Typisch Canarische woorden, uitdrukkingen en gezegden welke men niet bepaaldelijk tegenkomt in menig Spaans woordenboek en - veelal ook niet - in een Canarisch woordenboek:
- Galiota : Wad.
Agua zoekt altijd het wad op als ze naar het strand gaat.
- Gánigo : Een aardewerken kom zonder handvat.
Gofio is in zijn sas met zijn nieuwe kom.
- Garua : Mist gecombineerd met mitregen
Verdwaald in de barranco (het ravijn) door de motregen.
- Gofio : Maïsmeel - maar ook meel van andere graansoorten - dat
geroosterd is.
Gofio mengt gofio voor het ontbijt.
- Guanche: De naam waaronder men de inboorlingen kent van de Canarische
Eilanden, hoewel die in feite verwijst naar de oerbewoners van
Tenerife.
De guanches waren grote krijgers.
- Guañar : Aanhoudend geblèr (huilen) van een kind.
Gofio huilt weer eens, omdat de vloed is opgekomen.
- Guayete : Kind, jongetje-.
Er zijn altijd wel spelende kinderen op het strand.
- Guirre : (Neophron percnopterus majorensis) Gier, anderhalve meter
hoge roofvogel ook wel bekend als alimoche canario.
Cabra verwachtte niet een gier tegen te komen in de bergen.