vraagt van de gecombineerde cyclus, omdat men meer produceert met windenergie, dan met aardgas.

In de bezwaarprocedure  op de richtlijnen heeft de Actiegroep voor een Nieuw Energiemodel op Canarias een uitgebreid document gepresenteerd, waarin een van hun voornaamste argumeten is, dat de tekst van het Ministerie van Industrie voor het grootste deel is gebaseerd op de rechtvaardiging van de introductie van gas op de Eilanden.

'Vloeibaar gas milieuvriendelijker'
Vloeibaar gas gaat per schip aangevoerd worden. Er is wereldwijd een toenemende vraag, om de afnemende productie van aardgas in Noordwest-Europa het hoofd te bieden. Aardgas wordt bij een temperatuur van 160 graden onder nul vloeibaar en neemt dan 600 keer minder ruimte in dan 'gewoon' aardgas. Het vloeibare gas (LNG, Liquified Natural Gas) laat zich gemakkelijk over grote afstanden vervoeren. Vloeibaar aardgas (LNG) is een goed alternatief voor bunkerolie.

Schepen uit productielanden als Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten kunnen bij een haventerminal aanmeren en het LNG lossen. Het vloeibare gas kan tijdelijk worden opgeslagen, of na her vergassing via het gas transportnet naar de afnemers worden getransporteerd.

Door de groeiende vraag naar 'groene' energiebronnen, verwacht men, dat het verbruik van aardgas de komende twintig jaar zal verdubbelen. Het gebruik van gas uit LNG veroorzaakt gemiddeld de helft minder koolstofuitstoot dan het gebruik van kolen. De extra energie voor het transporteren en vloeibaar maken is hierin mee berekend. Ook kan het bijproduct aardgas, dat ontstaat bij oliewinning en voorheen vaak werd afgefakkeld, op deze manier nuttig gebruikt worden.

Vloeibaar gas is een handig alternatief voor gas uit Rusland. Veel Europese landen vrezen de monopoliemacht van de Russen. Door het leeg raken van de gasbel in Groningen zal ook Nederland in de toekomst een groter deel van zijn gas over de grens moeten inkopen.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Soria zegt nu, dat Canarias ‘belastingvoordelen’ zal hebben met de aardolie

Het oppompen van - mogelijk - door Spanje aangeboorde aardolie kan pas op zijn vroegst in 2020 gaan plaatsvinden

MADRID - woensdag 16 juli 2014 - De minister van Industrie, Energie en Toerisme, José Manuel Soria, heeft op woensdag 16 juli 2014 laten weten, “dat een deel van de belastingopbrengsten die de activiteit met zich meebrengt, naar de meest nabijgelegen deelstaat zouden kunnen gaan, in dit geval: Canarias, die dan de grootste begunstigde zou zijn.”

Soria telt deze fiscale voordelen op bij de complete logistieke activiteit die deze activiteit zal genereren op de Archipel.

                                            José Manuel Soria.
Met betrekking tot de verklaring van de Canarische president, Paulino Rivero, die heeft gezegd, dat als men de proefboring bij Canarias goedkeurt en die bij de Balearen niet, “dit dynamiet zal zijn;” waarop Soria heeft geantwoord in een interview voor Cadena Ser - op de vraag waarom hij zijn houding heeft gewijzigd - “dit hetgeen is, zoals het moet worden uitgelegd.”

Met betrekking tot het houden van een referendum als volksraadpleging van de Canarische samenleving, of men wel, of niet moet doorgaan met de proefboringen, heeft Soria gezegd,  “ dat geen enkele deelstaatregering een referendum kan houden over onderwerpen die niet tot hun bevoegdheid behoren.” Hij heeft hier aan toegevoegd “dat dit niet te maken heeft met Canarias, behalve ‘de voordelen’ welke men verkrijgt.”

Het zal uiteindelijk aan Repsol zijn, om - na afhandeling van de nodige wettelijke regelingen - te beslissen wanneer men met de proefboringen begint, wat naar verwachting eind oktober 2014 zal zijn.
En als men aardolie aantreft, zullen de wettelijke procedures vier tot vijf jaar in beslag nemen, om te bepalen, of men wel, of niet tot het aanboren van die aardolie overgaat.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Het Ministerie van Industrie
keurt het begin van de proefboringen door Repsol goed

MADRID - vrijdag 11 juli 2014 - De Minister van Industrie, Energie en Toerisme, José Manuel Soria, van de Spaanse Regering, heeft op vrijdag 11 juli 2014 laten weten, dat men de definitieve ontwerptekst van de goedkeuring aan Repsol - voor het begin van de proefboringen naar aardolie in wateren nabij Fuerteventura en Lanzarote -  zal onderwerpen aan de inspraakprocedure.

Het Ministerie zal het document toesturen aan de collectieven, organen en overheden die hebben deelgenomen aan het indienen van bezwaren op de Milieu-effectstudie welke in mei 2014 is goedgekeurd.


Men heeft vanaf maandag 15 juli 2014 tien dagen de tijd om hierop te reageren.

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Vrij baan voor de proefboringen
naar aardolie bij Canarias

Het Ministerie van Milieuzaken heeft, onder voorwaarden,
een gunstige Milieuverklaring afgegeven voor het doen van proefboringen naar aardolie door Repsol
bij Lanzarote en Fuerteventura

CANARISCHE EILANDEN - donderdag 28 mei 2014 - Het Ministerie van milieuzaken heeft op donderdag 29 mei 2014 vrij baan gegeven voor het doen van ‘sondeos exploratorios’ ( ‘verkennende peilingen’) naar aardolie in de wateren nabij Lanzarote en Fuerteventura, hoewel  men ‘preventieve en corrigerende’ maatregelen vaststelt, ter voorkoming van eventuele risico’s.

Het Ministerie heeft een gunstige milieuverklaring afgegeven voor het "Proyecto de perforación de sondeos exploratorios en los permisos de investigación de hidrocarburos denominados Canarias 1 a 9" (Project voor proefboringen op de onderzoeksvelden naar brandstoffen genoemd Canarias 1 tot 9.’)

Het onderzoek wordt uitgevoerd door middel van een dynamisch gepositioneerd vaartuig op 60 kilometer uit de Canarische kust, waarbij men monsters zal nemen van rotsgesteente en vloeistoffen, om te ontdekken, of er mogelijk brandstoffen in het gebied aanwezig zijn.”

De toestemming, “impliceert in geen enkel geval het winnen van aardolie,” en men laat weten, dat in het geval de projectontwikkelaar deze activiteit wil ontwikkelen in de toekomst,” deze verplicht zal zijn een nieuw project te presenteren,” dat zal zijn onderworpen aan een nieuwe milieu-evaluatie procedure die openstaat voor openbare deelneming.

De verklaring identificeert een serie “te verwachten uitwerkingen” tijdens de peilingen en vestigt daarom de verplichting tot het nemen van correctieve voorzorgsmaatregelen,” om reden van  hypothetischer ongelukkige gebeurtenissen,” wat de voorafgaande uitwerking omvat en een analyse op potentiële risico’s evenals diverse controles op licht, geluid., grind, en  modderbronnen, die afkomstig zijn van de peilingen.

Bovendien stelt men voorwaarden voor het garanderen, ‘van het niet aantasten’ van zowel het Red Natura 2000 evenals van de voorgestelde gebieden, zoals de Lugares de Importancia Communautair (LIC) marinos (Communautaire Belangrijk Maritieme Gronden).

In die zin concludeert de milieuverklaring, “dat zich geen significante negatieve effecten zullen voordoen steeds wanneer de projectontwikkelaar de voorziene corrigerende maatregelen neemt.”

Het Ministerie laat weten, dat de milieu-evaluatie van het project is ontwikkeld door een multidisciplinair team, dat ‘rigoureuze’ wetenschappelijke en technische criteria heeft toegepast, om te bepalen ,dat de boringen die men gaat verrichten” geschieden met de maximale milieu-garanties.”

Ook merkt men op, dat men in het concrete geval van dit project en de milieu-effectstudie ervan, de wettelijk voorziende termijn, om het publiek te informeren, heeft verruimd, met het doel, “een brede publieke deelname” mogelijk te maken.”

Om de ‘maximale transparantie’ te garanderen in het proces, voorziet men het in gang zetten van een volgsysteem van het project, dat publiekelijk toegankelijk is via de internetpagina van de projectontwikkelaar zelf, opdat alle geïnteresseerden geactualiseerde informatie kunnen verkrijgen en de evolutie ervan in ‘real time’ kunnen volgen.

Tot 2011 heeft men, in overeenstemming met de door het Ministerie van Industrie, Energie en Toerisme verstrekte gegevens,  in Spanje ruim 260 vergelijkbare maritieme exploratie-projecten uitgevoerd, “als het huidige geëvalueerde,” zonder, “dat er tot op dit moment enige permanente uitwerking op de omgeving is geconstateerd.”

Parallel aan de toekenning van deze toestemming, heeft de Hoge Raad op dinsdag 10 juni 2014 op het programma staan, te debatteren en te stemmen betreffende het hoger beroep, dat door het Cabildo (Eilandbestuur) van Fuerteventura is ingediend tegen de door de Ministerraad verleende toestemming aan Repsol, om proefboringen te ondernemen naar aardolie in wateren nabij Canarias.”

Dit is enkele dagen geleden aangekondigd door het Cabildo (Eilandbestuur)van Fuerteventura zelf, eraan herinnerend, dat de Kamer voor Overheidsgeschillen, van het Hooggerechtshof, aanvankelijk de datum van 1 april 2014 had vastgesteld, om dit onderwerp te behandelen.

De beslissing heeft men verschoven met het doel, van het Ministerie van Milieuzaken aanvullende informatie te verkrijgen over de staat van behandeling van de beschermde maritieme ruimte welke men heeft vastgesteld in het project Life+ Indemares voor de wateren ten oosten en zuiden van Lanzarote en Fuerteventura.

De Canarische Regering, het Canarische Parlement en de Cabildos (Eilandbesturen) van Lanzarote en Fuerteventura verzetten zich tegen elke vorm van het boren naar aardolie, omdat men van mening is, dat dit hun natuurlijke erfgoed en hun toeristenindustrie in gevaar brengt.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Het Ministerie van Milieuzaken studeert erop,
het gebied van de proefboringen naar aardolie,
te verklaren tot beschermd natuurgebied

CANARISCHE EILANDEN - donderdag 13 maart 2014 - Volgens de milieubeweging El Guincho-Ecologistas en Acción, studeert het Ministerie van Milieuzaken erop, Fuerteventura en Lanzarote aan te melden als Locatie van Interés Comunitario (LIC) (Communautair Belang) bij de Europese Commissie.
Van de tien bestudeerde locaties op nationaal niveau - waaronder die bij de Balearen - is alleen die van Canarias stilgelegd.
Op hun beurt hebben de maatschappijen Cairn Energy en Genel Energy aardolie aangeboord in de zeebodem van het gebied, dat Canarias scheidt van Marokko.

Het Ministerie van Milieuzaken stelt voor, de Maritieme ruimte ten oosten en zuiden van Lanzarote-Fuerteventura op te nemen als Lugar de Importancia Comunitaria (LIC) de la Red Natura 2000 (Belangrijke Communautaire Locatie van het Netwerk van beschermde Natuurgebieden Natura 2000). Dit, in  het kader van het INDEMARES project wat  het mogelijk maakt een groot gebied - waarvoor het Ministerie van Industrie aan Repsol toestemming heeft gegeven voor het doen van proefboringen naar aardolie - uit te roepen tot beschermd natuurgebied.

    Het oostelijke en Zuidelijke zeegebied van Lanzarote en Fuerteventura.

INDEMARES

INDEMARES is een project, dat zoekt bij te dragen aan de bescherming en het duurzame gebruik van de biodiversiteit in de Spaanse zee door middel van het vaststellen van waardevolle ruimten voor het Red Natura 2000 (Netwerk Natuur 2000), wat een ecologisch netwerk is voor de bescherming van de biodiversiteit in de Europese Unie, waarmee men verbiedt - zo benadrukt de milieubeweging El Guincho-Ecologistas en Acción - “aardolie-activiteiten te realiseren.” (Zie, in het Engels: http://www.meshatlantic.eu/assets/files/spanish_ws_pr/present_06.pdf).-

Twee voorstellen
Canarias telt twee voorstellen, om opgenomen te worden als LIC; eentje zou de Banco de la Concepción, en het andere is het al genoemde, wat overeenkomt het gebied waar men proefboringen naar aardolie wil gaan verrichten. Deze twee gebieden behoren tot de acht nationale, waartoe men ook het Canal de Menorca en de Illes Columbretes in de Middellandse Zee rekent.

Het verschil in de behandeling tussen de verschillende gebieden is, dat op de internetpagina van het Ministerie zelf, alle rapporten toegankelijk zijn voor het publiek, behalve het oostelijke en het zuidelijke zeegebied van Lanzarote-Fuerteventura, waarvoor alleen de kaart geraadpleegd kan worden.

Het Ministerie van Milieuzaken heeft op woensdag 5 maart 2014 aangekondigd, dat men alle informatie openbaar zal maken over de vijf voorstellen als Maritieme-LIC voor de Spaanse kust, betreffende de conclusies van het genoemde wetenschappelijke programma, waaronder zijn inbegrepen:
- het onderzeese pachtgebied van Avilés, in de Noord-Atlantische maritieme demarcatie
- het zeegebied van de Illes Columbretes, in de Levantijnse/Balearen demarcatie;
- de Banco de la Concepción, in de Canarische demarcatie;
- het zuiden van Almería - Seco de los Olivos
- het zeegebied van Alborán, in de demarcatie Estrecho (Zee-engte) en Alborán.

Bij die vijf gebieden moet men er nog eens vier optellen welke men in oktober 2013 heeft toegevoegd aan de publieksinformatie als bestudeerde gebieden, dit wil zeggen:
- het westelijke onderzeese pachtsysteem in de Golf van León
- het Canal de Menorca in de maritieme demarcatie Levantino-Balear,
- de Vulkanen van Fango in de golf van Cádiz in de Zuid Atlantische demarcatie
- de Bank van Galicië in de Noord-Atlantische demarcatie.

MAGRAMA Canal de Menorca
In het geval van het Canal tussen de eilanden Menorca en Mallorca, heeft het Ministerie van Agricultura y Medio Ambiente (MAGRAMA) (Landbouw en Milieu), van minister Arias Cañeta, de maximale bescherming voorgesteld van 3.353,4 km²; een gebied, waarin minister José Manuel Soria toestemming heeft gegeven voor proefboringen aan het bedrijf Spectrum Geo Limited, dat al begonnen is met de aanvraag voor het doen van de proefboringen naar aardolie.

Ergo is, het enige gebied wat men niet heeft onderworpen aan publiekelijke bekendmaking en waarvoor men ook nog niet is begonnen met de behandeling van de bescherming, is het maritieme gebied dat gelegen is ten zuiden en oosten van Lanzarote en Fuerteventura.

Zoals El Guincho aangeeft, “is het geen toevalligheid,” dat het enige bestudeerde gebied en voorstel voor behandeling als Lugar de Interés Comunitario (Belangrijke Communautaire Locatie), waarvoor men nog niet begonnen is met het proces van bescherming, datgene is wat overeenkomt met het gebied waar Repsol van plan is te gaan boren op zoek naar aardolie.
En het is datgene, als de bescherming wel wordt doorgevoerd, zoals de milieuactivisten van mening zijn, dat men er wel “sport- en handelsactiviteiten kan ontwikkelen,” of “visserij,” maar, “waar uiteraard geen plaats is voor het boren naar aardolie.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Marokko heeft aardolie aangeboord nabij Fuerteventura

CANARISCHE EILANDEN - zondag 9 maart 2014 - Het consortium bestaande uit de maatschappijen Cairn Energy en Genel, plus de Marokkaanse Staatsmaatschappij voor Brandstoffen en Mijnbouw, heeft aardolie gevonden bij proefboringen op 100 kilometer van Fuerteventura, in Kaap Juby, zo heeft de bedrijvengroep bekend gemaakt op vrijdag 7 maart 2014.

Deze bevinding komt midden in het debat over de proefboringen die door de Spaanse Regering zijn toegestaan aan Repsol in een nabijgelegen gebied.





Bovendien opent deze vindplaats de discussie over een scheidslijn die nog steeds niet is vastgesteld.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De Canarische Regering dwingt Cepsa
de uitstoot aan zwaveldioxide van de raffinaderij
te verminderen

SANTA CRUZ DE TENERIFE - zaterdag 1 februari 2014 - De minister van Onderwijs, Universiteiten en Duurzaamheid, José Miguel Pérez, van de Canarische Regering heeft op vrijdag 31 januari 2014 de order ondertekend waarmee men de Cepsa-raffinaderij in de hoofdstad van Santa Cruz de Tenerife verplicht haar uitstoot aan zwaveldioxide (SO2) met minimaal 29% ten opzichte van 2011 te verlagen.

Deze verplichting is opgenomen in het Plan de Calidad del Aire (Plan Luchtkwaliteit) van de agglomeratie Santa Cruz de Tenerife-San Cristóbal de La Laguna wegens zwaveldioxide, welke bij order is goedgekeurd die op vrijdag 31 januari 2014 is ondertekend door de eveneens vicepresident van de Canarische Regering zijnde José Miguel Pérez.

       José Miguel Pérez (midden) tijdens een ontmoeting met bouwondernemers.

                    De
Cepsa-raffinaderij in Santa Cruz de Tenerife.


Met dat plan wil men garanderen, dat de niveaus zwaveldioxide in het gebied van Santa Cruz de Tenerife voldoen aan de wetgeving.

Daartoe verwijst het plan uitsluitend naar een verontreiniger, zwaveldioxide, en naar uitsluitend een gebied, Santa Cruz de Tenerife, waar de maximumwaarden in 2011 per uur en per dag zijn overschreden, om precies te zijn, in het station van het gemeentelijke zwembad.

                         De situatie van 11 oktober tot 11 november 2011.
In dat station heeft men in 46 gevallen de maximumwaarde aan zwaveldioxide van 350 microgram per m³/per uur overschreden, terwijl het maximumaantal toegestane keren 24 is, en ook heeft men de verwijzing naar de dagelijkse hoeveelheid toegestane zwavel dioxine van 125 microgram per m³ in vier gevallen overschreden, terwijl het toegestane maximum aantal keren drie is, zo wordt in de order uiteen gezet.

Na de bovenstaande waarden te hebben gemeten, heeft het Directoraat-Generaal van Natuurbescherming, van de Canarische Regering, het plan voor luchtkwaliteit opgesteld en als ondersteuning van de inhoud, heeft men opdracht gegeven tot het contracteren van een modelstudie naar het effect van de vervuilende uitstoot voor de luchtkwaliteit van het gebied, daarbij de raffinaderij inbegrepen als een van de vervuilende bronnen in de regio.

 Uit de studie trekt men conclusies zoals, dat de raffinaderij een duidelijk effect sorteert op de luchtkwaliteit van de stad Santa Cruz de Tenerife, vooral wat betreft de vervuiling door zwaveldioxide die de raffinaderij uitstoot.

                 De Cepsa-raffinaderij in Santa Cruz de Tenerife.

Ook leidt men uit de studie af, dat de invloed van de raffinaderij door zwaveldioxide-vervuiling zich uitstrekt tot een actieradius van drie kilometer rond de raffinaderij, waarbij de meest betekenisvolle toename aan emissies van deze verontreinigende stof zich voornamelijk in Noord Noordoostelijke richting verplaatsen.

                                         Santa Cruz de Tenerife.


Het ontwerpdocument voor het Plan de Calidad del Aire (Plan Luchtkwaliteit) is onderworpen aan de behandeling door andere overheden, ondernemingen en resultaat van de bijdragen die men heeft geleverd op het oorspronkelijke document, zo legt men in de order uit.

In het plan rechtvaardigt men, onder andere maatregelen, de noodzaak, om de uitstoot aan zwaveldioxide door de raffinaderij te beperken met een gemiddelde van 29% tegenover de werkelijke uitstoot in 2011.

Dat percentage is noodzakelijk, zodat meteorologische omstandigheden zoals die van 2011, zich niet opnieuw voordoen, met het overschrijden van minimumwaarden voor de wettelijk voorgeschreven luchtkwaliteit.

Dit vereist nieuwe emissiegrenswaarden van de verontreinigende bronnen van de raffinaderij, die lager moeten zijn dan de werkelijke uitstoot in 2011, die gemiddeld 547,60 milligram per m³ heeft bedragen, om deze te vestigen oop een nieuwe, gemiddelde waarde van 388 milligram per m³.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Cairn Energy doet tweede, Marokkaanse poging tot boren naar aardolie nabij Canarische wateren

Het Schotse bedrijf
boort een andere put aan in het Juby Maritime III veld,
dicht bij de grenslijn

Het Cabildo (Eilandbestuur) van Fuerteventura
hoopt op ‘een mislukking’

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 14 januari 2014 - De Schotse aardoliemaatschappij Cairn Energy doet opnieuw een proefboring. Nadat een eerste poging in de zoektocht naar aardolie  niets heeft opgeleverd, verblijft het Cajun Express-booreiland - dat door de Schotse onderneming is gecontracteerd voor het profboren naar aardolie in Marokkaanse wateren - al enkele dagen nabij de denkbeeldige grenslijn met Spanje, tegenover Lanzarote en Fuerteventura. De multinational bereidt zich voor op haar tweede proefboring in het zuiden van de Marokkaanse wateren, op de Juby Maritime-velden.

Cairn Energy legt de laatste hand aan de voorbereidingen voor het uitvoeren van de tweede van haar proefboringen, die uit te voeren is naast de velden waarvoor Repsol toestemming heeft gekregen van de Spaanse Regering voor haar proefboringen. De aardoliemaatschappij, die wordt voorgezeten door Antonio Brufau, is in afwachting van het uiteindelijke groene licht van het Ministerie van Milieuzaken, om te beginnen met het zoeken naar aardolie, wat begin mei 2014 gepland staat.

                                 Het ´
Cajun Express´-olieboorplatform,
       afgemeerd aan de
Reina Sofía-pier in de Haven van La Luz en Las Palmas,
                                               in augustus 2013.

Het booreiland, dat vaart onder Liberiaanse vlag, is op 24 september 2013 weggevaren uit de Haven van Las Palmas, richting het Marokkaanse Roum Draa-veld, ten noordoosten van Lanzarote, voor het verrichten van de eerste proefboring.

De aanvankelijke campagne -op 120 kilometer uit de kust ten zuiden van Agadir - heeft echter niets opgeleverd. Cairn Energy heeft eind december 2013 laten weten, dat de proefboring op 5.255 meter diepte geen aardolie heeft opgeleverd, althans niet voldoende, om uit de zeebodem gehaald te worden.

Toch houdt men vast aan de plannen; zo verplaatst men zich meer naar het zuiden, voor het openen van een andere boorput op het Juby Marítime III veld. De uitdaging is dit veld te onderzoeken op een diepte van 1.000  meter onder de bovenlaag uit het Juratijdperk (zie: http://nl.wikipedia.org/wiki/Jura_%28periode%29), waar anderd bedrijven al in 1969 naar aardolie hebben gezocht.

Deze nieuwe exploratie ontwikkelt men meer nabij de aan Repsol toegekende begrenzingen, dicht bij de zogenoemde velden Sandía, Zanahoria en Chirimoya. De proefboring vindt plaats in de zogenoemde ‘hoffelijkheidsdoorgang’ tussen de door beide landen toegekende vergunningen, waarmee het reino alauí (Koninkrijk Marokko) en de Spaanse Regering niet met elkaar in botsing komen.

Cairn Energy beschikt over de voorgeschreven toestemming, om te opereren in Marokkaanse wateren. . Om haar werkzaamheden te verrichten werkt men samen met hum voornaamste partner, het Nationale Kantoor voor Aardolie en Mijnbouw van de Marokkaanse Regering.

De aardoliemaatschappijen, "están agotando los últimos cartuchos" (“zijn de laatste cassettes aan het uitputten”), zo heeft de president van het Cabildo (Eilandbestuur) van Fuerteventura, Mario Cabrera, laten weten op maandag 13 januari 2014; die zijn bezorgdheid heeft uitgedrukt over deze tweede peiling op iets meer dan 70 kilometer voor de kust van Castillo en Gran Tarajal, maar dan aan de andere kant van de scheidslijn.  “Ik hoop, dat de proefboring op deze locatie mislukt” terwijl hij tegelijkertijd heeft benadrukt, “dat Marokko in elf jaar tijd geen aardolie heeft aangetroffen.”

Ondanks, dat de maritieme volgsystemen de aanwezigheid van het booreiland Cajun Expres duiden in de omgeving van de scheidslijn, heeft de Canarische Regering dit op maandag 13 januari 2014 genegeerd en beweert, dat het boorplatform nabij het Afrikaanse gebied, in ondiep water ligt.

De gecommitteerde voor de Ontwikkeling van het Zelfbestuur, Fernando Ríos, is van mening, “dat het gaat, om een broodjeaapverhaal, om de publieke opinie te beïnvloeden, door te zeggen, dat als Repsol de aardolie niet oppompt nabij de eilanden, Marrocco dit wel zal doen. Het Cabildo van Lanzarote en Marocco hebben op maandag 13 januari 2104 contact opgenomen met het Consulaat Generaal van buurland Marokko, omdat men zich interesseert voor de door Cairn Energy geplande werkzaamheden.

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De Canarische Regering is ervan overtuigd,
dat er niet naar aardolie geboord zal gaan worden

Men neemt aan
dat de Rechtbank de proefboringen zal gaan opschorten

CANARISCHE EILANDEN  - zaterdag 11 januari 2014 - De Canarische Regering is ervan overtuigd, dat er niet naar aardolie geboord zal gaan worden in zee nabij de eilanden Lanzarote en Fuerteventura, “omdat de rechtbanken opnieuw de proefboringen zullen opschorten vanwege de talrijke gebreken die zijn ontdekt.”

De Commissaris voor Ontwikkeling van Zelfbestuur en Overheidshervorming van de Canarische Eilanden, Fernando Ríos, heeft dit laten weten in een communiqué, nadat de minister van Industrie, Energie en Toerisme, Jose Manuel Soria, heeft aangekondigd, dat door de Spaanse Regering aan Repsol toegestane proefboringen naar aardolie waarschijnlijk beginnen voor september 2014.

                                             Fernando Ríos.

Fernando Ríos beschuldigt Soria ervan de overheids- en gerechtelijke procedures te verachten, omdat hij de proefboringen aankondigt terwijl er zeven beroepszaken lopen bij het Hooggerechtshof, waarin men ruim 11.000 bezwaren heeft ingediend.

“Elke aankondiging die de minister kan doen over het begin van de proefboringen veronderstelt een schending te zijn van de basisprincipes waarmee het overheidsbeleid functioneert,” aldus de vertegenwoordiger van de Canarische Regering.

 Ríos merkt op, “dat Soria - met de aanname van conclusies uit een technisch rapport- klaarblijkelijk druk wil uitoefenen op de ambtenaren van het Ministerie van Milieuzaken die belast zijn met de beoordeling van de milieurapportage.

Blijven aanvechten
De Canarische Regering, de Eilandbesturen van Lanzarote en Fuerteventura, plus de actiegroepen die zich verzetten tegen het boren naar aardolie welke een bedreiging vormt voor economische sectoren zoals het toerisme en de visserij, blijven - via de justitiële, politieke en sociale wegen - deze aanvaring met de wil van de meerderheid van de Canarische samenleving aanvechten,”, zo bevestigt Ríos.



Rajoy heeft Rivero meegedeeld,
dat Repsol in de zomer van 2014 zal beginnen
met de proefboringen naar aardolie

CANARISCHE EILANDEN - vrijdag 10 januari 2014 - José Manuel Soria heeft verzekerd, dat de Spaanse minister-president tijdens de ontmoeting in Moncloa Rivero heeft laten weten, dat Repsol, “heel waarschijnlijk”, ergens tussen juli en september 2014 met de proefboringen zal beginnen in zee dicht bij Lanzarote en Fuerteventura.

Dit heeft de Spaanse minister van Industrie, Energie en Toerisme, José Manuel Soria, onthuld in een interview voor de zender Cope de Canarias. Daarin heeft hij bevestigd, dat Rajoy en Rivero dit onderwerp - een van de grootse geschilpunten tussen de beide regeringen - hebben besproken tijdens de ontmoeting die in Moncloa heeft plaatsgevonden op woensdag 8 januari 2014.

De Spaanse Minister president Mariano Rajoy in gesprek met de Canarische president, Paulino Rivero, op woensdag 8 januari 2014 in het Moncloa-paleis in Madrid., waarin o.a. wel degelijk - aldus minster José  Manuel Soria- gesproken is over de proefboringen naar aardolie door Repsol.

RWE en Woodside

De bestuursvoorzitter van  Repsol, Antonio Brufau, heeft al in december 2013 in Las Palmas de Gran Canaria laten weten,  dat de aardoliemaatschappij en haar partners in het project voor het zoeken naar aardolie (het Duitse RWE en het Australische Woodside) klaar zijn, om te beginnen met proefboren vanaf mei 2014, als men het groene licht verkrijgt van het Ministerie van Landbouw en Milieuzaken.

Dit Departement heeft zich nog steeds niet uitgesproken over de milieuverklaring die Repsol en partners hebben gepresenteerd, maar de uitlatingen van Soria suggereren, dat men dit op korte termijn zal doen.

“Minister-president Rajoy heeft overduidelijk (aan Rivero) gezegd, wat de positie van de Spaanse Regering is. Rajoy heeft meegedeeld, dat de onderzoeken heel waarschijnlijk later dit jaar zullen beginnen, ergens tussen juli en september 2014,” zo heeft de minister van Industrie laten weten.

                                            José Manuel Soria López.
Thermogeen systeem

 Soria heeft er o.a. aan herinnerd, dat de maatschappijen die toestemming hebben gekregen van Marokko, om te boren in hetzelfde gebied in zee, aan de andere kant van de lijn die de territoriale wateren afbakent van die van Spanje, al begonnen zijn met proefboren. Het Schotse Cairn Energy, dat verantwoordelijk is voor deze eerste proefboringen, heeft enkele weken geleden laten weten, dat haar eerste peiling, op een locatie op 120 voor de kust, tem zuiden van Agadir, geen aardolie heeft opgeleverd, “maar dat men wel een thermogeen systeem van actieve aardolie heeft ontdekt.”

Cairn Energy heeft deze put afgedekt en wil in de komende maanden gaan proefboren in het afgebakende veld, dat grenst aan die, welke door Spanje zijn toegekend aan Repsol, ten oosten van Lanzarote en Fuerteventura.

Absurd
“Het zou in complete tegenspraak en paradoxaal zijn, met de enorme afhankelijkheid die we in Spanje van aardolie hebben. Dat op dezelfde locatie, alleen aan de andere kant van de grenslijn, Marokko olie uit de grond haalt, omdat zij die hebben aangetroffen en, dat wij die gelegenheid voorbij laten gaan. Dat zou absurd zijn,” zo heeft Soria opgemerkt.

De minister heeft al laten weten, “dat dit een scenario is, wat de Spaanse regering niet zal toestaan.”

“Het ontbreekt er aan, dat de Spaanse Regering toestaat, dat deze aardolie alleen ten goede zou komen aan een van de partijen,” zo heeft Soria toegevoegd.

Rechtbank

De plannen van Repsol, om te zoeken naar aardolie in dit deel van Atlantische Oceaan, botsten vanaf het begin, met de afwijzing van de Canarische Regering en Eilandbesturen van Fuerteventura en Lanzarote, die - tot nu toe zonder succes - in de Rechtbank hebben geprobeerd, deze tegen te houden.

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Repsol doet een beroep
op de ondernemersverenigingen
voor het uitspelen van haar laatste troef op de eilanden

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 19 november 2013 - De oliemaatschappij zal een ontmoeting hebben met ondernemers op Fuerteventura en Lanzarote, om haar laatste troef uit te spelen en te praten over de vestiging van haar logistieke basis op de oostelijke eilanden.

Ondanks de afwijzing in de tweede week van november 2013 van dit idee door Mario Cabrera en Pedro San Ginés, respectievelijk de presidenten van de Cabildos (Eilandbesturen) van Fuerteventura en Lanzarote, ontkent de oliemaatschappij de mogelijkheid niet, om haar logistieke centrum te vestigen in Puerto del Rosario en in Arrecife, nu de datum voor de proefboringen duidelijk is: mei 2014.

De pres
ident van Repsol, Antonio Brufau (rechts op de foto), samen met de verantwoordelijke voor de Exploratie in Spanje, Javier Moro.

“De reactie van de Cabildos (Eilandbesturen) is niet het meest bevorderlijke klimaat, maar dit betekent niet, dat deze twee vestigingsplaatsen worden ontkend, omdat de Cabildos geen bevoegdheden hebben, om te beslissen over deze zaken,” zo heeft een woordvoerder van Repsol opgemerkt.

Er is nog geen datum vastgesteld voor de ontmoeting van de oliemaatschappij met de ondernemersverenigingen. Toch zal die ‘snel’ moeten plaatsvinden, gezien het feit, dat Repsol voor het eind van 2013 moet beginnen met de voorbereidingen voor haar logistieke basis. Volgens de planning, zal men het logistieke centrum bouwen tussen januari en april 2014, om dan in mei 2014 te kunnen beginnen met de proefboringen.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Repsol is van plan
om haar logistieke basis te installeren in januari 2014, maar de Haven heeft geen plaats

Ibarra waarschuwt voor ruimteproblemen in La Luz,
waar de oliemaatschappij zich wil vestigen

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - zaterdag 16 november 2013 - Repsol wil in januari 2014 beginnen met de bouw van haar logistieke uitvalsbasis in Puerto de la Luz y de Las Palmas, na de afwijzing ervan door Lanzarote en Fuerteventura, in verband met de proefboringen naar aardolie in de nabijheid van beide eilanden.

Op vrijdag 15 november 2013 heeft de voorzitter van het Havenbedrijf van Las Palmas, Luis Ibarra, laten weten, “dat de oliemaatschappij dezelfde behandeling zal krijgen, als elk ander bedrijf wat ruimte zoekt in de haven van Las Palmas de Gran Canaria.”
Tot op heden is echter geen officieel verzoek daartoe ontvangen van de multinational en het havengebied heeft een nijpend tekort aan grond, met de druk van diverse bedrijven die worstelen, om meer vierkante meters te krijgen.

                              Luchtopname van de Haven van las Palmas,
         met twee olieboor platforms op de achtergrond aan de Reina Sofia-pier.
Bronnen binnen Repsol hebben op vrijdag 15 november 2013 bevestigd, dat specialisten in logistiek van de maatschappij tot in detail het proces hebben bestudeerd voor de bouw van het operationele centrum in het havengebied van de hoofdstad van Gran Canaria. Volgens diezelfde bronnen heeft men daartoe zelfs al ‘voorbereidende handelingen’ verricht.

Tot op heden is bij Ibarra niet bekend op welke datum men zal overgaan tot een aanvraag om officiële toestemming voor een gebied van ongeveer 18.000 m², die uitsluitend gedaan kan worden door het Ministerie van Fomento (Ontwikkeling), dat de bevoegdheid heeft over de kuststrook en de grond in de Haven.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Hoofdstad Gran Canaria biedt onderdak voor
logistieke basis proefboringen Repsol

“Wij zullen blij zijn,” zegt burgemeester Cardona

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - vrijdag 15 november 2013 - Las Palmas de Gran  Canaria  gaat onderdak bieden aan de logistieke basis van Repsol welke nodig is voor de proefboringen naar aardolie in de Oceaan nabij Fuerteventura en Lanzarote.

De burgemeester begrijpt niet hoe Lanzarote en Fuerteventura een investering hebben kunnen afwijzen die, naar zijn mening, “wel eens een belangrijk impuls zou kennen geven aan de economische ontwikkeling van de hoofdstad.”

De burgemeester van Las Palmas de Gran Canaria, Juan José Cardona (rechts op de foto) en de  algemene director van de Stichting SGAE, José Luis García.

De burgemeester van Las Palmas de Gran Canaria, Juan José Cardona (Partido Popular - PP),  “ zal blij zijn,”  als Repsol de haven van de stad gaat gebruiken als logistieke basis voor de proefboringen naar aardolie nabij Lanzarote en Fuerteventura, hoewel alleen als deze eilanden blijven volharden in hun afwijzing, zo heeft Cardona laten weten op vrijdag 15 november 29013.

“Vandaar, - als men naar Las Palmas de Gran Canaria komt - zal ik blij zijn, als burgemeester, deze investering te ontvangen die, ongetwijfeld, een belangrijke impuls zal zijn voor de economische ontwikkeling en voor de werkgelegenheid van onze stad,” zo heeft Cardona bevestigd op vragen over deze mogelijkheid welke Repsol heeft aangekondigd, na eerst het aanbod te hebben gedaan, haar basis te willen vestigen op Lanzarote en Fuerteventura.

Cardona heeft gezegd, dat hij voorzichtig wil zijn met het op donderdag 14 november 2013 door de Repsol-president, Antonio Brufau, gedane aanbod; omdat hij begrijpt, dat vanuit zijn positie als burgemeester,” hij zich niet moet inmengen in de kwestie die, zonder enige twijfel, een rechtstreekse verbinding heeft met de ontwikkeling van de andere eilanden, zoals Lanzarote en Fuerteventura.”

Omdat, naar zijn mening, de autoriteiten van beide eilanden de “mogelijkheid zouden moeten waarderen die, in dit geval, deze met zich meebrengt voor hun economische ontwikkeling,” door basis te zijn voor de e proefboringen.

"Eerlijk gezegd, het is moeilijk te begrijpen, dat men een dergelijk aanbod niet heeft geaccepteerd," verklaarde hij, betreffende de weigering van de presidenten van de twee Cabildos (Eilandbesturen)  tot wie het aanbod van Repsol zich richt: Pedro San Ginés (Lanzarote) en Mario Cabrera (Fuerteventura).

Cardona heeft hier aan toegevoegd, dat als Lanzarote en Fuerteventura bij hun afwijzing blijven, “Las Palmas de Gran Canaria er klaar voor is, om de verantwoordelijkheid in deze doelstelling aan te gaan.” Iets, “dat ons, ongetwijfeld, zal versterken als groot, logistiek platform wat  we nastreven te willen zijn en, dat we in  feit ook zijn,” heeft de burgemeester van de hoofdstad van Gran Canaria gezegd in antwoord op vragen van journalisten, na het ondertekenen van het samenwerkingsovereenkomst tussen de Fundación Teatro y Auditorio (Stichting Theater en Auditorium) van de stad met de Sociedad General de Autores y Editores (Algemene Maatschappij van Auteurs en Uitgevers).
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


“De wereld kijkt met stomheid geslagen naar ons.
Wat gebeurt er op de Canarische Eilanden?”

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - vrijdag 15 november 2013 -  De president van Repsol, Antonio Brufau, heeft op donderdag 14 november 2013 in Las Palmas de Gran Canaria de  afwijzing gekritiseerd welke de aardoliemaatschappij heeft gekregen op Canarias in hun plannen naar het zoeken van aardolie op 60 kilometer van de eilanden; hij heeft laten weten, dat men in andere landen verrast reageert, dat Spanje twijfelt, of men wel, of niet deze hulpmiddelen moet exploreren.

“De wereld kijkt met stomheid geslagen naar ons. Wat gebeurt er op de Canarische Eilanden?”, zo heeft Brufau aangegeven tijdens een persconferentie die hij op donderdag 14 november 3013 in Las Palms de Gran  Canaria heeft belegd, terwijl tegelijkertijd de Canarische president, Paulino Rivero, een ontmoeting heeft ment leden van de Europese Commissie, om te vragen, dat  men de toestemming aan Repsol schorst.

                                De president van Repsol, Antonio Brufau,
         op donderdag 14 november 2013 in Las Palmas de Gran Canaria.

De president van de multinational heeft toegegeven, “dat het hem pijn doet, dat men Repsol op Canarias kleineert voor het doorzetten van een project in het zoeken naar gas en aardolie, dat - naar zijn oordeel - geen
enkel ander land in de wereld kan afwijzen en wat arbeidsplaatsen en welvaart kan genereren in een deelstaat met 33% werkloosheid.


Brufau heeft verduidelijkt, dat hij respecteert wat Rivero doet, maar hij heeft ook verdedigd, dat het nieuws niet moet zijn, dat Rivero naar Brussel reist, om zich te verzetten tegen de proefboringen; maar, dat de proefboringen het resultaat van de handeling moeten zijn waarmee hij terugkeert naar Canarias;  omdat, naar hij begrijpt, als de EU een risico voor Spanje zou hebben waargenomen, men deze proefboringen al lang verboden zou hebben.”

“Maar waar zijn we? Is dit een verkiezingsthema?” zo vraagt de directeur van de oliemaatschappij, alvorens hij de tegenstand beantwoordt waarmee men op Canarias de projecten van Repsol aan het torpederen is (de voorgenomen proefboringen zijn afgewezen door de Canarische Regering, het Canarische Parlement, door het Cabildo (Eilandbestuur) van Lanzarote, door het Cabildo (Eilandbestuur) van Fuerteventura en door meerdere gemeenten); dit is ‘politiek’, maar men baseert zich niet op economische gronden.


De president van Repsol heeft ook de Canarische overheden bekritiseerd - met verwijzing naar het Cabildo (Eilandbestuur) van Lanzarote - dat men zich heeft gewend tot internationaal reisorganisatoren, om hen te attenderen op de veronderstelde risico’s waaraan men de eilanden blootstelt vanwege de aardolie.

Brufau heeft benadrukt, dat dit alles hem ‘pijn’ doet en, dat hij zich niet kan voorstellen, dat een toeristische macht als Canarias zich kan veroorloven “alarm” te genereren bij degenen die ervoor kiezen, om hun vakantie hier door te brengen.

“Ik kan u verzekeren, dat een Noor dit niet begrijpt, omdat die in Noorwegen gewend is aan olieboor platforms in alle hoeken en gaten,” zo heeft Brufau toegevoegd.

Antonio Brufau heeft zich ook gericht tegen degenen die de minister van Industrie,Jose Manuel Soria (PP), ervan beschuldigen “samen te spannen" met Repsol in deze zaak, want Brufau begrijpt, “of men gaat naar de rechtbank, om hem aan te klagen, of zij zouden alleen maar solliciteren, om zelf naar de gevangenis te gaan.”
 
De socialist Miguel Sebastián Gascón, als minister van Industrie, Handel en Toerisme
               de voorganger van José Manuel Soria (PP) in de Spaanse Regering.

De president van Repsol heeft betoogd, dat Soria heeft gehandeld, zoals elke andere minister ook gedaan zou hebben,” inclusief, dat hij beweert, dat de socialist Miguel Sebastían “de belangrijkste supporter” was van dit project, als voorganger van Soria in de Spaanse Regering.

“De pech die de minister (Soria) heeft, is, dat hij afkomstig is van Canarias. Dit heeft het hele proces bemoeilijkt. Hier speekt men over politiek en niet over een economisch project,” zo is Brufau verder gegaan, om vervolgens de tegenstanders uit te dagen die zich ertegen verzetten, dat men 12 miljard dollar investeert in een industriële activiteit, waarbij hij tegen hen zegt, “dat er momenteel op de eilanden 33% werkloosheid heerst.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Repsol zal in mei 2014
beginnen met proefboringen naar aardolie
in wateren dicht bij Fuerteventura en Lanzarote

LAS PALMAS DE GRAN  CANARIA -  donderdag 14 november 2013 - De president van  Repsol, Antonio Brufau, heeft op donderdag 14 november 2013 aangekondigd, dat de maatschappij in mei 2014 zal aanvangen met proefboren naar gas en aardolie in wateren dicht bij Fuerteventura en Lanzarote, en hij heeft verzocht, het voornemen van de maatschappij bekend te maken, dat men de logistieke bases van Repsol wil installeren op beide eilanden, hoewel dit duurder is en de kosten verhoogt.

Brufau, die een persconferentie heeft belegd in Las Palmas de Gran Canaria, heeft uitgelegd, “dat de wereld voortschrijdt met een bepaalde snelheid en, dat Canarias niet met een andere kan bewegen.

                 De president van Repsol, Antonio Brufau, heeft aangekondigd,
            dat men de logistieke basis van Repsol wil vestigen op beide eilanden.


De president van Repsol heeft ook gewaarschuwd, dat als iemand geloofd, dat er wordt samengespannen tussen zijn maatschappij en de Minister van Industrie, José Manuel Soria, “dat men dan naar de rechtbank moet gaan en dit aan moet klagen,” of, “que se vaya solo a chirona" (“anders alleen de gevangenis ingaat”).
 
               De Gran Canarische José Manuel Soria Lopez (Partido Popular - PP)
                       het Moncloa paleis in Madrid, als minister van Industrie;
                                         en diens opponent op Canarias,
                     de Tinerfeño Paulino Rivero Baute (Coalición Canaria - CC).

Brufau heeft er ook op gewezen, dat de Canarische afkomst van Soria het boorproject heeft ‘bemoeilijkt’ en hij heeft eraan herinnerd, “dat Marokko er niet vandoor kan gaan met Canarische aardolie; dit, met verwijzing naar het begin van de proefboringen door het Noord-Afrikaanse land.”

De president van Repsol heeft erop gewezen, dat zijn maatschappij alle milieuvergunningen heeft ontvangen en klaar is, om in mei 2014 te gaan boren in Canarische wateren op zoek naar brandstoffen, waarvoor men het aan de Cabildos (Eilandbesturen) van Lanzarote en Fuerteventura overlaat, te beslissen of men hun operationele basis wil ontvangen.

Tijdens dit tweede bezoek aan Canarias, om het onderwerp aardolieproefboringen uiteen te zetten - het vorige bezoek was, om zijn project te presenteren aan Paulino Rivero - heeft de president van Repsol, Antonio Brufau, verdedigd, “ dat er weinig landen in de wereld zijn die momenteel potentiële ontdekkingen binnen hun bereik hebben zoals geboden wordt in deze Atlantische wateren tussen Canarias en Marokko.”

Repsol schat in, dat de vindplaatsen op Canarias 898 miljoen vaten ruwe aardolie zouden kunnen bevatten (de meest optimistische schatting gaat uit van 2,277 miljard vaten). Daarmee zou 10% van de consumptie in Spanje voorzien kunnen worden, wat de Spaanse rekening voor het importeren van ruwe aardolie voor 30 miljard euro in de komende 20 jaar aanzienlijk zou verlagen.

Alleen al in de eerste fase van de proefboringen denkt de maatschappij 350 miljoen euro te investeren, waarvan naar schatting 53 miljoen euro zal achterblijven op Canarias, waar de logistieke basis is voor ondersteuning aan de olieboorschepen, in de vorm van contracten, diensten, leveringen, transport en andere uitgaven voor benodigdheden.

Brufau heeft op donderdag 14 november 2013 publiekelijk aan de Cabildos (Eilandbesturen) van Lanzarote en Fuerteventura, twee van de meest militante instanties tegen het project, om in de komende dagen te beslissen, of ze in de havens van Arrecife en Puerto del Rosario de basis willen krijgen en willen profiteren van economische beweging en werkgelegenheid die deze creëert.

De President van Repsol erkent, “dat hij niet de aangewezen persoon is die de Cabildos (Eilandbesturen) termijnen oplegt”, maar hij heeft ook laten weten, dat als  er binnen twee tot drie weken geen antwoord komt, de maatschappij andere mogelijkheden zal zoeken; ”waarbij hij erkent, dat  dan de haven van Las Palmas de Gran Canaria in beeld komt als de meest nabije en voordeligste voor hun plannen, omdat die al een groot deel van de logistiek bezit die zij nodig hebben,  zo heeft hij aan de persmedia laten weten.

De hoogste baas van de Spaanse multinational heeft benadrukt, dat hij zich niet kan indenken, dat Lanzarote en Fuerteventura zijn aanbod zouden kunnen afwijzen, omdat hij zich niet kan voorstellen wat het argument zou kunnen zijn voor het weigeren van een activiteit die werkgelegenheid en welvaart creëert - en hij dringt erop aan - die te verenigen is met de toeristische industrie, zoals blijkt uit gevallen zoals Rio de Janeiro (Brazilië), Malibu (Californië, USA), Noorwegen en zelfs de Spaanse kust van Tarragona, zo beweert hij.

"Als iemand nee zegt, zal die daar in de toekomst zeker spijt van krijgen," zo heeft Brufau toegevoegd, wiens bedrijf becijfert, dat de investeringen in de totale de levensduur van deze  olievelden, die - als ze bestaan - goed zijn voor 12,244 miljard dollar (9,097miljard euro) te weten: €260.000.000,= in exploratie; €5.212.000,= in systeem- en scheepsontwikkeling en €3.859.000,= in exploitatie.

Repsol stelt, dat deze investeringen - van 3,605 miljard dollar (2,680 miljard euro) - terugkeren naar de economie van de regio die de basis is van de activiteiten; een becijfering - zo benadrukt Brufau - die geen gril is, maar die gebaseerd is op de ervaring van het bedrijf wat actief is op andere locaties waar men olievelden exploiteert.

De totale investeringen in het project zullen zich beperken tot 2,595 miljard dollar (1,918 miljard euro) als men gas aantreft en geen aardolie, maar Brufau benadrukt, bepaalde geologische ‘zekerheden’ te hebben, dat er velden met ruwe aardolie bestaan in het gebied.

Repsol ontkent ook niet, dat als men geen ondersteuning ondervindt van Canarias, om haar project te ontwikkelen - wat niet alleen toeleveringen en logistieke beweging inhoudt, maar ook scheepsindustrie voor het bouwen van boorplatforms en booreilanden - men kiest voor nabijgelegen oplossingen, zoals Marokko. “Misschien.” Dit overwegen we momenteel niet, maar het is een globale wereld,” zo erkent Brufau tijdens de persconferentie.

De president van de multinational heeft erop gewezen, dat de exploitatie van aardolie- en aardgas in dit deel van de Atlantische Oceaan, ”geen risico’s met zich meebrengt, omdat men de bestaande veiligheidsmaatregelen in de sector, ‘twee- tot drievoudig’ zal toepassen.

Op degenen die beweren, dat als bewijs van potentieel risico de door BP veroorzaakte lekkage in de Golf van Mexico kan dienen, heeft Brufau in deze context gereageerd met, “dat men in het Mexicaanse gebied 56.000 olievelden heeft aangeboord, waarbij zich slechts twee ongevallen hebben voorgedaan, waaruit de gehele sector lering heeft getrokken.

'Sandía' en 'Plátano':
Zo noemt men de twee belangrijkste locaties voor de proefboringen

Mogelijkheid: Repsol gaat ervan uit 20% kans te hebben  aardolie aan te treffen.
Afstand: De maatschappij bevestigt te zullen boren op 61 kilometer uit de Canarische kusten.
Diepte: De peiling vindt plaats op een diepte van 3.567 meter onder de zeespiegel.
Rendement: De maatschappij verwacht 500 miljard vaten olie op te pompen in 20 jaar tijd.

Brufau heeft ook duidelijkheid willen scheppen in de twijfels welke men heeft over de diepte waarop men zal gaan werken:

-bij het hoofddoel, genaamd ‘Sandía’, boort men tot op maximaal 3.092 meter (waarvan 998 meter bestaat uit de waterlaag onder de zeespiegel),
- bij het tweede doel, genaamd ‘Plátano’, boort men tot op maximaal 3.465 meter, (waarvan 9508 meter bestaat uit de waterlaag onder de zeespiegel),
- bij ‘Zanahoria’, het alternatief voor het laatstgenoemde olieveld, boort men tot op maximaal 6.870 meter (waarvan 1.022 meter bestaat uit de waterlaag onder de zeespiegel).

Reacties op de woorden van Antonio Brufau:
Afgezien van de details van onderstaande reacties op de woorden van Antonio Brufau, hebben de navolgende Canarische bestuurders - in een herhaling van zetten (zie onderstaande artikelen) - o.a. laten weten:


- Paulino Rivero (CC), president van de Canarische Regering:  
“Meneer Brufau beledigt Canarias en de Canarios.”
*
- Mario Cabrera (CC), president van het Cabildo (Eilandbestuur) van Fuerteventura:
“De aardolie-piraten zijn gekomen, om promotie te maken.”

- Pedro San Gínes (CC), president van het Cabildo (Eilandbestuur) van Lanzarote:
“Het Eilandbestuur van Lanzarote wijst de door Repsol aangeboden logistieke basis af. Repsol heeft de strijd verloren; hoe eerder we laten weten, dat we ons niet verkopen, hoe beter dit is.”

Dit hebben bovenstaande Canarische bestuurders (allen leiders van de - nationalistische - politieke partij Coalición Canara (CC) met droge ogen, gezegd, terwijl op de Archipel anno 2013 onder de actieve beroepsbevolking een werkloosheid heerst van bijna 35% en onder de jeugd - tussen de 18 en 35 jaar - van 50%.
"¡Viva Canarias!"
roept men vooral in de 'Linkse Kerk', om  ook op deze manier, de democratisch gekozen - momenteel in Spanje met een absolute meerderheid regerende - (rechtse) Partido Popular (PP) dwars te zitten, waarbij met het overdreven bedrijven van pure partijpolitiek, de belangen van de Canarias duur zijn komen te staan en die  zodoende  ´- zeker tijdens dit regeringsmandaat - helaas  nog duurder zullen worden.
"Leve de - tegen wil en dank - door de nationalistische Paulino Rivero Baute en zijn socialistische consorten geleide, Autonome Canarische Deelstaatregering, die momenteel vanuit Madrid op alle posten in de Rijksbegroting 2014 (eigen schuld, dikke bult) zwaar wordt afgeknepen!"

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Marokko is begonnen met aardolie-proefboringen
op de scheidingslijn met Canarias

CANARISCHE EILANDEN - dinsdag 29 oktober 2013 - Het olieboorplatform ‘Cajun Express’ is op maandag 28 oktober 2013 begonnen met het lokaliseren van aardolie ten noorden van Lanzarote.

Het Bureau Koolwaterstoffen en Mijnbouw van Marokko heeft op mandag 28 oktober 2013 gepubliceerd, dat de maatschappij Cairn Energy is begonnen met het proefboren naar aardolie ten noorden van Lanzarote, op 92 kilometer van Tan Tan, ongeveer 175 km van Canarias; het zijn de eerste boringen die de Marokkaanse Regering na 20 jaar heeft goedgekeurd langs de scheidslijn met de Eilanden. .

In dit geval heeft de Schotse maatschappij een campagne geprogrammeerd van 60 dagen op het zogenoemde FD1-perceel, een van de drie die eigendom zijn van Foum Draa
.

Het booreiland 'Cajun Express', dat eind september 2013 vertrokken is uit de haven van La Luz, na twee maanden op Gran Canaria te zijn verbleven om op orde gebracht te worden, is belast met het uitvoeren van de werkzaamheden op maximale diepten van 5.500 meter; met een waterlaag van 1.500 meter becijfert de aardoliemaatschappij, dat men op 2.000 meter zal boren; duizend minder, dan wat Repsol heeft voorzien voor twee proefboringen die men - naar verwachting in 2015- zal uitvoeren op 50 kilometer van Fuerteventura.


Het gaat om een half afzink baar booreiland, dat men voor het eerst uitprobeert in deze wateren.

1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Het Britse BP voegt zich bij de zoektocht naar aardolie

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - zondag 20 oktober 2013 - De Britse aardoliemaatschappij British Petroleum (BP) treedt toe tot de ongebreidelde zoektocht naar de grote aardolie-voorraad die, volgens peilingen, aanwezig zou kunnen zijn in de wateren tussen Marokko en Canarias. In de derde week van oktober 2013 heeft BP laten weten, dat men een akkoord heeft bereikt voor de exploratie samen met Kosmos.

Marokko blijft exploratie vergunningen uitgeven voor haar gehele kust en de aardoliemaatschappijen leveren strijd, om deze te verkrijgen; bewijs daarvan is de belangstelling van BP, dat in de tweede week van oktober 2013 in Londen heeft laten weten, een akkoord te hebben bereikt met Kosmos Energy, voor het gezamenlijke verrichten van proefboringen voor de Marokkaanse kust.

                                      Het booreiland, de ‘Cajun Express’,
         is vanuit La Luz vertrokken, op zoek naar aardolie voor Cairn Energy.

Feit is, dat Kosmos goedkeuring heeft gekregen voor drie maritieme velden ten noorden van Lanzarote en Fuerteventura: Essaouira, Forum Assaka en Tarhazoute.

Ten zuiden van Tenerife en Gran Canaria kan de genoemde aardoliemaatschappij rekenen op de goedkeuring voor nog een andere proefboring.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


EU keurt richtlijn goed die toestaat naar aardolie en aardgas te boren in de nabijheid van de Eilanden

Men eist van de bedrijven financiële capaciteit
voor het aangaan van verantwoordelijkheden
in geval van ongelukken

STRAATSBURG - woensdag 22 mei 2013 - De Europese Unie zal het winnen van aardolie en aardgas op volle zee gaan toestaan, maar wel met aanzienlijke financiële- en milieueisen voor de bedrijven.

Het Europese Parlement heeft op dinsdag 21 mei 2013 een richtlijn goedgekeurd, waarbinnen men de energieproducten oplegt, dat ze over voldoende financiële draagkracht beschikken, om hun verantwoordelijkheden aan te gaan in geval van een ongeluk, waarbij men met bewijzen over voldoende middelen, menskracht en financiën te beschikken, om de uitwerking op het milieu te minimaliseren in geval van een ernstig ongeluk.
 
De richtlijn is aangenomen in Straatsburg met 572 stemmen voor, 103 tegen en 14 onthoudingen. Volgens de indiener van de nieuwe regelgeving, de Belg Ivo Belet, gaat het, “ om het vaststellen van ‘belangrijke standaarden’ voor wat betreft het beheersen van het risico, de nieuwe regels kunnen dienen als internationaal voorbeeld.” In de wateren van de EU-lidstaten bevinden zich bijna 500 booreilanden op volle zee voor de winning van aardolie en aardgas, de meeste bij het Verenigd Koninkrijk (486) en bij Nederland (181).


D66-Europarlementariër Gerben-Jan Gerbrandy.

Olie- en gasboringen op zee kunnen veiliger. Bedrijven die op volle zee willen boren, moeten voortaan vooraf aantonen, dat zij kunnen opdraaien voor eventuele schade aan het milieu. Dat heeft het Europees Parlement in Straatsburg dinsdag besloten, nadat er eerder al een akkoord was bereikt met de lidstaten van de Europese Unie. Concerns worden verplicht een risicoanalyse uit te voeren en een gedetailleerd rampenplan op te stellen. ''De nieuwe wetgeving dwingt olie- en gasbedrijven veel beter na te denken over de risico’s van diepzeeboringen. Zij weten dat ze voor de kosten moeten opdraaien wanneer het misgaat'', aldus D66-Europarlementariër Gerben-Jan Gerbrandy in een verklaring.

                    Olieboor platforms voor onderhoud en ravitaillering in La Luz,
                        de haven van Las Palmas en Las Palmas de Gran Canaria.

De Canarische afgevaardigden in het Europese Parlement hebben een tegengestelde zienswijze ten toon gespreid betreffende de nieuwe richtlijn die op Europees niveau het boren, exploiteren en produceren van olie en gas uit zee zal gaan regelen.


De Canarische PP Europarlementariër Gabriel Mato.

De Canarische parlementariër van de Partido Popular (PP), Gabriel Mato, benadrukt de steun van Europa voor het boren naar aardolie en aardgas op volle zee nabij toeristengebieden, nadat men een amendement heeft afgewezen wat dit zou willen verbieden.

Mato heeft tijdens de zitting van het Parlement in Straatsburg het boren naar aardolie op volle zee verdedigd met de maximale milieugaranties, “omdat men niet de rug kan toekeren naar een dergelijke rijke bron als aardolie, steeds wanneer de regelgeving wordt nageleefd.” Tijdens het debat heeft de Canarische Euro gedeputeerde de Canarische Regering gekritiseerd, die hij “onverantwoordelijk’ noemt ,“om te proberen elke activiteit tegen te houden, met geen ander argument, dan de eigen politieke verkiezingsbelangen.”


De Canarische
PSOE Europarlementariër Juan Fernando López Aguilar.

De Canarische PSOE-afgevaardigde heeft benadrukt, dat men dit heeft bereikt, dankzij hun amendementen, dat men de uitwerking van de olieboringen op het milieu voorafgaand aan de toestemming zou onderzoeken. De Canarische Eurogedeputeerde Juan Fernando López Aguilar heeft de milieubescherming benadrukt en kritiseerde de proefboringen nabij de Canarische Eilanden vanwege de uitwerking die dit kan hebben op de toeristische sector.

 López Aguilar heeft geageerd tegen de aan Repsol toegestane proefboringen, ”omdat men niet de maritieme milieu-garanties kan geven, noch die voor het ecosysteem in een speciaal beschermd maritiem gebied, welke men ook niet gaat vertalen in een sociaal voordeel.”
psemedia47873-850_large.jpg
In dezelfde bewoordingen heeft de Europarlementariër Teresa Riera zich uitgelaten.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


De nabij de Eilanden gelegen aardoliereserves hebben vier keer de waarde van het BBP van de Regio

De aardoliemaatschappijen taxeren de waarde van de reserve in de Canarische wateren aan aardolie en aardgas op 157,5 miljard euro

CANARISCHE EILANDEN - vrijdag 15 maart 2013 - De zeebodem tegenover de oostkusten van Lanzarote en Fuerteventura verbergt een fortuin aan energiebronnen, aldus een studie die is verricht door ondernemingen uit de aardoliesector.

Als al dit potentieel nu op de markt gebracht zou worden, zou de waarde 157,5 miljard euro bedragen; een cijfer, dat gelijk is aan 15,7% van de totale welvaart van Spanje in een jaar (die getaxeerd wordt op 1 biljoen euro). Dit veronderstelt een verviervoudiging te zijn van het regionale Bruto Binnenlands Product (BBP) – het totaal aan productie van de hulpmiddelen en diensten - in 2012, becijferd op 41,732 miljard.

Van deze hoeveelheden, zal men 92,582 miljard verkrijgen door de verkoop van aardolie en 64,924 miljard door de verkoop van aardgas, aldus schat de sector op basis van de studie naar aardolie bronnen welke is verricht door adviesbureau Gessal voor de Asociación de Compañías de Investigación, Exploración y Producción de Hidrocarburos y Almacenamiento Subterráneo (Aciep), waarvan van Repsol onderdeel uitmaakt; de maatschappij, die van het Spaanse Ministerie van Industrie toestemming heeft gekregen, om op de Archipel proefboringen te doen.

Canarias is, veruit, het Spaanse gebied met de grootste hoeveelheden niet ontgonnen aardolie; maar, nog steeds volgens de geschatte aanwezige hoeveelheid na een eerste studiefase welke door Repsol is uitgevoerd in 2004 - aldus het rapport. Dit laat men weten als het debat over de oliewinning op de Eilanden verhardt, nadat de Partido Popular (PP) een amendement heeft aangenomen voor het creëren van een pachtsom voor de exploitatie, reden van de onenigheid tussen de politieke krachten in de regio en een bron van spanning binnen de coalitie in de Canarische Regering.

Meer olie dan in het gehele land
De door de aardoliemaatschappijen opgedragen studie becijfert, dat er in de aan Repsol toegekende kwadranten een productiepotentieel aanwezig is van 1,2 miljard vaten aardolie, dit wil zeggen, bijna 62% van het totaal aan geschatte grondstoffen in het gehele land, 1,944 miljard vaten. De drie gebieden in Spanje met het grootste potentieel aan aardolie zin de Golf van Biskaje 313 miljoen vaten, de Golf van Valencia met 272 miljoen vaten en het Pyreneeën-gebied Jaca y Serrablo, in Huesca, 199 miljoen vaten

Bovendien zal de hoeveelheid aardgas in totaal 226 bkm (2,2 biljoen m³) bedragen, dit wil zeggen bijna 50% van de 410 km (4,1 biljoen m³) die voorzien zijn in het gehele land. Alleen al in de Golf van Valencia is 110 bkm aanwezig, en dat benadert de cijfers welke men ook voor Canarias verwacht.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Nieuwe studies over de zeebodem bevestigen het aardoliepotentieel van de Archipel

Maatschappijen, die aan het werk zijn voor de Marokkaanse kust, verwachten tussen de 700 en 800 miljoen vaten te exploiteren

CANARISCHE EILANDEN - woensdag 6 februari 2013 - De aardoliemaatschappijen die voor de Marokkaanse kust werken, op zoek naar ruwe aardolie en gas, beschikken al over studies die het bestaan van olie dicht bij de Eilanden bevestigen en hebben verwachtingen over de productie van aantallen vaten en datums waarop de olieboringen beginnen.

Een van deze bedrijven, Cairn Energy http://www.cairnenergy.com, zal in het vierde kwartaal van 2013 beginnen met de boringen, precies naast de lijn die de Spaanse wateren van de Marokkaanse scheidt en tegenover het gebied waarvoor de Spaanse Staat aan Repsol toestemming gegeven heeft, om naar aardolie te boren. Er zijn aardoliemaatschappijen die al plannen hebben, om in het eerste kwartaal van 2014 met boren te beginnen, dit is het geval met Tangiers Petroleum http://tangierspetroleum.com en met Kosmos Energy http://www.kosmosenergy.com.

De potentiële productie aan aardolie in het gebeid van de proefboring nabij Canarias schommelt tussen de 750 en 867 miljoen vaten, aldus de eerste rapporten die zijn ontvangen van de aardoliemaatschappijen na het realiseren van seismografische studies.

Tangiers Petroleum
Tangiers Petroleum heeft op maandag 4 februari 2013 een communiqué uitgegeven waarin men bevestigt, structuren te hebben gelokaliseerd die aardolie kunnen bevatten en, dat de proefboringen in de eerste helft van 2014 zullen beginnen. De concessie die deze maatschappij heeft, bevindt zich in de nabijheid van de kust van Tarfaya (het gebied noemt men Tarfaya Offshore), in het zuiden van Marokko. Volgens het communiqué van Tangiers, voorziet men minimaal vier proefboringen binnen de komende 18 maanden.

De eerste proefboringen in Marokkaanse wateren dicht bij Canarias zullen beginnen voor de boringen die Repsol gepland heeft aan de kant van de scheidslijn, in Spaanse wateren. De maatschappij ontwikkelt exploitaties aan het eind van 2014 en in 2015 en schat ongeveer 1 miljard vaten aardolie aan te boren op een diepte van 900 tot 1.000 meter.


Scheidslijn

Naast de vakken van Tangiers Petroleum bevinden zich die van Cairn Energy. De drie gebieden, genaamd Juby Maritime I-III, liggen aan de uiterste zijde van de scheidslijn, op korte afstand van de negen vakken van Repsol, beide gescheiden door wat men noemt een "pasillo de cortesía" (“hoffelijkheidsgangetje”). De aardoliemaatschappij laat op haar internetpagina zien, dat de oppervlakte waarop men in het vierde kwartaal van 2014 een, of meerdere putten wil gaan exploreren, een oppervlakte beslaat van 5.600 km² op een diepte van 500 tot 2000 meter onder de zeespiegel.

Kosmos Energy
Wat betreft Kosmos Energy, bevinden de proefboringen zich op twee locaties; een ten noorden van Lanzarote en Fuerteventura en de andere zuidelijk van Gran Canaria en Tenerife.

Kosmos beschikt over drie uitgestrekte vakken ten noorden van de eilanden genaamd: Essaouira, Foum Assaka en Tarhazoute, gelegen in de baai van Agadir. In dit gebied wil men eind 2013, begin 2014, een proefboring doen.
Ten zuiden van Gran Canaria en Tenerife ligt een van de meest uitgebreide exploratievakken die zijn toegekend door Marokko, van bijna 30.000 km², genaamd Cap Boujadour, met diepten die tot 10.000 meter kunnen reiken.

Belangstelling
De belangstelling van de multinationale aardoliemaatschappijen voor Marokko is de afgelopen jaren de pan uitgerezen; zodanig, dat de Magreb-Regering wel 100 onderzoek-vergunningen heeft afgegeven langs haar gehele kust, inclusief de Westelijke Sahara, en in het binnenland. Er is een lange lijst met daarop de belangrijkste aardoliemaatschappijen die al aanwezig zijn in het Noord-Afrikaanse land, zoals: Onhym, Galp, Repsol, Dana Petroleum, Kosmos, Petro-Canada, Circle Oil, MPE, Suncor, RWE, TransAtlantic, Cabre, San León, DVM, Tangiers Petroleum, Cairn Energy, Canamens and Genel Energy, enz.

       Paulino Rivero op theevisite bij Koning Mohammed VI van Marokko.
Paulino Rivero

De afhandelingsprocedures in Marokko zijn veel korter en sneller, dan die in Spanje, want de Regering beloont de zoektocht naar aardolie en gas zowel die in haar wateren, als die in het binnenland.

De lokalisering van een hoog percentage aan betrouwbare oliebronnen nabij Canarias weerspreekt de informatie van Paulino Rivero toen hij een bezoek bracht aan Koning Mohamed VI waarbij, aldus de Canarische president, Rabat nog steeds geen aardolie zou hebben aangetroffen in de nabijheid van de scheidingslijn.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Het Constitutionele Hof over de aardolieboringen: bevoegdheid is voorbehouden aan de Staat

De Canarische Regering verzet zich tegen aardolieboringen in de wateren nabij de Eilanden

MADRID / CANARISCHE EILANDEN - woensdag 6 februari 2013 - De bevoegdheid voor het verlenen van toestemming voor proefboringen en exploitatie van onderzeese aardoliebronnen in wateren die onder Spaanse jurisdictie vallen behoort exclusief aan de Staat toe en niet aan de Autonome Deelstaten, wier grondgebied, op geen enkele wijze, de zeebodem omvat, aldus het Tribunal Constitutional (TC) (Constitutionele Hof).

Het TC heeft dit als norm vastgelegd na verwerping van het hoger beroep, dat vijf jaar geleden is ingediend door de Canarische Regering tegen een artikel van de Ley del Sector de los Hidrocarburos (Wet voor de Aardoliesector) van 2007, dat de bevoegdheid voor het toekennen van de onderzoeksactiviteiten en de exploitatie van aardolie in de zeebodem, toekent aan de Staat.

De Canarische Regering stelt, echter, dat deze bevoegdheid toebehoort aan de Autonome Deelstaat, omdat men ervan uitgaat, dat het gebied van een Archipel zowel de eilanden omvat waar deze uit bestaat, evenals de zee die deze omgeeft en die ze verbindt.

                      "Wij Canario's zijn rustig, Paulino Rivero waakt."

De Regering van Paulino Rivero heeft in haar voordeel het concept ingeroepen van de inhoud van het Internationale Verdrag Inzake het Recht van de Zee, van de Verenigde Naties (VN) en herinnert eraan, dat sinds 1966, het  Estatuto de Autonomía de Canarias  (Statuut voor Autonomie van Canarias) bepaalt, dat het geografische gebied voor de bevoegdheid van de Autonome Deelstaat “de Archipel” is en niet de “eiland-grondgebieden”, zoals men al eerder heeft geformuleerd,.

In een vonnis van 17 januari 2013, dat op dinsdag 5 februari 2013 is gepubliceerd, antwoord het TC de Canarische Regering, dat de definitie van de Conventie over het Recht van de Zee alleen van toepassing is op ‘Archipel- Staten”, omdat in de Spaanse rechtsorde, “de zee geen onderdeel uitmaakt van het gebied van de autonome deelstaten”.

Hoewel dit proces al dateert van vijf jaar terug, komt het oordeel van het TC midden in een politieke en juridische oorlog tussen de Spaanse Regering, Canarias en de Cabildos (Eilandbesturen) van Lanzarote en Fuerteventura over de proefboringen naar aardolie die men heeft toegekend aan Repsol in wateren nabij de Archipel en Marokko.

De Canarische Regering en de beide Eilandbesturen verzetten zich ertegen,  at men aardolie-activiteiten verricht in deze strook van de Atlantische Oceaan, omdat zij van mening zijn, dat dit het natuurlijke erfgoed van de Archipel in gevaar brengt, evenals hun toeristenindustrie en de drinkwatervoorziening voor de bevolking (welke afhankelijk is van de ontziltingsinstallaties).

De Eilandoverheden hebben geprobeerd, tot op heden zonder succes, dat het Tribunal Supremo (de Hoge Raad) voorlopig deze toestemmingen zou opschorten en men heeft zelfs klachten ingediend bij de Europese Unie en de VN.

Het TC dicteert, dat - zoals de Ley de Hidrocarburos (Aardolie Wet) bepaalt - de bevoegdheid voor het verlenen van toestemmingen zoals die zijn toegekend aan Repsol van de Staat is, “omdat noch de zee, noch de zeebodem, deel uitmaken van het grondgebied van de autonome deelstaten.”

Het TC gaat in overvloed in op het bijzondere geval van Canarias, “dat hun grondgebied is samengesteld door de grondgebieden van de eilanden waaraan men nadrukkelijk refereert in artikel 143 van de Spaanse Grondwet; dit is, de zeven eilanden waaraan men refereert en die zich uitstrekken in het kustgebied wat daarvan deel uitmaakt.”

“De deelstaten,” zo voegt het vonnis toe, “kunnen alleen in uitzonderingsgevallen komen tot het uitoefenen van bevoegdheden over het territoriale zeegebied, steeds wanneer daar uitdrukkelijk statutair in is voorzien,” of over zaken waarvan de toekenning aan de Regionale Overheden is bekrachtigd door constitutionele jurisprudentie, zoals die over aquacultuur, visserijbeleid of de schaaldierenvangst.


Águeda Montelongo (PP).

De inhoud van dit vonnis is op dinsdagochtend 5 februari 2013 aan de orde gesteld in het Autonome Parlement door de PP-afgevaardigde van Fuerteventura, Águeda Montelongo, die van menig is, “dat dit vonnis, “opnieuw een veeg uit de pan is - na drie eerdere - voor de Canarische Regering in haar politieke kruistocht tegen proefboringen naar aardolie die veel voordeel voor de Canario’s kunnen opleveren.”

Montelongo heeft bovendien geëist, “dat de Canarische Regering nalaat te liegen over deze zaak,” en “zich niet internationaal belachelijk moet maken, met een schriftelijke klacht die men naar de VN heeft gestuurd.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - woensdag 6 juni 2012 -  Het Hooggerechtshof heeft de Canarische Regering weer een tegenslag bezorgd, door voor de tweede keer in twee dagen tijd, het verzoek van Canarias af te wijzen en te weigeren, een stillegging als voorzorgsmaatregel op te leggen.

Nadat men op maandag  4 juni 2012 het vonnis bekend heeft gemaakt, waarin men weigert de toestemming te annuleren welke door de Ministerraad is verleend aan Repsol, heeft de Derde Kamer voor Overheidsgeschillen, opnieuw een klap uitgedeeld aan de strategie welke is uitgezet door president Paulino Rivero tegen het zoeken en boren naar aardolie bij de Eilanden: Het Hooggerechtshof negeert het verzoek tot voorlopige stillegging van de werkzaamheden van de aardoliemaatschappij. Bovendien laat men het nationale belang prevaleren boven het regionale. Men ziet geen risico’s in de proefboringen, maar we voorzien een bron van rijkdom voor Spanje in het algemeen.

   De protest demonstatie op 24 maart 2012 op Lanzarote, tegen  de proefboringen.

De Kamer, voorgezeten door rechter Pedro José Yagüe Gil, stelt, “dat ongetwijfeld de ecologische waarde van de Canarische Eilanden en het belang van de toeristische-, visserij- en havensector voor zijn ontwikkeling,  men er niet aan ontkomt, dat de productie en exploitatie van aardolie een economische factor vertegenwoordigt van speciaal belang voor het bepalen van de rijkdom van een land.” Daarentegen vindt men geen bewijs, “dat men met onmiddellijke ingang onherstelbare, of onomkeerbare schade zal toebrengen aan het milieu door het experimentele werk van Repsol.”

En er is meer, het Hooggerechtshof heeft in haar vonnis van dinsdag 5 juni 2012 overwogen, dat de maatregelen ter bescherming van de natuur die zijn vervat in het Koninklijk Besluit, dat in maart 2012 is goedgekeurd en wat het groene licht geeft voor de proefboringen (validerend de in 2001 toegekende machtiging en van rechtswege drie jaar later gedeeltelijk geannuleerd wegens het ontbreken van procedures ter bescherming van het milieu) het toestaan af te wijzen, dat een stillegging van de vergunningen noodzakelijk zou zijn, of de Rechtbank deze nu wel of niet als annulering belicht.

De regelgeving die is ondertekend door de gevolmachtigde van Industrue, Toerisme en Energie, de Grancanario José Manuel Soria, heeft de aardoliemaatschappij verplicht aan te geven en te kwantificeren welke effecten haar operaties hebben, middels  een milieu-effectplan en beheer- en contingenteerplannen voor elk van de boorputten die men gaat realiseren. “Tenminste twee”, aldus het decreet, op 3.500 meter diepte en op een afstand die de minister vaststelt op 61 kilometer van Fuerteventura  en, het Eilandbestuur op 14.

Betreffende het verzoek tot voorlopige stillegging, merkt de Kamer op, “zal men de belangen die in het spel zijn in acht moeten nemen, zowel de openbare als de particuliere.” In die zin, is het Hof van mening, “dat het decreet een evenwichtige bescherming van de algemene communautaire en nationale belangen bereikt betreffende de duurzame ontwikkeling van de Canarische Eilanden en aan het ontwikkelen van de economische activiteit.”
<
                   "Wij Canarios zijn rustig, Paulino Rivero waakt."
President
Zowel de resolutie van maandag 4 juni 2012, evenals die van dinsdag 5 juni 2012 ontmoedigen Paulino Rivero niet, integendeel. “Ze geven meer kracht, om verder te strijden tegen een aanvaring met de belangen van Canarias.”

“Dit gaat een lange en harde strijd worden, die de Regering gaat voeren met alle energie, om te voorkomen, dat men de toekomst verhypothekeert van een economisch model, dat gebaseerd is op duurzaamheid,”  zo heeft Rivero benadrukt  op dinsdag 5 juni 2012, waarbij hij tegelijkertijd opmerkte, dat wat de Deelstaat betreft, de strijd zich bovendien zal ontwikkelen op het juridische, het politieke en ook, op het sociale front.

In die zin heeft Rivero ook aangekondigd de strijd te verplaatsen naar Europa. Hij zal de bijeenkomst van vrijdag 8 juni 2012 met de Europese commissaris van Milieuzaken, Janez Potocnik, in Brussel gebruiken, om hem te vragen te bemiddelen in het afremmen van de aardoliemaatschappijen in de door de EU beschermde wateren.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg

 


Bravo de Laguna:‘Men is het negatieve van de proefboringen aan het overdrijven’

MADRID - dinsdag 27 maart 2012 - De president van het Cabildo (Eilandbestuur)  van Gran Canaria, José Miguel Bravo de Laguna, heeft op dinsdag 27 maart 2012 in Madrid laten weten tegenover de persmedia, “dat men de negatieve aspecten van de proefboringen naar aardolie, aan het overdrijven is, “ en hij verlangt “meer rust” bij alle Canarische overheden en de sociale instanties als het op deze zaak aankomt.

Eveneens is hij van mening,  dat de campagne die is uitgemond in de protestdemonstraties van het afgelopen weekeinde, “een slechte uitstraling kunnen hebben op het toerisme, want het lijkt erop, dat we huilen voordat we geslagen zijn.”


José Miguel Bravo de Laguna, op dinsdag 27 maart 2012 in Madrid, voor de microfoon van persbureau EFE.

“Ik ben van mening,  dat men de proefboringen moet doen, om te zien wat voor voordelen deze kunnen opleveren,” zo voegde hij toe na het bijwonen van de vergadering  van de Cosejo Territorial de la Federación Española de Muncipios y Provincias (Vereniging van Spaanse Gemeenten en Provincies), “en als er milieu-garanties zijn en het is iets wat positief is op de Eilanden, kunnen we ons de luxe niet permitteren, dit af te wijzen.”

“Men spreekt altijd over aardolie als het zwarte goud,” zo voegde Bravo de Laguna toe, “en het is waar, dat ik geen land ken wat nee zegt tegen de mogelijkheid te beschikken over het zwarte goud van eigen bodem en daar niet van zou profiteren.”

In dezelfde lijn benadrukte hij, “we praten er al lang over, dat we de economie van de Eilanden moeten diversifiëren en niet alleen van het toerisme afhankelijk moeten zijn, hoe belangrijk dit ook is.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg

 


Mogelijk terugkeer problemen
tussen Spanje en Marokko vanwege aardolie

CANARIAS - dinsdag 27 maart 2012 - Als Spanje niet snel op zoek gaat naar de mogelijk aanwezige olie in de zee bij Lanzarote, is de kans groot dat Marokko er met het ‘zwarte goud’ vandoor gaat. Dit vermoeden is op woensdag 21 maart 2012 uitgesproken door de Spaanse minister van Industrie, Toerisme en Handel, José Manuel Soria, tijdens een gesprek met radiostation ‘Onda Cero’

Zeegrens
Volgens Soria zijn er twee opties áls er aardolie aanwezig is. De eerste is, dat Marokko zich alle olie toe-eigent en de tweede is dat Spanje en Marokko elk het evenredige deel opboren, gebaseerd op de zee-grens tussen de landen, die precies over de vermoedelijke vindplaats loopt.

Bekend is al, dat Rabat toestemming aan verschillende bedrijven heeft gegeven om proefboringen in Marokkaanse wateren uit te voeren.

Afhankelijk

De kans dat er olie gevonden wordt, schat Soria op 20%. De minister is van mening, dat Spanje zich niet de luxe kan veroorloven, om de mogelijke olievoorraad aan zich voorbij te laten gaan. Zeker gezien het feit, dat Spanje  grotendeels van het buitenland afhankelijk is ,om in de energiebehoefte te voorzien.

140.000 vaten per dag
Deskundigeb hebben berekend, dat de mogelijke aardolievoorraad goed kan zijn, om gedurende twintig jaar 140.000 vaten per dag op te pompen. Dit is gelijk aan 10% van de dagelijkse consumptie van Spanje. Dat zou betekenen, dat Spanje de energierekening met 28 miljard euro omlaag kan brengen.
 
Milieu
De minister ontkende verder in het interview met Onda Cero, dat de boringen naar olie schadelijk zouden zijn voor het milieu dan wel voor het imago van het populaire vakantie-eiland.

Soria  kwalificeerde de discussie daarover als: ‘onnodig en ongefundeerd’ en benadrukte het feit, dat naar verwachting op 61 kilometer uit de kust van Lanzarote en Fuerteventura, ‘midden in de Oceaan’, op volle zee geboord kan gaan worden.
canarias2_large.jpg

Juridische stappen
Ondertussen neemt de De Canarische Regering juridische stappen, om de zoektocht naar olie voor de kust te stoppen.
President Paulino Rivero vindt dat de Spaanse Regering ‘een gebrek aan respect toont’, door toestemming te geven voor de proefboringen bij de Eilanden, zonder eerst de Canarische Regering te hebben geraadpleegd.
1-AAAAislas-canarias-kopie-334.jpg


Soria:
´Rivero dreigt Canario’s en reisorganisatoren
met de aardolie’

MADRID / CANARISCHE EILANDEN - maandag 26 maart 2012 - De minister is van mening, dat twee miljoen eilandbewoners tegen hun president hebben gezegd: “Ga naar huis!”

"Twee miljoen Canario’s hebben tegen Paulino Rivero gezegd; ga naar huis, we willen je niet, richt niet meer schade aan voor Canarias”, zo heeft de  minister van Industrie, José Manuel Soria aangegeven, na de protesten tegen de proefboringen naar aardolie te hebben gemeten en waarbij het duidelijk is, dat de meerderheid van de Canario’s niet aan deze protesten heeft deelgenomen. Op zondag 25 maart 2012 waren Soria en Rivero de hoofdrolspelers van een nieuw hoofdstuk in  de politieke rel is die ontstaan naar aanleiding van de proefboringen naar aardolie door Repsol

   De ontmoeting in januari 2012 tussen de minister van Industrie, José Manuel Soria,
                                en de Canarische president, Paulino Rivero.

“De betogingen zijn ronduit een mislukking van de uitnodiging van de Canarische Regering en haar president Paulino Rivero”, zo heeft de uit Telde (Gran Canaria) afkomstige minister aangegeven betreffende de woede van de demonstranten op zaterdag 24 maart 2012.

“Rivero heeft belastinggeld gebruikt om angst te zaaien onder de Canari@’s, maar dit is geen onwetende natie. Zijn leugens en bedrog zijn gedoemd tot mislukken,” zo voegde Soria toe.

Volgens Soria, heeft president Rivero politiek afgedaan en rest hem niets anders, dan de mobilisering op Lanzarote en Fuerteventura op te zwepen.

“Het enige wat hem rest, is bangmakerij,” zo heeft de minister van Industrie opgemerkt met verwijzing naar Rivero.

“In dertig jaar van democratie heeft men niet een soortgelijke campagne gezien, om een volk te terroriseren,” merkte hij op, Soria houdt vol, dat het gevolg geven aan de oproep op Lanzarote te wijten is aan het feestelijke karakter van de dag, “Als men je uitnodigt voor een feestje, dan ga je. De mensen komen, als er te eten en te drinken is, zoals men op Lanzarote heeft gedaan; een eiland met 30% werkloosheid, waarvan 50% jeugdwerkloosheid,” benadrukt Soria die het gebeurde betitelt als: “puur Venezolaans Chavisme”.


De protestdemonstratie op Fuerteventura, zaterdag 24 maart 2012.

“Rivero is bij geen enkele protestdemonstratie aanwezig geweest, omdat hij geweten heeft, dat dit op een mislukking uit zou gaan lopen. Hij heeft belastinggeld gebruikt, om duizenden mensen op de been te brengen, maar  zélf wilde hij niet de verpersoonlijking van de mislukking zijn. Het is fout, dat hij naar Uruguay is gegaan,” zo legt minister Soria uit.

“Ik denk, dat we een rustige lezing moeten maken van wat de Canarische Regering heeft gedaan.”

Belachelijk in het buitenland
Een van de aspecten die de minister van Industrie en Toerisme het meest zorgen baart, is: “Dat de Canarische Regering  zich aan het ‘belachelijk’ maken is in het buitenland.”

“Er bellen reisorganisatoren naar het Ministerie, die ons zeggen, dat zij telefoontjes ontvangen van de Canarische Regering, om hen te zeggen, dat ze voorzichtig moeten zijn met de aardolie,” zo vertelt de minister, die het in het bijzonder betreurt, dat men de toeristische leidinggevenden, “aan het bang maken is.”

“Hij voelt zich in het nauw gedreven, zonder partij en zonder toekomst,” legt Soria uit met verwijzing naar Paulino Rivero, “en nu moet hij verder, maar het is een verspilde inspanning die leidt tot melancholie.”

 Wat de minister niet begrijpt, is de reden waarom Rivero van mening is veranderd over de proefboringen, “omdat we op 2 januari 2012 een persconferentie hebben gegeven, waarin hij de proefboringen steunde. En ik zeg niets over José Miguel Pérez (de president van het Eilandbestuur van Gran Canaria - red.)  die verklaard heeft, ons blindelings te zullen steunen.”

Soria heeft herinnerd aan het aanbod aan de PSOE, “dat men een gerede kans heeft, een regering te vormen met de Partido Popular (PP) en zich af te keren van Coalición Canaria (CC).”
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


Rabat vraagt Rajoy om
´overleg´ over de aardolie in Canarische wateren

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - vrijdag 23 maart 2012 -  Marokko is er duidelijk over, dat proefboring bij de eilanden een ‘moeilijk’ onderwerp is wat toestemming van beide partijen nodig heeft.

De minister van Industrie, Handel en Nieuwe Technologie,  Abdelkader Amara, van Marokko heeft op woensdag 21 maart 2012, de Spaanse regering om overleg gevraagd, om op een rustige manier in  te gaan op de proefboringen naar aardolie welke men heeft goedgekeurd in Canarische wateren. De peilingen nabij de scheidingslijn zijn een ‘moeilijk te benaderen’ onderwerp, dat alleen behandeld kan worden “vanuit overeenstemming”, en anders, “ zal dit geen goed begin zijn.” Een vordering van overeenkomst die als een verassing komt voor minister José Manuel Soria.
 
            Abdelkader Amara.                                 José Manuel Soria López.
De Spaanse minister van Energie heeft aan de persmedia laten weten, dat er tijdens de ontmoeting die beide ministers  gehad hebben op  woensdag 21 maart 2012 in Madrid, op geen enkel  moment het probleem van de scheidslijn aan de orde is geweest, Soria heeft verzekerd, dat zijn evenknie zelfs niet de goedkeuring heeft willen noemen op 61 kilometer van Fuerteventura, een locatie dicht bij de grenslijn- niet officieel, maar overeengekomen - welke de territoriale wateren van beide landen scheidt

Na deelgenomen te hebben aan een seminar over de mogelijkheden tot investeren in Marokko, die georganiseerd is door het Marokkaanse Agentschap voor Investeringsontwikkeling, heeft Adelkader er op aangedrongen, dat men alleen met akkoorden het onderwerp aardolie kan behandelen .

De Marokkaanse minister van Industrie heeft toegegeven, dat hij niet voldoende bewijzen heeft, om resultaten bekend te maken van onderzoeken welke men een aantal jaren geleden heeft verricht bij proefboringen in Marokkaanse wateren in de nabijheid van de Spaanse territoriale wateren - het Marokkaanse Bureau voor Aardoliewinning en Mijnbouw heeft  alleen al in de Atlantische Oceaan 45 goedkeuringen verleend.

Hij voegde hier aan toe, dat de blik van de twee Regeringen positief gericht moet zijn op het benaderen van nieuwe proefboringen en hij heeft tijd gevraagd, omdat de beide Regeringen pas aan hun mandaat zijn begonnen.

Maar hij gaf echter aan, “dat Rajoy van de Partido Popular (PP) is, met alle politieke betrokkenheid van dien en, dat de minister-president van Marokko van de Partij voor Recht en Ontwikkeling is, ook met alle politieke betrokkenheid van dien.

Minister Soria, die 2 uur lang met Abdelkader lunchte, beschrijft de ontmoeting als “heel ontspannen,” en gewijd aan uitsluitend de bespreking van energievraagstukken van beide landen.

De enige keer dat de goedkeuringen zijn genoemd, was door de Marokkanen toen zij zeiden , over weinig gegevens te beschikken na drie jaar proefboren.
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


Repsol voorziet uitstel proefboringen door politieke strijd

MADRID / CANARISCHE EILANDEN - maandag 19 maart 2012 - De door de aardoliemaatschappij verwachte tijd voor het verkrijgen van de vergunningen zal uitlopen van anderhalf naar twee tot drie jaar. De documentatie die Repsol moet aanleveren voor de evaluatie van de milieurapportage is overvloedig. Het is slechts het eerste deel van het proces waarvoor Repsol zelf een periode uittrekt van minimaal anderhalf jaar. Er gaan echter stemmen op binnen de oliemaatschappij zelf  die de duur van deze periode inschatten op twee tot drie jaar.

Al in 2001 zijn er testen uitgevoerd, maar de Rechtbank heeft die in 2004 verboden.  Destijds zijn er verschillende oliebronnen ontdekt op 70 kilometer uit de kust van Fuerteventura en Lanzarote, dicht  bij de maritieme grens met Marokko. Repsol maakt voor deze, mogelijke, oliewinning deel uit van een joint venture met het Australische Woodside (30%) en het Duitse RWE (20%).De bitterheid van het politieke debat vindt zijn weerslag in de bezwaren die de Canarische Overheden en milieuorganisaties te berde brengen telkens als er een openbare informatieronde plaatsvindt over de milieustudie die Repsol moet verrichten. De oliemaatschappij twijfelt er niet aan, dat het aantal bezwaren zal toenemen, waardoor de procedure slechts langzaam voortgang  zal vimden.

            PROEFBORINGEN VOOR DE CANARISCHE KUSTEN:

'Sandía' en 'Plátano':
Zo noemt men de twee belangrijkste locaties voor de proefboringen

Mogelijkheid: Repsol gaat ervan uit 20% kans te hebben  aardolie aan te treffen.
Afstand: De maatschappij bevestigt te zullen boren op 61 kilometer uit de Canarische kusten.
Diepte: De peiling vindt plaats op een diepte van 3.567 meter onder de zeespiegel.
Rendement: De maatschappij verwacht 500 miljard vaten olie op te pompen in 20 jaar tijd.
De tekst van de Wet op de Evaluatie van de Milieurapportage die is goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 1/2008 van 11 januari, geeft gedetailleerd de stappen aan die elk bedrijf moet nemen, dat dat voor het milieu gevaarlijke werkzaamheden uitvoert.

De betreffende wettekst detailleert - in Aanhangsel I -  welke de veronderstelde schadelijke activiteiten zijn. Daartoe rekent men, “de exploitatie van  maritieme afzettingen.”

Het verzoek tot opening van de procedure, dat Repsol naar de Spaanse Regering moet sturen, moet minimaal bevatten: “De definitie, de kenmerken en de plaats van het project; de voornaamste alternatieven die men overweegt en analyse van de mogelijke gevolgen voor elk van deze onderdelen en, een plaatselijke diagnose van en voor het betrokken milieu.”
                      LOCATIES VOOR DE PROEFBORINGEN:

                               Import van ruwe aardolie in Spanje in 2011.

Als het Ministerie van Milieuzaken eenmaal geïnformeerd is, zal dit moeten beslissen over de mate van de details welke de studie voor de milieueffectrapportage zal moeten bevatten. Men rekent met drie maanden voor het nemen van die beslissing.

Bij Repsol weet men, dat de uitvoerigheid van het document wat men van hen zal eisen, maximaal zal zijn, gezien het feit, dat het Ministerie zal moeten beslissen op basis van haar overleg met de  betrokken, andere Overheden. In het geval van Canarias, zal men tenminste moeten luisteren naar de Canarische Regering en de Eilandbesturen van Lanzarote en Fuerteventura, “naar andere fysieke of juridische personen, publiek of privaat, die te maken hebben met de bescherming van het milieu.

Als deze termijn eenmaal verstreken is, opent men een nieuwe termijn van twee jaar, waarin de aardoliemaatschappij de milieueffectrapportage zal moeten uitwerken, deze publiekelijk openbaar moet maken en zal moeten antwoorden op de bezwaren die zich voordoen.

Opnieuw zullen de Canarische overheden en de milieuorganisaties kunnen komen tot evenzovele meningsverschillen na lezing van de door Repsol opgestelde milieurapportage. Eenmaal deze termijn verstreken zijnde, heeft de aardoliemaatschappij zes maanden de tijd voor het opstellen van het finale document, waarover Madrid zich zal moeten uitspreken binnen uiterlijk drie maanden, aldus de wet.
sos_large.jpg
no-a-las-petroleras-11_large.jpg
1-AAAAislas-canarias-kopie-336.jpg 


Ondernemers zien afwijzen aardoliewinning als, ‘terugkeer naar het stenen tijdperk’

GRAN CANARIA - zondag 11 maart 2012 - De Canarische ondernemers hebben geen twijfel over de voordelen van het winnen van aardolie uit de zeebodem rond de Archipel. Rekening houdend met de technische veiligheidsmaatregelen, die een mogelijke vervuiling van de eilandstranden en een uitwerking op het toerisme, kunnen beperken, ziet men geen bezwaren  voor de exploitatie van  deze grondstoffen.
De president van de Alonso Domingo Groep, Sergio Alonso, beschuldigt de president van de Canarische Regering, Paulino Rivero, ervan, “ons terug te sturen naar de steentijd,” met zijn afwijzing van de proefboringen naar aardolie.

Ondertussen blijft de middenstand op Lanzarote en Fuerteventura zich verzetten tegen wat men op de rest van de eilanden, “de rijkdom onder de zee” noemt. Volgens de leiders van de werkgeversbonden brengt men hun manier van leven in gevaar.  De ondernemers van de andere eilanden begrijpen echter, dat men arbeidsplaatsen zal gaan creëren, dat er indirecte initiatieven zullen ontstaan en, dat dit voor de havens een aanzienlijke bron van inkomsten zal zijn.


Een schip voor het boren naar aardolie voor de rede van Las Palmas de Gran Canaria, gezien vanaf de Avenida Marítima.

“Hoe kan het een probleem zijn als er geld onder de zee zit!” We lijken idioten, als we dat niet benutten,” verzekert Santiago Santana Cazorla,  de horeca- en bouwondernemer die de houding van de Canarische Regering, tegen de proefboringen, als “demagogie” betiteld.


grupo-santana-cazorla-728729-e_large.jpg

Repsol becijfert, dat men op 61 kilometer ten noordoosten van Fuerteventura en het zuidoosten van Lanzarote, in het geval men er aardolie aantreft, gedurende 20 tot 25 jaar een productie van jaarlijks 998 miljoen vaten ruwe olie kan realiseren, als men de boorputten opent.
De meest optimistische winstverwachting van de aardoliemaatschappij gaat uit van een rendement van 2,24 miljard vaten. Daartoe voorziet Repsol een investering te doen van 9.9 miljard euro.

Rivero...
 
Domingo.         Santana Cazorla,        Grisaleña.

De Regering van Paulino Rivero negeert alle gegevens die door de aardolie maatschappij zijn aangedragen en benadrukt bovendien, dat de exploitatie van deze grondstoffen, de rijke en kwetsbare biodiversiteit van de Eilanden op het spel zet, evenals de belangen van de toeristische sector, die voor 30% bijdraagt aan het Producto Interior Bruto (PIB) (Bruto Binnenlands product - BBP) van Canarias.
Bovendien verzekert Rivero, dat van de jaarlijkse 2,2 miljard winst die Repsol becijfert, 35% verdwijnt in de schatkist van de Fiscus en, dat minder dan 10% ten goede zal komen aan de Archipel. Voor de Canarische Regering zijn de risico’s hoog en de winsten laag.

De Canarische Regering heeft aangekondigd een via de rechtbanken een oorlog te ontketenen, als het ministerie van Industrie aan Repsol toestemming geeft proefboringen te verrichten welke moeten uitmaken, of er inderdaad aardolie - petroleum en gas - aanwezig is en in welke hoeveelheid en van welke kwaliteit en, of de winning daarvan, wel rendabel zal zijn.

De argumenten
“De argumentatie van de  Canarische Regering zijn populistisch en missen elke logica,” benadrukt Sergio Alonso. “Het is een enorm gebrek aan respect voor de intelligentie van de Canari@’s.
Investeren is wat de economie op gang houdt, arbeidsplaatsen en welvaart creëert.
Het lijkt erop, dat we dit hier nog steeds niet hebben begrepen. Zo functioneert de economie in de gehele wereld. Dit in tegenstelling met obstakels opwerpen tegen elke mogelijkheid die ons kansen op vooruitgang biedt; obstakels, “die ons terugbrengen  naar het stenen tijdperk,” zo benadrukt de ondernemer.

De voorzitter van de Confederación Canaria de Empresarios (Canarische Federatie van Werkgeversbonden), Sebastián Grisaleña, voegt hier aan toe, “dat het eerste wat we boven tafel moeten krijgen, serieuze studies zijn,  over wélke garanties er zijn, wélke zekerheid, en wélke verplichtingen de maatschappij heeft, in geval van vervuiling. “Als  er garanties zijn en, als er technologie bestaat, dat deze activiteit ons niet schaadt, kunnen we niet de andere kant op kijken.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


Goedkeuring Ministerraad
aardolie-exploratie op Canarias

MADRID - zaterdag 17 maart 2012 - De viceminister-president en woordvoerster van de Spaanse Regering, Soraya Sáenz de Santamaría, heeft tijdens de persconferentie na afloop van de Ministerraad uitgelegd, dat men proefboringen zal verrichten op 60 à 70 kilometer voor de Canarische kusten en, dat de Staat besloten heeft deze kwestie te bevorderen, “voor het algemeen belang.”

De Spaanse Ministerraad heeft op vrijdag 16 maart 2012 goedkeuring gegeven voor de eerste proefboringen naar aardolie in de Canarische wateren, “op 60 tot 70 kilomet uit de kus van de eilanden,”  aldus is meegedeeld aan de communicatiemedia vanuit het Palacio de la Moncloa waar de Ministerraad heeft plaatsgevonden.

          De viceminister-president en woordvoerster van de Spaanse Regering,
                                          Soraya Sáenz de Santamaría,

Sáenz de Santamaría heeft uitgelegd, dat wat de Spaanse Regering heeft gedaan, het goedkeuren is van een eerder Koninklijk Besluit (KB) uit 2001, waarin  het proefboren naar aardolie wordt toegestaan.  Nadat dit KB in 2001 was goedgekeurd, is het voor de rechter gekomen en die heeft bepaald, dat de Staat een aantal maatregelen moet nemen om het milieu te beschermen.

De woordvoerster verzekert, dat men deze maatregelen heeft genomen, en dat het KB al sinds 2004 goedgekeurd had moeten zijn. Ze benadrukte, dat het enige wat men nu heeft gedaan, “het goedkeuren is van een KB waarvan de uitvoering wat langer op zich heeft laten wachten.”

Bij deze goedkeuring gevraagd naar de oppositie van  de Canarische Regering, heeft de viceminister-president eraan herinnert, dat Staat bevoegd is de proefboringen naar aardolie te regelen en, dat de Spaans Regering haar beslissingen neemt in het algemeen belang. Ze merkte op, dat de deskundigen verzekeren, dat er grote kans is, “dat er op de genoemde locatie aardolievoorraden bestaan ,” en, “als die bestaan, we moeten onderzoeken of dit inderdaad zo is.”

Soraya Sáenz de Santamaría heeft eraan herinnerd, “dat andere landen”, met verwijzing naar Marokko, ook  dezelfde mogelijkheid aan het onderzoeken zijn in hun territoriale wateren. Al met al, “zijn wij van niet mening , dat er argumenten zijn deze beslissing  langer uit te stellen,” zo bevestigde zij.


José Manuel Soria, de Grancanarische minister in de Spaanse Regering,
van  Industrie, Energie en Toerisme:

“...een kans, die Canarias niet kan afwijzen,”

Aardoliemaatschappij Repsol is verantwoordelijk voor het uitvoeren van de proefboringen op de zeebodem op ongeveer 60 kilometer uit de kust van Lanzarote en Fuerteventura.

Het begin van de studies en de start van de proefnemingen naar het bestaan van olievoorraden in dit gebuid zijn de afgelopen weken voorwerp van een sterke controverse op het Canarische politieke toneel geweest. De Grancanarische minister José Manuel Soria, verantwoordelijk voor Industrie, Energie en Toerisme, verdedigd de aardolie als “een kans, die Canarias niet kan afwijzen,” en dat hij heeft gerekend op steun van het Centro Canario Nacionalista, dat, echter,  gekomen is tot het publiekelijk vragen van een referendum voor het wel , of niet zoeken naar aardolie in de territoriale wateren rond de Archipel.

                        "Wij Canario's zijn rustig, Paulino Rivero waakt."

Daarentegen heeft de president van de Canarische Regering, Paulino Rivero,  blijk gegeven van zijn frontale afwijzing van de olieboringen, en heeft gevraagd  om beslissingsbevoegdheid van Canarias in deze zaak.

De aardolie is ook voorwerp van protest geweest bij ander politieke krachtvelden, zoals bij de socialisten en milieuorganisaties  en, is afgewezen door de Eilandbesturen van Lanzarote en Fuerteventura.
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


De aardolie zou wel eens
52.000 arbeidsplaatsen kunnen opleveren

SANTA CRUZ DE TENERIFE - woensdag 7 maart 2012 - De hoogste baas van Repsol, Antonio Bryfau, is op dinsdag 6 maart 2012 op Canarias aangekomen met de belofte van investeringen door de Spaanse oliemaatschappij, in het geval er aardolie wordt aangetroffen in de Canarische wateren, van $13 miljard (€9, 911 miljard). Omgerekend naar arbeidsplaatsen betekent dit: 52.000 nieuwe banen in de luwte van de olieboor platformen. De exploitatie van de aardolie zal plaatsvinden op zee, op 61 kilometer voor de kust van Fuerteventura en zal bovendien, “geen milieurisico’s opleveren...”

Het ondertussen al bekende antwoord van de Canarische Regering is, dat men mordicus tegen de proefboringen is. Men weigert deze ronduit, omdat de Autonome Regering begrijpt, dat de natuurlijke omgeving en daardoor de economie van de Archipel  in gevaar wordt gebracht en omdat men er aan twijfelt, of de winsten die men aankondigt, wel op Canarias terecht zullen komen.
             1331038981493large.jpg
                  
De ontmoeting van Antonio Brufau met Paulino Rivero
                    in Santa Cruz de Tenerife op dinsdag 6 maart 2012.
Regeringsbronnen kwalificeren, enkele uren later, de ontmoeting van Brufau met de Canarische president, Paulino Rivero, voornamelijk  als institutioneel. Een ‘witte boorden’-ontmoeting die minder dan 45 minuten heeft geduurd en waarin beide partijen zich hebben ingegraven in hun respectievelijke standpunten.

De proefboringen in de zoektocht naar aardolie veronderstellen een heropleving te zijn van de economie op de Eilanden via dienstverlenende industriële bedrijven en in geen enkel geval, zo benadrukte de president van Repsol na afloop van de ontmoeting, “dat men het milieu, noch het toerisme in gevaar brengt.” “In elk geval, “ zo heeft hij gezegd, “komen we milieumaatregelen na die Europa eist, die Spanje eist en die de deelstaat Canarias vraagt.”

“Wereldwijd is men in andere toeristenlanden dit  soort proefboringen op grote schaal aan het doen en is men daarmee  zeer ver voortgeschreden.” Een voorbeeld daarvan,” zo zei Brufau, “is Rio de Janeiro, waar men op 70 kilometer uit de kust honderden boorplatformen heeft liggen die aardolie en aardgas opleveren.”

Brufau heeft opgemerkt, dat als het Regeringskabinet van Mariano Rajoy de proefboringen  goedkeurt, het nog twee jaar zal duren voordat men daarmee begint. Voordien is het noodzakelijk projecten uit te voeren voor elke proefboring die men heeft gepland - “tenminste twee - zo stelt het ontwerp van het Koninklijk Besluit en van de plannen  voor de milieucontrole voor.
“In deze twee jaar zal men moeten plannen wat voor soort zaken met kan ondernemen,  in overeenstemming met de Canarische samenleving, om het meeste uit de investering te halen, waarbij we geïnteresseerd zijn, dat deze op de Canarische Eilanden blijft.”

Met de uitvoering van het project, zo verzekert de president van de oliemaatschappij, zal men niet alleen het toeristische model van de Eilanden respecteren, maar zal dit worden aangevuld met een activiteit die, werkgelegenheid genereert, “met een hoge toegevoegde waarde”. “Men zal arbeidsplaatsen creëren en veel.”

Repsol verzekert, dat met de effectieve levensduur van 25 jaar van haar Canarische installaties,  men de boorputten kan veranderen, “in een referentie voor duurzaamheid.” Een positie, die niet ver afstaat van die van het standpunt van de Regering, die daarentegen beweert, dat deze activiteit de toekomst van de Eilanden op het spel zet.
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


Binnenkort olie boorplatforms
voor de Canarische kusten?

CANARISCHE EILANDEN - maandag 27 februari 2012 - Momenteel is er weer veel discussie over de mogelijke aardolie-exploratie in  de nabijheid van de Canarische Eilanden.  De Minister van Industrie, José Manuel Soria, bepleit aardolie. De Canarische Regering wil haar aandeel in de  oliewinning, Fuerteventura en Lanzarote zijn sterk gekant tegen de olieboringen.

De minister van  Industrie - Soria - wil de aardoliemaatschappij Repsol vergunning geven voor proefboringen, maar de Canarische Regering is de messen al aan het slijpen;  men wil zelf beslissen.  Op zijn minst moet worden aangegeven in hoe verre - en hoeveel -  de regio profiteert van succesvolle resultaten.

Daarentegen maken de Eilandbesturen van Fuerteventura en Lanzarote zich druk en willen ze, om milieutechnische redenen, alles blokkeren.

Eind 2001 heeft de oliemaatschappij Repsol al vergunning gekregen, om op negen locaties  in de nabijheid van de Canarische Eilanden haar olie te boren.
De eerste seismische onderzoeken zijn veelbelovend en de oliemaatschappij is al voorbereidingen aan het treffen, om in het, op een afstand van  ongeveer 25 kilometer voor de kust van Fuerteventura en Lanzarote gelegen gebied van 6160 km,² proefboringen te gaan verrichten. Men verwacht tot 1,4 miljoen vaten aan te treffen, wat neerkomt op 50.000 m³ ruwe aardolie. Vlak voor de start van de proefboringen is men het Koninklijk Besluit, waarmee aan Repsol toestemming is gegeven naar aardolie te boren, opnieuw onder de loep gaan nemen, omdat Repsol geen milieurapportage heeft aangedragen. De  Hoge Raad heeft daarop zonder plichtplegingen de Spaanse vergunningen ingetrokken.


Worden de proefboringen toegestaan en treft Repsol aardolie aan, dan kunnen de olieboorplatforms in de niet al te ver weggelegde toekomst in de nabijheid van de Canarische Eilanden voor anker gaan.


Tweede poging

Nu is de  mogelijke aardolieproductie voor de Canarische Eilanden weer een dagelijks veel besproken onderwerp. De aanleiding daartoe is gegeven door de minister van Industrie, de van de Canarische Eilanden afkomstige José Manuel Soria ,  die op 31 januari 2012 in het Huis van Afgevaardigden heeft gezegd, dat hij de proefboringen naar olie niet in de weg zal staan. Kort daarop is de goedkeuringsbehandeling van start gegaan, waarbij de oppositie een bezwaartermijn heeft gekregen van tien  dagen.

De Canarische Regering en de Eilandbesturen van  Fuerteventura en Lanzarote reageerden meteen furieus op de snelle invoering van de procedure en de korte bezwaarperiode tot het kunnen indienen van  tegenargumenten, zodat Soria die uiteindelijk met tien dagen heeft verlengd.

Bevoegdheden en milieu
De president van de Canarische Eilanden, Paulino Rivero, heeft verontwaardigd gereageerd en gezegd, dat de Spaanse Regering zich teveel aanmatigt. Omdat het bij het betreffend gebied om Canarische wateren gaat, waarover alleen de deelstaat Canarias te beslissen heeft. Zou er over de hoofden van de Canario’s heen, besloten worden naar olie te gaan boren, dan moet de Spaanse Staat er minstens voor zorgen, dat niet alleen de olieconcerns daar rijker van worden.

In een interview met dagblad ‘El Día’ heeft Manuel Pérez, hoogleraar Internationaal Privaatrecht aan de Universiteit van Las Palmas de Gran Canaria, de Canarische president tegengesproken, door te verklaren, dat het gaat om Spaanse wateren en, zolang Madrid de bevoegdheid niet aan de Eilanden afstaat, de Spaanse Regering het alleen beslissingsrecht heeft.

Waarop de woordvoerder van de Canarische Regering, Martín Marrero, heeft laten weten, dat men bij het Canarische Parlement om steun zal vragen, te zoeken naar de bevestiging van de eigen bevoegdheid. “Er zal geen olie zijn, als de Canarische Eilanden dit niet willen, aldus  Marrero, letterlijk geciteerd. Als de Spaanse Staat op haar standpunt blijft staan, zal men dit met alle middelen bestrijden.

Bovendien zijn de Canarische autoriteiten van mening, dat de geïnteresseerde aardoliemaatschappijen  een vergunning krijgen, die uitsluitend tot het voordeel van de Eilanden strekt

De minister van Industrie, Soria, heeft in elk geval  op 16 februari 2012 verklaard: “dat het in het algemeen belang van Spanje en van de Canarische Eilanden is, dat de proefboringen doorgaan. Volgens Soria worden deze uitgevoerd op 60 kilometer voor de kust, in Spaanse wateren en, dat de milieuproblemen opgelost zijn, dat Repsol opnieuw een aanvraag voor de proefboringen heeft ingediend en, dat de instanties inspraakmogelijkheid hebben gehad, waarbij zowel de Canarische Regering, evenals de Eilandbesturen van Fuerteventura en Lanzarote officieel bezwaren hebben ingediend.

De president van  het Eilandbestuur van Fuerteventura, Mario Cabrera, heeft aangegeven, dat in tegenstelling tot Soria’s uitspraken, de proefboringen  slechts 11 kilometer uit de kust zullen plaatsvinden. Bovendien is de eerste milieurapportage nog steeds niet volledig, want de uitwerking op de walvissen is niet onderzocht en ook niet, wat de concrete maatregelen zijn die worden uitgevoerd als zich olielekkage mocht voordoen.
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


Repsol heeft alles klaar
voor zoektocht naar aardolie op Canarias

Legergeneraal zaait paniek met oorlos dreiging Marokko

CANARISCHE EILANDEN - vrijdag 27 januari 2012 - Het begin van een studie door het Spaanse Ministerie van Industrie, Energie en Toerisme, dat geleid wordt door minister José Manuel Soria, of het haalbaar is, om de zoektocht naar aardolie voor de kust van Lanzarote en Fuerteventura opnieuw te hervatten, heeft niets veranderd aan de houding van Repsol. De onderneming is in afwachting van een concessie  van de overheid, die het mogelijk maakt proefboringen te doen waarmee men de hoeveelheid aanwezige aardolie kan bepalen, die in 2008 door de directeur van Repsol, Antoni Brufau, geschat is op 1miljoen vaten. Maar voordat dit gebeurt, zo heeft de Grancanarische Soria meegedeeld, zal voldaan moeten zijn aan de voorwaarde, te kunnen rekenen op de instemming van de Canarische Regering.

Officieel, verzekert de laatste oliemaatschappij die nog in  Spaanse handen is, geen enkele mededeling van het ministerie te hebben ontvangen, maar de belangstelling blijft en het aantreffen van aardolie zoals Brufau voorspelt, betekent een keerpunt op de Spaanse energie-kaart. Het is een ontdekking die, internationaal gezien, niet van invloed is op de sector, maar die wel de grote buitenlandse afhankelijkheid van Spanje voor  haar brandstofvoorziening met 90% doet afnemen.

Het Ministerie heeft het “gezag” om vrij baan te geven aan de verwachtingen van de oliemaatschappij in de zoektocht van vindplaatsen voor aardolie, maar minister Soria heeft op dinsdag 24 januari 2012  laten weten, dat men alleen op zoek zal gaan als men de “instemming” heeft van de autonome Regeringen.

Tijdens het bezoek, dat de minister begin januari 2012 aan Gran Canaria  bracht, heeft  de Canarische president, Paulino Rivero gevraagd, dat het nieuwe Régimen Económico y Fiscal (REF) (Economisch en Fiscaal Regime) voorziet in een belasting op oliewinning; een kwestie, die de minister aanvaardbaar acht.

Maar voordat het zover is, zullen er eerst andere oneffenheden moeten worden gladgestreken. De president van het Eilandbestuur van Lanzarote, Pedro San Ginés, net als Paulino Rivero,  lid van Coalición Canaria (CC),  heeft op dinsdag 24 januari 2012 tegenover de persmedia verzekerd, “dat de oliewinning, ondanks de economische voordelen, nadelig zal zijn voor Lanzarote.”

San Ginés, die benadrukte, dat hij zijn uitlatingen doet op persoonlijke titel, heeft gezegd, “dat als er aardolie aanwezig is voor de kusten van Lanzarote en Fuerteventura, men spreekt over een  voorraad die voldoende is voor 30 jaar, terwijl een zekere  risicodreiging op winst heel hoog is bij een dergelijke hoeveelheid.

Belofte
De Eilandpresident heeft ook gezegd, dat hij verwacht, dat Mariano Rajoy de belofte van de Regering Zapatero zal nakomen, geen toestemming voor  aardoliewinning te geven zonder de instemming aan de lokale en regionale overheden.

Op zijn beurt heeft de minister van Financiën,  Javier Gonzáles Ortiz, opgemerkt, dat men eerst zal moeten bepalen wie toestemming moet geven voor deze aardoliewinning: de Spaanse Staat, of Canarias, “want tot op heden zit er geen voordeel in  voor de deelstaat Canarias.”

González Ortiz  heeft gezegd, “dat dit deze discussies , die voor de nodige onrust zorgen, niet via de persmedia gevoerd moeten worden. Hij heeft de Spaanse Regering gevraagd, dat men zich laat informeren over wat de Europese Unie gaat doen aan  de voorwaarden van exploitatie en zei “dat dit vraagt, om aan tafel te gaan zitten, om de voorwaarden te kennen.”

De minister merkt op, dat men de proefboringen moet doen,  als er overeenstemming bestaat tussen de Spaanse Staat en Canarias, waarbij men moet garanderen, dat er economisch voordeel te behalen is  voor de Eilanden.

Paniekzaaierij door legergeneraal 
zorgt voor onrust in de toeristenindustrie

De president van Fuerteventura, Mario Cabrera, is van mening, dat de uitlatingen van luitenant generaal Muro ontrust veroorzaken in de toeristenindustrie en hij beschuldigt het Leger dan ook van paniekzaaierij. Muro is van mening, dat de antennes van Muro bijgesteld moeten worden.

Cabrera, heeft op dinsdag 24 januari 2012 het Hoofd van het Militaire Commando van de Canarische Eilanden, luitenant-generaal Cesar Muro Benayas, ervan beschuldigd,  paniek op de Archipel te veroorzaken  met zijn verklaring,  dat de ontdekking van aardolie in gebieden dicht bij de Canarische Eilanden ,de spanning met Marokko verhoogt. De eilandpresident vraagt om een betere afstemming van de coördinatie tussen het leger en het Ministerie van Industrie.


Muro, op Fuerteventura. De luitenant generaal César Muro Benayas heeft op dinsdag 24 januari 2012 in de kazerne van het Regiment Soria 9 de afscheidsceremonie geleid van de stafchef van de Brigade Licht Infanterie op Canarias, Francisco Martín Alonso, wiens reputatie het in juni 2010 zwaar te verduren kreeg in de pers, toen men ontdekte, dat zij n echtgenote als spookrijdster was gesignaleerd en in tegengestelde rijrichting heeft  gereden in de hoofdstad van Gran  Canaria.

De uitlatingen van generaal Muro, die  op woensdag 25 januari 2012 zijn gepubliceerd in dagblad ‘La Provincia’, hebben niet alleen voor een dreun bij de instanties op Fuerteventura gezorgd, maar ook bij zijn werkgever, die de uitlatingen van de generaal afwijst, omdat men begrijpt, dat dit paniekzaaierij is onder de eilandbevolking en bij de miljoenen toeristen die de Canarische Eilanden bezoeken.

Mario Cabrera is van mening, “dat men op deze manier geen paniek moet zaaien op eilanden die van het toerisme leven en, dat men juist het  rustige imago moet benadrukken.” Ook voegde hij toe, “dat als  proefboren  naar aardolie al militaire dreiging en het risico op vervuiling met zich meebrengt, dat het dan beter is,  dat men dit niet doet.”

Naar de mening van de president van het Majorero Eilandbestuur, “zijn  we er niet, om een gehele industrie  en een levenswijze op het spel te zetten voor de belangen van sommige oliemaatschappijen die niet zijn gevestigd op Fuerteventura, er geen personeel hebben en er ook geen arbeidsplaatsen scheppen. Hier zijn geen raffinaderijen, en geen gasinstallaties en er zijn ook geen grote, industriële havens, er zijn geen specialistische arbeiders die kunnen werken op olieplatforms op  volle zee. Dus, voor wie brengt dit voordeel?”

Schade
Mario Cabrera voegt hier aan toe: " Wat we hier hebben, is een toeristische sector, die leeft van de kwaliteit van onze wateren en van onze natuurgebieden, waaraan elke beschadiging of vervuiling een onherstelbare schade kunnen veroorzaken.”

Nog overtuigender toonde Cabrera zich door op te merken; “Wat  me nog meer zorgen baart, is , dat op dezelfde dag, dat de gedeputeerde (van de CCN), Nacho González  tegen de minister van Industrie en Toerisme, Manuel Soria, zegt, dat men een studie zal verrichten naar de waarde van de verwachtingen, de stafchef van het Leger naar  Canarias komt, om te zeggen, dat de proefboringen naar aardolie militaire spanning met Marokko zullen veroorzaken en,  dat het daarom noodzaak is, meer militaire installaties te bouwen.”

Muro Benayas sprak ook over de noodzaak, de antennes in La Muda bij te stellen vanwege de nabijheid van het Afrikaanse continent en een oorlog door de aanwezigheid van Al Qaida terroristen in de islamitische Magreb.

Anderzijds heeft de afgevaardigde van de CC-PNC, Pedro Quevedo, aangegeven, “dat Defensie voorbijgaat aan de  positie van de Canarische instanties en die van Fuerteventura, voor wat betreft La Muda.”
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


Een halve eeuw Canarische aardolie

LAS PALMAS DE GRAN CANARIA - maandag  30 januari 2012 -  Het verhaal van de aardolie, die mogelijk onder de zeebodem bij de eilanden en onder het Saharazand aanwezig is, veroorzaakt minioorlogen, ontvoeringen, spionage en onafhankelijkheidsmanoeuvres…

In 1958 resteerden nog een paar molens op de eilanden, voor het oppompen van putwater, of om te malen. De meeste anderen waren verroest en hun wieken leken op kapotte jaloezieën, Dat was in het jaar, dat de Franco-regering een wet goedkeurde voor de exploitatie van ruwe aardolie in- wat met naam en toenaam als “de provincie” werd aangeduid - de toenmalige Sahara Occidental (Westelijke Sahara).

                                       Een halve eeuw Canarische aardolie.
images39_large.jpg
De komst van civiele technici zorgde voor de eerste problemen in het gebied. “Ongecontroleerde benden, “volgens een internetpagina van de Parachutistenbrigade (Ministerie van defensie), gijzelden in maart 1961 een groep werknemers. Dan begint het zogenoemde ‘conflict van de petrolitos’(handelaren in ruwe olie). De Tweede Brigade van Brioac verhuist naar Samara en wordt meteen dringend naar El Aaiún gestuurd. Beide brigades werken samen met het Legión en de Nomaden-troepen, om “de orde” te herstellen.
701_large.gif

Een Amerikaanse mijlpaal
In Las Palmas de Gran Canaria was de terugtrekking aan de gang van Amerikaanse bedrijven die bij de exploitatie betrokken waren. Sinds de oorlog in Cuba, is het eiland Gran Canaria een oude bekende van de Verenigde Staten, toen Washington een  greep naar de macht in Spanje, blijkbaar bedacht door de Britse koning, verijdelde. In Maspalomas had de NASA een belangrijk  controlestation voor de ruimtevaart en op La Palma, hadden de CIA en de Marine lange afstand onderwater afluisterapparatuur, voor het registreren van de bewegingen van de Sovjet onderzeeërs.

Een slimme, ondernemende leraar, Pedro Sosa Santana (oprichter van het James Balmes college, vernoemd naar de uit Vic afkomstige, Catalaanse, katholieke priester, eminent politiek schrijver en filosoof), had het idee, een “Spaans-Amerikaanse” school op te richten en verwierf een enorm chalet, dat in aanbouw was in Monte Lentiscal (Tafira) en beschikte er over een grote ‘sport patio’. Tot halverwege de jaren zestig leefden de Amerikaanse jongens en meisjes die - tijdens de proefboringen - op het internaat zaten, samen met de eilandbewoners. Zij speelden, uiteraard, Amerikaans voetbal en benaderden zonder vooroordeel de lokale bevolking. Tot aan het begin van de jaren zeventig, zoals staat te lezen op de officiële internetpagina van de RASD (República Árabe Saharaui Democrática) (Democratische Sahrawi Republiek), toen Mobil Oil, Gulf, Texaco en ESSO 180.000 km ² ontoegankelijk terrein vol zand en rotsen verkenden.
fgrgerg_large.jpg
“Er zou iets zijn,” zo vertelde een militair van de ‘Operación Golondrina’ (Operatie’ Zwaluw”), temidden van de volop aan de gang zijnde, overhaaste dekolonisatie. “Maar de resultaten zijn geheim.” Hetzelfde verzekert een lid van Polisario (de politieke beweging die strijdt voor de onafhankelijkheid van de Westelijke Sahara), voor wie het een feit is, “dat daar belangrijke energiebronnen zijn.”

Net zo snel als de Amerikanen kwamen, zo snel verdwenen ze ook weer. Een periode van stilte viel over die operatie, die ongetwijfeld het doel had, hulpbronnen te zoeken die het “ontwikkelingsplan” ondersteunden. Officieuze bronnen bevestigen, dat het op wereldschaal  “mogelijk” niet rendabel was wat men had gevonden: “slechte kwaliteit en hoge exploitatiekosten,” zo biechtten zij op. Het woestijnzand was onverbiddelijk voor de boorlocaties, die alleen bestaan in de documentatie van het Departement generaal Mijnbouw, in de vergunningen die de oliemaatschappijen bewaren en, in de herinnering van een enkele Sahrawi en Canario. Met een scheef oog keek men naar de nabijgelegen Archipel. De ‘olie-bel’ zou zich kunnen uitstrekken van onder de zeebodem nabij de eilanden, tot aan de ondergrond van de woestijn.

Opleving van de zwarte schat
In 1978 wordt de “Canarische” aardolie weer actueel. De Minsterraad keurt in februari snel de Wet goed - de commissie en het Congres loste de zaak binnen twee dagen op -, die de Zona Económica Exclusiva (het Uitzonderlijk Economisch gebied) in het leven roept en die toentertijd, meer dan wat ook, een strategische, politieke manoeuvre was voor de middellange tot lange termijn.

Eenmaal de dekolonisatie van de Sahara geconsumeerd, heeft Marokko, na het verdrag van Madrid, zijn territoriale wateren uitgebreid; zodanig, dat die reiken tot op 12 mijl van de Archipel. Het in Madrid verklaarde doel was, om,  na regelmatige confrontaties met de autoriteiten in Rabat, de rijkdom te verzekeren voor de vissersvloot van de Eilanden. Maar dit was, op zijn zachtst gezegd, de buitenkant.

De ‘Club van 200 Mijl’ - zoals deze is aangeduid in een uitgebreide reportage welke op zondag 22 januari 1978 is gepubliceerd in dagblad ‘La Provincia’-  gevormd door Peru, Chili, Ecuador. Argentinië, Uruguay, El Salvador, de Gemeenschappelijke Markt (de huidige Europese Unie), de Verenigde Staten en de USSR (Sovjet Unie), die hun “economische wateren” hadden goedgekeurd, was de perfecte dekmantel.  Spanje als zeemacht, met aanwezigheid in de Atlantische Oceaan, had de legitieme ‘collectiviteit’ gevonden.

Een wet opent de deur
De Wet 15/1978, van 20 februari, had wederzijdse effecten, die ook zijn onthuld door dagblad ‘La Provincia’. Een aspect was, het op gelijke voet onderhandelen met Marokko over de vaststelling van de scheidslijn - waarin een amendement van de socialisten is opgenomen, als ‘de buikriem van de Archipel’  en,  die men in 1982  bij de Verenigde Naties naar voren bracht inzake het Zeerecht in Montego Bay (Jamaica) - in een poging, “het consumeren” als feit te laten vaststellen.
Het andere aspect was, wat diverse geraadpleegde deskundigen beschouwen als,“rationele aanwijzingen, van het bestaan van aardolievoorraden in nabijgelegen gebieden.

Van de plaatselijke legende over Canarische aardolie, werd dit, met het oog op de toekomst, iets reëel.  Het was iets, “voor het  geval, dat…” Antonio Márquez Fernández, econoom, en destijds, als UCD-politicus, adviseur van het Ministerie van Transport, diepte dit aspect nog uit: “De concrete mogelijkheden op het gebied van mineralen in de zeebodem, aardolie enz. (zo moet men overwegen) lijken momenteel een beetje op science fiction, maar er bestaan gegevens, die daar anders over doen spreken. “In Marokko denkt men daar net zo over, maar dan wel in hun eigenbelang. “In de afgelopen jaren” - zo onthult men -  “heeft Hassan II vergunningen gegeven voor onderzoek en proefboringen in de wateren dicht bij de Canarische Eilanden.” De details heeft men gepubliceerd in diverse media. In feite handelde de Spaanse Regering op twee parallelle wegen: de politieke en die, welke het Nationale Programma voor Mijnbouwonderzoek heeft aanbevolen. Als men een schat heeft aangetroffen, laten we die dan gaan zoeken, net zoals anderen dit doen, zo zou de samenvatting kunnen luiden.
canarias-fuerteventura-molino-puerto-lajas_large.jpg
In 1977 waren er geen windmolens, behalve enkele die men bewaarde als decoratieve elementen, de eerste ‘windmolenturbines’ waren de oude molens die - net zoals vliegtuigen lijken op vliegende schotels - in de jaren 90 arriveerden, en die men in het jaar 2000 aan het netwerk toevoegde.
swift-windmolen_large.jpg
Toen José Manuel Soria, minister van Industrie, Handel en Toerisme in het regeringskabinet van Mariano Rajoy, opnieuw het onderwerp ruwe aardolie heeft aangesneden, kort nadat hij als minister was aangetreden, is er feitelijk in de afgelopen 54 jaar nauwelijks iets veranderd.

In principe strijden Marokko en Spanje 'sotto voce' (op zijn zachtst gezegd) om een zee, die aardolie- en aardgasvoorraden kan bevatten, maar men weet niet goed hoe en ook niet, in welke hoeveelheden.

Beide Staten zijn met elkaar in contact getreden en hebben, wat dit betreft, akkoorden ondertekend met multinationals in de ruwe aardolie-industrie. Repsol lijkt daarbij de eerste te zijn, om een definitieve stap voorwaarts te zetten. Maar er is een nieuwe werkelijkheid in de energievoorziening:
Toen Antonio Márquez in januari 1978 zei, dat aardolie vinden, op een fantasieverhaal lijkt, dacht men hetzelfde over het veranderen van de wind in een stabiele en toereikende energiebron. De molens uit de traditionele landbouw, voorafgaand aan een industriële economie en die van het toerisme, hebben - ondanks diverse moeilijkheden, incompetentie en, een grote dosis corruptie - geleid tot een ware aaneenschakeling van ‘windmolenparken’.

In sommige regio’s, zoals Navarra en Galicië, overtreft de windenergie, die is toegevoegd aan  het elektriciteitsnet, die van de traditionele warmtekracht-, kolen- en gascentrales.
Angela Merkel, leider van de Duitse CDU, heeft na het ongeluk met de kerncentrale van Fukushima de geldigheidskaart voor atoomenergie getrokken en heeft voorgesteld, om de die te vervangen door die van wind en gas, waarmee de SPD en de De Groenen het eens zijn.
Obama op zijn beurt, zet zich eveneens ervoor  in, om  maximaal de mogelijkheden van de wind te gebruiken, en neemt als voorbeeld Spanje en haar goed florerende, vooruitstrevende industrie voor duurzame energie.

Mettertijd raakt de aardolie op en - binnen iets meer dan een decennium - voert men waarschijnlijk geen ‘aardolie-oorlogen’ meer en is het niet langer de moeite waard, daarmee regeringen omver te werpen, want de globalisering maakt dit steeds moeilijker: internet heeft de sociale onderlaag van alle landen bereikt die dit soort acties afwijst; als iets, dat onverenigbaar is met de regels van de democratie.

Toenemende spanning
Toen in oktober 2000 in de persmedia berichten verschenen over Repsol YPF en twee ondernemingen, een Duits en een Australisch bedrijf, betreffende het onderzoek van gas- en aardolievelden in een gebied vlakbij Canarias, is de polemiek hernieuwd.   

Koning Mohamed VI.

Er is een belangrijke datum: op 21 december 2011 heeft de Ministerraad aan Repsol toestemming verleend in de Atlantische Oceaan, voor de kusten van Lanzarote, onderzoek te verrichten en - hoewel het Hooggerechtshof dit in 2004  provisioneel en gedeeltelijk verhinderde, omdat niet voldaan was aan de verplichte milieu beschermings maatrelen - is koning Mohammed VI niet rustig blijven toekijken.

Opeens deden zich onvoorziene omstandigheden voor, die in een enkel geval  ‘mysterieus’ waren.  In  de eerste helft van 2002  lijken de betrekkingen tussen Rabat en Madrid op een hogedrukpan waarvan het veiligheidsventiel dreigt af te vliegen. Met de diplomatieke verklaringen die in de nationale en internationale persmedia verschijnen, duiken de meningsverschillen op over verlenging van het visserijakkoord met de Europese Unie, de herhaalde opeising van Ceuta en Melillla, het conflict over de Sahara… en de ‘Perejil oorlog’ tussen 11 en 20 juli, met de bezetting van het ‘Peterselie’-eilandje door Marokkaanse soldaten en het “terugveroveren” ervan door Spaanse elitetroepen, was een ernstig incident, ondanks de  anekdotes die de ronde deden, die deze kwestie frivool maakten.

Chronologisch zijn er tussen 2002 en 2004 andere, belangrijke gegevens, zoals een ‘geheime oorlog’ waarbij de Marokkaanse inlichtingendiensten de mogelijkheden van het internet benutten voor het opzetten van een brede vergiftigingsactie, die enerzijds ontdekt is door een journalist en door CNI. Honderden artikelen en ‘ingezonden brieven’ werden vanaf diverse spookservers gestuurd naar lokale en nationale media. Een onderzoek van dagblad ‘La Provincia’ ontdekte, dat geen van deze ‘afzenders’ bestond in de volkstelling. Het waren “spoken’. Ondertussen betaalden onafhankelijkheidsbewegingen advertenties in de eiland pers, waarin zij de stelling van Marokko ondersteunden. Een enkele meldde, dat  deze vriendelijk was ontvangen door de autoriteiten in Rabat.



De Canarische vlag met de zeven sterren, de onafhankelijkheidsvlag, die de Canarische overheid niet graag ziet.

Op 7 januari 2002 geeft de Frepic Awañac (een beweging die zich inzet voor de onafhankelijkheid van de Canarische Eilanden) een communiqué uit, waarin met kritiseert, dat Madrid Polisario beschermt; een terroristische organisatie die, aan het begin van de jaren tachtig, besmeurd is met het bloed van Canarische burgers die wreed zijn omgebracht in Sharawi wateren. En men merkt op, voor als er al enige twijfel mocht resteren: “Onze organisatie wijst af, dat Canarias opnieuw gebruikt gaat worden als instrument voor agressie tegen onze naast buur, het koninkrijk Marokko, en tegen het Marokkaanse volk…”

De aardolie-exploitatie verdeelt duidelijk de Canarische politieke krachten en vooral die, op Lanzarote en Fuerteventura, waar een oppositie wordt gesmeed, die de boorplatformen in de nabijheid van de Canarische Eilanden ziet, als een onbetaalbare risicofactor voor de toeristische economie. Het enorme ongeluk in de Golf van Mexico, wat ervoor zorgde, dat de Regering Obama de vereisten heeft aangescherpt voor maritieme concessies, heeft de animo van veel politieke, economische en sociale leiders doen bekoelen.
antonio-cubillo-fundador-del-mpaiac_large.jpg                                                  
Antonio Curbillo.

canariasaladeriva-large_large.jpg

Zo houdt de politieke partij Coalición Canaria (CC)  er - gedwongen door haar milieuafdelingen, de majoreros en de aardolie tegenstanders - een voorzichtige tweeslachtigheid op na. De onafhankelijkheidsstrijder en oprichter van MPAIAC, Antonio Curbillo, is veranderd in een fervent aanhanger van de exploitatie van brandstofvoorraden “binnen de Canarische natie”. Net zoals minder soevereine Afrikanen, van de liberale vleugel, zoals de econoom Jorge ‘Anchor’ Dorta.


                                                 Jorge 'Anchor' Dorta.
Dorta, die in ‘Canarias con Futuro’ (‘Canarias met toekomst’ (Uitgeverij Bencomo, gepresenteerd op 9 december 2010 in Santa Brigida) bevestigt, “dat het gas en de aardolie wat zich in onze wateren bevindt, evenals het gas en de ruwe olie in de bronnen van buurlanden een kans is voor een unieke ontwikkeling…”

De wereldhandel in ruwe olie
De instabiliteit in de oliewereld, die aanzienlijk is gestegen sinds de invasie van Irak en met de  ambitie van de Iraanse ayatollahs, zich te ontwikkelen  tot een regionale macht door middel van het nastreven van een atoombom en raketcapaciteit, doet de belangstelling herleven voor de vergeten oliereserves.

Oliereserves die door hun kwalitatieve tekortkomingen, of die door moeilijkheden met de productiekosten, een halve eeuw zijn geparkeerd op de markt, kunnen, vanwege de omstandigheden, een zeker alternatief zijn voor de toelevering.

Maar, 'o tempora o mores (O tijden! O zeden!
Zie: http://nl.wikipedia.org/wiki/O_tempora,_o_mores!).
De op de Canarische Eilanden frequent voorkomende protestoptochten die bepaalde infrastructuur hebben afgeremd, omdat deze niet verenigbaar wordt geacht met het milieu en een duurzame economie, vormen een waarschuwingssignaal, “dat  niet alles gericht is op verrijking, als daar bijwerkingen zijn”, zoals is gebleken uit de controverse over de aardgasinstallatie in Arinaga, of uit de weerstand van de instanties op Lanzarote en Fuerteventura tegen de boortorens. En men ziet de ruwe-olie die sinds miljoenen jaren  is gevormd in het binnenste van de Aarde niet alleen als een verleden, maar ook als een gevaar.

Daarbovenop komt dan nog eens de klimaatverandering, die nu niemand meer ontkent. Elke vreemde vis die Canarias bereikt; elke centimeter, dat het waterniveau stijgt in de havens; elke verhoging van de gemiddelde temperatuur, zorgt voor nieuwe  aanhangers van  een “duurzame ontwikkeling.” Antonio Morales, de burgemeester van  Agüimes, beschouwt verandering van strategie als, “een kwestie van leven of dood.” Optimisten tegen  idealisten;  hoewel de idealisten de voorwaarde van realisten voor zich opeisen en “meer pragmatisch zijn.”


José Manuel Soria.

Soria zal geen militaire parade organiseren (bovendien is het mode geworden, om de te fluiten en te joelen bij militaire parades); want zoals in de tijd van Aznar, is de Partido Popular voorstander van de zoektocht naar ruwe aardolie. In het buitenland (Marokko) en in het binnenland (natuurbeschermers, een deel van Links en, instanties die gelieerd zijn aan het Toerisme), kan men een nieuwe “oorlog aan de oliehandelaren” verklaren. Het is duidelijk, dat in een economische crisis, zoals de huidige, velen werkgelegenheid stellen tegenover toekomstige risico’s.
1-AAAAislas-canarias-kopie-335.jpg


 

e-33.jpg

aaaaLOGOMETBANNERGranCanariaActueel-2--138.jpg